Op 27 november 1899 – zo’n 125 jaar geleden – stierf Guido Gezelle (1830-1899), een van Vlaanderens bekendste dichters. Het grootste deel van zijn leven bracht Gezelle door in steden zoal Brugge, Roeselare en Kortrijk. Maar zijn moeder, Monica De Vriese, woonde in Wingene en talloze teksten en gedichten laten verstaan dat Guido Gezelle met veel weemoed terugdenkt aan de jeugdjaren van zijn moeder. “Gezelle heeft niets dan goede herinneringen aan Wingene”, bevestigt Lieven Lams, voorzitter van de heemkundige kring ‘Ons Wingene’.
Het is opvallend dat de schaarse momenten die Guido Gezelle in Wingene doorbracht, hem toch enorm zijn bijgebleven. Dat geldt ook omgekeerd. Niet toevallig hebben we in Wingene en Ruiselede een Guido Gezelleplein, een Guido Gezellestraat én een Guido Gezellelaan. Drie jaar vóór zijn dood, in 1896, gaat hij op aanraden van zijn Wingense vriend, notaris Hendrik Persyn, voor de laatste keer een bezoekje brengen aan het ‘Walleken’, de hoeve van zijn moeder. Naar verluidt toont Gezelle zich zo ontroerd, dat zijn vrienden hem even alleen laten. Amper een jaar later schrijft Gezelle het ontroerende gedicht ‘Terug’. Een fragment.
Ach, hoe verheugen mij,
ach, hoe verheffen
de oudere dagen mijn
diepste gemoed.
Is er wel iemand die ‘t
ooit kon beseffen
wat gij, oud hof, mij nu
zegt, mij nu doet?
Tijdens de Wingense 100-jarige herdenkingsfeesten in 1930, komt er als hulde een gedenkplaat aan de zuidmuur van de Sint-Amanduskerk, waarin het gedicht ‘Moederke’ van Gezelle staat gebeiteld. De bronzen plaat is het werk van beeldhouwer Jules Lagae. Jammer genoeg staat er een zware fout in de tekst. Tot tweemaal toe wordt het oorspronkelijke woord ‘eerzaam’ als ‘eenzaam’ gebeiteld…
Melancholisch
“Hoe vaak Gezelle Wingene heeft bezocht is ons onbekend”, zegt Lieven Lams. “We weten bijvoorbeeld wél dat Gezelle naar de begrafenis van dokter en schepen Gustave Carton is geweest, in 1896. Maar ik heb nog nooit een foto gezien van Gezelle in Wingene. Ook in kranten wordt geen melding gemaakt van welk bezoek dan ook. Mensen waren toen natuurlijk niet zo mobiel. Zomaar eens even vlug van Kortrijk naar Wingene reizen om de grootouders te bezoeken, was niet evident.”
Ruiselede brengt eveneens hulde aan de priester-dichter door de rechte weg tussen de Kasteelstraat en de Poekestraat te herdopen tot Guido Gezellelaan. Gezelle woonde in Ruiselede onder andere de prijsuitreikingen bij van 1887 en 1894 in het pensionaat van de zusters Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën in de Bruggestraat. Gezelle bracht ook heel wat tijd door bij de familie Van Doorne in Poeke. Hij werd er zo gastvrij onthaald, dat hij eveneens het gevoelige gedicht ‘Poeke’ naliet. Dat hangt nu gebeiteld in het centrum van Poeke. Hoewel Guido Gezelle veel meer tijd doorbracht in steden zoals Brugge en Roeselare, waren de momenten in onze regio hem zo dierbaar dat hij er melancholische poëzie over schreef.
Zestien cent
Nogal wat familieleden laten verstaan, dat Gezelles moeder Monica een stuurs en gesloten karakter had, moeilijk in de omgang. Te weinig is bekend, dat ze toch geen makkelijk leven heeft gehad. Haar vader Jozef werd eerst een weduwnaar met zes kinderen en hertrouwde met de 15 jaar jongere Isabella Rosa Deriemaecker, die hem nog eens acht kinderen gaf. Monica groeide dus op in een zeer groot gezin, waarin hard moest gewerkt worden om de vele monden te voeden. Kort vóór haar huwelijk met Pier-Jan Gezelle sterft haar zus Coleta, elf dagen na de geboorte van haar vijfde kind. Monica ontfermt zich over het kind, dat echter enkele maanden later sterft. Als enig huwelijkscadeau krijgt Monica zestien cent mee en de stam van een kriekenboom, om er meubels uit te zagen. Haar hele leven zou Monica klagen over geldgebrek.
Moeder Gezelle
De melancholie in Gezelles gedichten wordt door biografen toegeschreven aan Monica’s aard, die Gezelle van haar deels zou geërfd hebben. Guido Gezelle raakte regelmatig overstuur door haar gesloten karakter. “Wat er met moeder schilt, weet ik niet. Ik ben moedeloos geworden, ik heb geen ruste meer. Als ik het aengezicht van moeder bezien, die bijna altijd stuur en versmadend is, barsten mij de traenen uyt…” laat hij moedeloos weten. Vreemd genoeg dankt de studentenclub Moeder Gezelle zijn naam aan het feit, dat de moeder van Gezelle in de jaren ’53-’54 de gewoonte zou gehad hebben om met een handvol studenten – na de hoogmis – een pintje te gaan drinken in een van de Wingense herbergen, zoals ‘Den Oven’ in de Oude Bruggestraat. Voorzitter Lieven Lams reageert geamuseerd: “Dat is goed gevonden van die mannen, maar – eerlijk – daar geloof ik totaal niets van. Het strookt ook helemaal niet met haar aard.” In een hoekje van het lokaal van de heemkundige kring ‘Ons Wingene’ staat zowaar een buste van Guido Gezelle. “Die moet ons ooit geschonken zijn, maar ik heb geen idee hoe die hier is geraakt”, laat Lams weten. Een van de vele Wingense mysterieuze anekdotes, in de schaduw van Guido Gezelle.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier