In het Leopoldpark is de opbouw gestart voor Cafe Koer en het familiepark van Theater aan Zee (TAZ). Ook tientallen locaties in Oostende worden in gereedheid gebracht voor het grootste theaterfestival van het land. “Wij zijn de ambtenaren van de rock-‘n-roll die alles kunnen oplossen”, zeggen Gilles Pollak en Dieter Lapauw.
Dieter Lapauw (45), sinds 2018 bij Theater aan Zee, is verantwoordelijk voor Café Koer, de ontmoetingsplek in het Leopoldpark. “Daar is de uitdaging om tegemoet te komen aan de wensen van iedereen. Er moet een keuken geïnstalleerd worden voor 600 maaltijden per dag. Daarnaast zijn er drie togen voor publiek. Daarachter steekt veel opbouwwerk en een pak techniek. De uitdaging is om op een kleine locatie veel volk te ontvangen.”
Wonderwaai
“We moeten rekening houden met het groen en het erfgoed maar proberen het park toch zo toegankelijk mogelijk te maken. Ook na de start van TAZ zijn we ter beschikking voor aanpassingen. Daarnaast staat mijn ploeg in voor de Wonderwaai, het familiepark waar we vloeren leggen, zorgen voor techniek, overkapping en bewegwijering. Ik doe dit samen met een 15-tal collega’s.”
Theatertechnicus Gilles Pollak (26) is sinds 2016 bij TAZ en heeft nu de technische leiding: “Het begint al in februari met het bezoeken van de locaties om in kaart te brengen wat de mogelijkheden zijn en hoe we zullen bouwen. Ik neem contact met de gezelschappen om te horen wat ze nodig hebben. Dat is vaak het moment waarop ik ook de voorstelling zie want tijdens TAZ zelf heb ik daar geen tijd voor. Ik zorg dat alle techniek in orde is voor de voorstellingen op een 20-tal locaties.”
Glitterhemel
Gilles stuurt een ploeg aan: “In de weken van opbouw is dat een 15-tal mensen maar tijdens het festival werken we op sommige dagen met 40 technici. Op bepaalde locaties spelen vijf verschillende voorstellingen en dan moeten de sites omgebouwd worden. De hele ploeg bestaat uit 100 mensen en ik maak de planning. Dan ben ik iets meer manager dan theatertechnicus”
Het is duidelijk geen bandwerk. Gilles: “De Zonnebloem in de Ieperstraat is de meest uitdagende locatie. De zaal moet verduisterd worden, krijgt een extra vloer en er komt een glitterhemel. Dat is best wel een uitdaging. Er zijn ook buitenlocaties en daar moet al het materiaal regenbestendig zijn. De regen speelde ons ook parten toen we in de NMBS-loods op een dag het water met bakken zagen binnen lopen omdat we hadden nagelaten de goten schoon te maken. En toch blijft de NMBS-loods mijn favoriete plek tijdens TAZ.”
Werk van heel team
Dieter: “Ik heb elk jaar de ambitie om voorstellingen te bekijken en in zee te zwemmen. Maar dat lukt me nooit want telkens als ik wil vertrekken, is er iets dat dringend moet opgelost worden.” Gilles en Dieter blijven tot en met 12 augustus: “Na het festival is er nog een week om alles af te werken en de administratie en facturen binnen te brengen. Nadien volgt er ook nog een evaluatie.”
Beiden doen hun job niet alleen. Dieter Lapauw: “Net zoals de artistieke leiding berust bij een duo, zijn er ook voor onze functies telkens twee mensen verantwoordelijk. Maar we doen alles met een ploeg. Het zijn de ambtenaren van de rock-‘n-roll die alles kunnen en alles oplossen. Wij zorgen dat alles in orde is voor de meer dan 400 vrijwilligers die het festival doen draaien. Wij kunnen het wel bedenken, maar zonder helpende handen staan we nergens. Het is een teamsport.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier