Het stadsbestuur van Oostende zal het kunstwerk ‘Portret van Ensor’ aankopen. Of beter: terugkopen, want het was stadsbezit tot het werd gestolen. “We zijn vooral blij dat het terugkeert en het krijgt zeer binnenkort een plaats in het Ensorhuis”, zegt cultuurschepen Bart Plasschaert (CD&V).
In het voorjaar van 2018 werd het Ensorhuis gesloten voor een grondige ombouw tot het huidige belevingscentrum. Heel wat materiaal, waaronder de kunstwerken, meubels en Ensors orgel werden opgeborgen in het depot van Mu.Zee.
Burgerlijke partij
Minder waardevolle stukken, waaronder de inboedel van de schelpenwinkel, kregen een plaats in een loods van een verhuisfirma. Bij de heropening van het Ensorhuis in 2020 keerde het materiaal terug.
Maar niet alles: een stadsmedewerker ontdekte dat het acrylschilderijtje Portret van Ensor uit 1922 van Eric Wansart was verkocht via een onlineveiling. Het ging om een klein werkje (12 op 14 cm) dat werd verkocht voor 150 euro. Er werd klacht ingediend bij de politie en de stad stelde zich burgerlijke partij.
Het onderzoek bracht een en ander aan het licht: de verkoper verklaarde aan de politie dat hij de spullen had gekocht op een rommelmarkt in Zeebrugge maar niet meer wist van wie precies. De verkoper was ook nog in het bezit van een ander werk uit het Ensorhuis: een bas-reliëf.
“Dat werd door de politie gerecupereerd, door mij opgehaald en hangt inmiddels terug in het Ensorhuis”, zegt siteverantwoordelijke Sam Lauwers.
Te goeder trouw
Het onderzoek bracht aan het licht dat het werk was verkocht aan een Fransman. “Omdat alles vrij duidelijk was besliste het parket om de zaak te seponeren. Er was gebleken dat de verkoper die het kocht op de rommelmarkt en de Franse koper te goeder trouw handelden”, zegt schepen Bart Plasschaert (CD&V).
“Maar daarmee hadden we ons werk nog niet terug.” Na meer dan een jaar besliste de Franse eigenaar om nu Portret van Ensor terug te bezorgen. “We beslisten om niet verder te procederen en het werkje voor 150 euro gewoon terug te kopen van de Fransman. Het gaat eerstdaags op de post en we hangen het daarna terug in het Ensorhuis.”
Nog meer verdwenen
De vraag blijft natuurlijk hoe het kon dat een geïnventariseerd werk kan verdwijnen uit een opslagplaats bij een verhuisfirma. “Dat zijn geen afgesloten boxen. Op zo’n site kunnen meerdere mensen binnen en het materiaal ligt niet altijd gescheiden”, zegt iemand die betrokken is.
“Er verdween ook een deel van de schelpencollectie. Die is ook niet teruggekeerd na de renovatie van het Ensorhuis. Dat waren best mooie stukken.”
Schepen Bart Plasschaert is niet van plan om nog achter die stukken aan te gaan: “Ik ben vooral tevreden dat het werkje van Wansart terug is en dat de oude winkel weer te zien is. De schelpen waren nu niet meteen van grote erfgoedwaarde.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier