Dat historici enkel rondsnuffelen in stoffige archieven is een huizenhoog cliché dat doctoraatsstudente aan de KU Leuven Emma D’haene maar al te graag wil ontkrachten. Ze onderzocht de kermiscultuur in de Zuidelijke Nederlanden – en zo ook die van haar parochie Lauwe – en kwam daarbij tot nagelnieuwe ontdekkingen. Onderzoek naar een vergane glorie? Helemaal niet, aldus Emma. “De kermiscultuur zal nooit volledig uitsterven.”
Leg eens uit wat je doctoraat inhoudt.
“Ik onderzoek vroegmoderne kermisvieringen in de Spaanse en Oostenrijkse Nederlanden, in de periode 1600-1800. Belangrijk daarbij is om het verschil te weten tussen een ‘foor’, die doorgaans georganiseerd werd door het stadsbestuur, en een kermis, die we vroeger kerkmis noemden en vanuit de kerk kwam. We noemen bijvoorbeeld zowel de Paasfoor in Kortrijk als de meikermis in Lauwe een kermis, maar eigenlijk hebben die twee verschillende oorsprongen. De tweede soort, de kermissen die vanuit de kerk komen, zijn deze die ik bestudeer.”
Kunnen we de kermissen van toen nog vergelijken met wat we vandaag de dag kermissen noemen?
“De twee soorten kermissen zijn doorheen de jaren wel geconvergeerd. De kermissen die we vandaag hebben, worden dus op dezelfde manier ingevuld, ook al zijn ze van oorsprong helemaal anders. Vroeger vond je op de kermis haast elke sociale klasse terug, terwijl dat nu niet langer het geval is. De entertainmentfactor is vandaag het enige wat overblijft. Vroeger had je op de kerkmissen misvieringen. Op de foren vonden er economische activiteiten plaats en kwamen er in latere instantie ook ‘freakshows’ bij (een voorstelling of tentoonstelling van mensen en dieren met abnormale fysieke kenmerken, red.). De kermissen dateren uit de middeleeuwen, die van de Noordelijke Nederlanden verloren hun katholieke karakter na 1566, maar bleven ook bestaan als een nieuw soort jaarmarkt, zonder processie. In de Zuidelijke Nederlanden begon de kermisdag wel nog met een misdienst en processie.”
“Mijn onderzoek naar de kermissen is pionierswerk”
Je hebt ook wetenschappelijke artikels gepubliceerd die specifiek gaan over de kermiscultuur in Zuid-West-Vlaanderen. Wat kan je vertellen over de data van de kermissen hier?
“Ikzelf ben afkomstig van Lauwe en ontdekte tijdens mijn onderzoek dat de twee kermissen hier allebei gelinkt kunnen worden aan onze patroonheilige Sint-Bavo. De meikermis valt samen met de kerkwijdingsdag van Sint-Bavo, in oktober is dat op de patroondag van Sint-Bavo. Je kan dat dus nog altijd merken aan de data van de kermissen. De piek vind je in de dorpen in de maand september. Dat is evident, want die periode komt net na de oogst. Er is niets meer te doen en de mensen hebben geld om uit te geven.”
“In de Zuidelijke Nederlanden situeren we de kermissen rond de 19de eeuw, maar in de Noordelijke Nederlanden zijn er die teruggaan tot 1580.”
Hoe kom je tot die ontdekkingen? Wat is de methodologie?
“Dat de kermis in Lauwe gelinkt kan worden aan Sint-Bavo haalde ik uit de kerkrekeningen. De dorps-, stads- en kerkrekeningen zijn als het ware een groot archief. Kronieken, pamfletten, ooggetuigenverklaringen en procesdossiers zijn ook goede bronnen. Ik vind het ook niet saai om volledige dagen in archieven te zitten. Het is heel spannend als je een goede bron vindt uit een grote stapel papier. Het is net zoals zoeken naar een speld in een hooiberg. Ik ben ook de eerste die dit onderzoekt in België, dus je kan het gerust pionierswerk noemen. Alles wat ik ontdekt heb, is nieuw.”
Wie is Emma D’haene?
Opleiding/loopbaan: Nadat Emma een master in de geschiedenis (KU Leuven) en een interuniversitaire master-na-master archivistiek behaalde, werd ze in februari 2018 archivaris-wetenschappelijk medewerker en projectmedewerker in het Rijksarchief in Kortrijk en Gent. Sinds november 2019 werkt ze aan haar doctoraat bij de onderzoeksgroep Nieuwe Tijd aan de Faculteit Letteren van KU Leuven.
Vrije tijd: Ook in haar vrije tijd is Emma vooral bezig met haar grote passie. Ze zit in de raad van advies van de Adviesraad voor Bouwkundig Erfgoed Kortrijk (ABEKO) en van die van De Leiegouw, een vereniging voor geschied-, taal- en volkskundig onderzoek in Kortrijk.
Verdwijnt de kermiscultuur volgens jou?
“Ik denk dat ze nooit volledig zal verdwijnen. Sinds de opkomst van de radio heeft ze alsmaar meer aan populariteit moeten inboeten. Ze is ook alsmaar meer een niche geworden. Ik zie ze eigenlijk op termijn in de dorpen wel verdwijnen, maar volgens mij zullen er altijd kermissen blijven bestaan. En stel dat ze op een gegeven moment dreigen te verdwijnen, geloof ik ook dat de mensen uit een soort van nostalgie hun erfgoed op een of andere manier zullen willen beschermen.”
Ben je zelf dan ook een fervent bezoekster van de kermis?
“Tot mijn 16de ging ik elk jaar naar de kermis, vooral om met jetons te spelen. (lacht) Het is zo’n gewoonte geweest dat dat echt in mijn geheugen verankerd zit en ik denk dat dat bij veel mensen zo is. De kermis is ook een belangrijk sociaal gebeuren.”
Waar heeft je doctoraat je allemaal naartoe geleid?
“Het project duurde vier jaar en ik heb conferenties gedaan in Minneapolis (VS), Warwicht (VK) en Namen. Ik heb daar met trots getoond wat een West-Vlaamse allemaal kan. Wat er na mijn verdediging op dinsdag 18 juni zal gebeuren, weet ik nog niet. Ik hoef niet per se in de academische wereld te blijven hangen. Misschien word ik nu wel weer archivaris. Dat zal dan wel in Brugge zijn, want ik woon nu in Sint-Kruis.”
De meikermis vindt plaats op de Lauweplaats in het weekend van 4 en 5 mei.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier