De Visvijvers van Desselgem worden al geruime tijd geplaagd door stroperij. Normaal gooien sportvissers hun vangst meteen terug in het water, maar leden van hengelclub De Eendrachtige Lijnvissers betrapten al meermaals stropers die de karpers meenamen om te verkopen. “Ze worden steeds driester en zijn goed georganiseerd”, zegt voorzitter Koen Peirs.
Afgelopen weekend kreeg het bestuur van De Eendrachtige Lijnvissers nogmaals een melding dat onbekende vissers hun vangst zonder meer doodsloegen op de grond. De karpers verdwenen in zakken en werden vervolgens snel opgehaald door een auto via de parking van de begraafplaats. Tegen dat iemand van het bestuur van de club ter plaatse was, waren de stropers alweer spoorloos verdwenen. Hun bloederig net lieten ze achter.
Doelbewust
“Zo gaat het elke keer”, zucht voorzitter van De Eendrachtige Lijnvissers Koen Peirs. “Het is al meer dan een jaar aan de gang, maar we merken dat de stropers steeds driester te werk gaan. Vroeger gebeurde het vooral ’s nachts, nu ook op klaarlichte dag. Ze komen met vijf of zes mannen vissen en stoppen hun vangst gewoon in een frigobox. Ze positioneren zich op een plaats die gemakkelijk bereikbaar is met de wagen en zo wordt hun buit snel opgehaald.”
“We merken dat het vooral mannen van Oost-Europese origine zijn die zich hiermee bezighouden. Ik wil hen zeker niet allemaal over dezelfde kam scheren, velen komen hier ook gewoon als liefhebber van de hengelsport, maar in sommige Oost-Europese landen is karper een delicatesse.”
“We zijn zeker dat het hier niet om onwetendheid gaat, ze stelen de karpers doelbewust uit de vijvers om die te verkopen. De meeste betalen wel de dagvergunning van vijf euro per hengel om te mogen vissen, daarbij krijgen ze de boodschap dat ze geen vis mogen meenemen. Er hangen ook overal briefjes uit om dat duidelijk te maken, op straffe van een administratieve boete van 200 euro. Het is echter niet eenvoudig om dit af te dwingen, zelfs als we hen op heterdaad betrappen.”
Angst
Dat beaamt Dirk Vandevoorde (66), een van de controleurs van de hengelclub. Twee keer per dag maakt hij zijn ronde langs de vijvers om ieders vergunning te controleren en om stropers te betrappen. “Maar ik durf bijna niet meer alleen op ronde gaan”, zegt Dirk. “Het zijn vaak groepjes van vijf of zes brede mannen waarover de meldingen van overlast of stroperij gaan. Echt fysieke agressie heb ik nog niet meegemaakt, maar ze stellen zich wel dreigend op als ik bij hen langs ga.”
“Op den duur wisten ze ook wanneer Dirk ongeveer zijn dagelijkse rondes maakt”, vult Koen aan. “Dan wachtten ze tot hij gepasseerd was en gingen dan aan het stropen. Ik denk dat we dit jaar al minstens 500 kilo vis kwijt zijn. Die kost ons 8 euro per kilo. We merken ook dat de vangsten op wedstrijden achteruitgaan. Elk jaar steken we zo’n 1.000 kilo bij op de vijvers. We investeren ook sterk in de waterkwaliteit en het welzijn van de vissen, het kan echt niet door de beugel dat ze de vissen dan gewoon doodslaan op het beton hier.”
“We proberen als vereniging zelf onze verantwoordelijkheid te nemen. We hebben de uren waarop het toegelaten is om te vissen met een dagvergunning sinds kort aangepast van 7.30 tot 19.30 uur, vroeger was dat van een uur voor zonsopgang tot een uur na zonsondergang. Maar we kunnen hier ook ons bed niet zetten. We hopen dat de politie hier regelmatig patrouilleert.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
