Geen straf voor landbouwer nadat zijn beste vriend sterft onder schaafmachine in Vlamertinge
Een 58-jarige landbouwer uit Vlamertinge heeft voor de Brugse rechtbank opschorting van straf gekregen voor een dodelijk arbeidsongeval met een schaafmachine op een veld met sla. Een 71-jarige landbouwer uit Houthulst kwam daarbij om het leven. “Ik ben mijn beste vriend kwijt”, zuchtte beklaagde J.H. op zijn proces. “Ben ik dan niet genoeg gestraft?”
Op 23 juli vorig jaar was het slachtoffer, een gepensioneerde landbouwer, met een schaafmachine onkruid aan het verwijderen op een veld met ijsbergsla langs de Lissewallestraat in Vlamertinge. Op een bepaald moment viel de zeventiger uit Houthulst dwars door de machine en kwam onderaan tussen de messen terecht. Zijn lichaam werd pas ’s avonds aangetroffen. Er kon geen hulp meer baten.
Zwartwerk
Onderzoek wees uit dat het slachtoffer in het zwart aan de slag was voor het landbouwbedrijf van J.H. uit Vlamertinge. Ook de machine bleek op zowat elk vlak niet in orde. Het ging om een zelf samengesteld toestel waarbij de stoel rechtstreeks op het chassis was gemonteerd. Er zaten zelfs geen remmen op. “Het slachtoffer raakte bij het afstappen vermoedelijk een hendel waardoor de machine weer in gang schoot”, aldus arbeidsauditeur Sofie Heyndrickx.
Heyndrickx verwees naar een eerdere zaak waarbij de zoon van J.H. op zijn spruitjeskwekerij al tegen de lamp liep voor zwartwerk en huisjesmelkerij. “Arbeiders waren gehuisvest in onveilige omstandigheden. De beklaagde heeft dus van dichtbij de mogelijke gevolgen gezien. En toch kon dit ongeval enkele maanden later gebeuren. Ik stel mij dan ook vragen bij de mentaliteit van de beklaagde.” Voor het zwartwerk vroeg de arbeidsauditeur apart nog een geldboete van 4.800 euro.
J.H. betwistte de feiten niet. “Uit respect voor het slachtoffer, die ook zijn vriend was”, pleitte zijn advocaat. “Mijn cliënt nam dat toestel over van de loonwerker die destijds zijn veld kwam schaven. Enkel hij en later ook het slachtoffer mochten er als ervaren landbouwers mee werken. Zij hadden zich nooit vragen gesteld bij de risico’s van die kleine tractor.” Dat de zeventiger in het zwart werkte, was volgens de verdediging te wijten aan een vergetelheid.
Enkel geldboete met uitstel
Het openbaar ministerie vroeg voor J.H. tien maanden cel, eventueel met uitstel, en een geldboete van 16.000 euro. De verdediging vroeg om hem geen straf op te leggen. “Ik ben mijn beste vriend kwijt”, zuchtte de vijftiger tijdens zijn proces. “Ben ik dan niet genoeg gestraft?” Dat vond de rechtbank klaarblijkelijk ook. Voor het zwartwerk kreeg J.H. wel nog een geldboete van 4.800 euro opgelegd, weliswaar voor de helft met uitstel.
In de zaak stelde niemand zich burgerlijke partij. (AFr)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier