Cokedealende kapper uit Blankenberge moet niet terug naar gevangenis
Een Blankenbergse kapper heeft in de Brugse rechtbank twintig maanden voorwaardelijke celstraf gekregen voor cocaïneverkoop vanuit zijn zaak. Hij ronselde ook klanten voor een drugsbende, waarvan het kopstuk vier jaar cel kreeg.
Het gerecht kreeg de bende eind mei vorig jaar in het vizier. Kopstuk Mohamed E. (30), ging zich in Antwerpen bevoorraden en verkocht de drugs aanvankelijk vanuit de kapperszaak van Dylan L. (25), die na verloop van tijd ook zelf cocaïne verkocht. Volgens de procureur verkocht de bende een kilogram cocaïne aan minstens dertig klanten in Blankenberge.
In totaal zes personen werden voor de rechtbank gedaagd. E. kreeg als kopstuk vier jaar effectieve celstraf. Kopmaan Nigel B. (27), die de contacten legde met het plaatselijke cliënteel, kreeg 37 maanden effectief. Zijn taak werd later overgenomen door de Nico C. (44), die 30 maanden voorwaardelijke celstraf kreeg. Twee andere betrokkenen kregen voor hun beperkte rol twaalf maanden voorwaardelijk en opschorting van straf, eveneens gekoppeld aan voorwaarden.
Voor kapper Dylan L. vroeg de procureur twee jaar cel en de sluiting van zijn zaak. De man ontkende dat hij drugs verkocht vanuit zijn zaak. “Met minderjarigen in mijn zaak kon ik mij dat niet permitteren”, stelde hij. “Ik verwees enkel klanten door.” De rechter achtte de verkoop vanuit het kapsalon toch bewezen. Advocate Nadia Lorenzetti drong evenwel met succes aan op een voorwaardelijke bestraffing. L., die zeven maanden in voorhechtenis zat, hoeft dus niet terug naar de cel. Tot een sluiting van zijn zaak, die intussen verhuisde naar een nieuwe locatie, komt het evenmin. AFr
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier