Ruim vier jaar nadat een Roemeense metser om het leven kwam onder een betonnen gewelf op een werf in Kortrijk, zijn drie bouwbedrijven voor de Brugse strafrechtbank verschenen. Ze riskeren allen een fikse geldboete voor nalatigheden, maar schuiven zelf de verantwoordelijkheid van zich af. “Toen een instorting dreigde, werd het buikgevoel aangesproken”, stelde de arbeidsauditeur.
Op 8 juni 2020 was een Roemeense metser aan de slag op de werf van een nieuw onderzoekscentrum van de Universiteit Gent in de Graaf Karel de Goedelaan in Kortrijk. Rond 16 uur bleken twee schoren onder de betonnen gewelven door te buigen, waarop het slachtoffer en zijn collega de opdracht kregen om enkele extra exemplaren te plaatsen. Terwijl ze de schoren aanbrachten knakten de stutbalken en kwam een van de twee metsers – een 39-jarige Roemeen – onder het instortende gewelf terecht. De man stierf ter plaatse.
Onderzoek wees uit dat de gewelven gegoten moesten worden op prefabelementen, bestaande uit twee balken en drie wandstukken. “Maar die dag werd enkel met balken gewerkt, met minder draagkracht tot gevolg”, verduidelijkte arbeidsauditeur Evi De Clercq. “Toen plots een instorting dreigde, werd het buikgevoel aangesproken om op de werf snel enkele extra schoren te zoeken, waarvan men de draagkracht niet kende.”
Onopzettelijke doding
Drie bouwbedrijven werden voor de strafrechter gedaagd wegens inbreuken op de welzijnswet en onopzettelijke doding. Voor de Brugse hoofdaannemer Artes Depret vroeg De Clercq 33.600 euro boete. “Op de werf was geen onderschoringsplan of een noodprocedure voor instortingen aanwezig”, stelde ze. “Mocht dit er wel geweest zijn, had de werfleider die betreurenswaardige beslissing niet genomen.”
De advocate van Artes Depret zag dat anders en vroeg de vrijspraak. “Mijn cliënt werkte samen met een stabiliteitsbureau en dat heeft op geen enkel moment gezegd dat die prefabstukken uit die vijf elementen moesten bestaan. Mijn cliënt heeft volkomen ter goeder trouw de volgorde van het montagewerk bepaald. Bovendien had het slachtoffer nooit op die werf aanwezig moeten zijn. Hij hanteerde een valse identiteit”, aldus meester Sara Torrekens.
Metsers
Bouwcoördinatie TDM riskeert een geldboete van 24.000 euro. Dit bedrijf uit Eeklo had als tussenpersoon de beide metsers voor Artes Depret gerekruteerd bij een Brusselse firma. “De kwalificaties van die mensen werden onvoldoende gecontroleerd”, aldus Evi De Clercq. De advocaat van TDM betwistte dit en vroeg eveneens de vrijspraak. “Zij waren aanvaard als metser en niet om schoren te plaatsen.”
Het Brusselse bedrijf, MDR Groupe, riskeert eveneens een geldboete van 24.000 euro voor het ongeval. Maar ook aan die zijde werd de vrijspraak gevraagd. “Dit was een heel stom ongeval dat niet vermeden had kunnen worden”, klonk het. “Het slachtoffer koos de verkeerde vluchtroute en liep onder het instortende gewelf. Die identiteitsfraude had daar niets mee te maken.” Ook de advocaten van Artes Depret en TDM wezen het slachtoffer met de vinger. “Die noodlottige beslissing nam hij zelf.”
Voor zwartwerk riskeert MDR Groupe nog een bijkomende geldboete van 48.000 euro. De uitspraak volgt op 25 oktober. (AFr)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
