FEMMES FATALES – Ze verdoofde haar Géry en liet zijn huis afbranden: hoe Ingrid twee helpers vond om ‘kip met de gouden eieren’ te slachten

Ingrid Van Assche is altijd haar onschuld blijven uitschreeuwen. © Jo Deman
Laurens Kindt

Het leven lachte hem in het voorjaar van 1996 toe, de net 41 jaar geworden gemeentearbeider en vrijwillig brandweerman Géry Muyle. Hij zou op 3 mei trouwen met zijn eerste grote liefde Ingrid. Bovendien hadden Géry en zijn familie even voordien de Lotto gewonnen. Net die centen, en de allesverslindende geldhonger van zijn aanstaande, deden Géry de das om. Ingrid Van Assche huilde op zijn begrafenis grote krokodillentranen en beweerde dat ze hem doodgraag zag. Eigenlijk zag ze hem graag dood, zoals advocaat Jef Vermassen die houding vaak verwoordt in het assisenhof.

Lees hier over de andere Femmes Fatales

Géry Muyle was, wat ze in Ardooie en omstreken in de jaren negentig noemden, een jonkman. Nooit getrouwd geweest, inwonend bij zijn ouders André en Mariette in een eenvoudige woning in Ardooie. Op het vlak van de liefde was Géry grotendeels een onbeschreven blad, op een korte relatie met ene Jenny na. (lees verder onder de foto)

Slachtoffer Géry Muyle.
Slachtoffer Géry Muyle.

Géry Muyle was wel een bekend figuur in de gemeente. Als gemeentearbeider kwam hij overdag zowat overal, als vrijwillig brandweerman bij het lokale korps stond hij ook ’s nachts paraat. Ook bij fanfare Sint-Cecilia in het naburige Koolskamp was Géry een graag geziene gast, net als bij De Lustige Zangers, de koninklijke vinkenvereniging in zijn thuisdorp.

Toen zijn moeder in 1990 overleed, bleef Géry thuis wonen en zorgen voor zijn mindervalide vader. Dat betekende evenwel het einde van zijn engagement bij de brandweer. Géry zou het niet over zijn hart kunnen krijgen om zijn vader alleen te moeten laten bij een nachtelijke oproep en dus nam hij afscheid van zijn collega’s.

Liever Lotto dan vlees

Van Tinder of andere datingapps was in die jaren nog geen sprake. Géry was er evenmin de man naar om op café met een vrouw aan de klap te geraken. En dus wendde de toen 37-jarige Géry Muyle zich in 1992 tot Confidentia, een huwelijksbureau in Kortrijk. Daar bleek hij te matchen met de vier jaar jongere Ingrid Van Assche uit Menen. Van opleiding kapster, maar met dromen die veel verder reikten.

Van Assche was al eens getrouwd geweest, maar scheidde in 1982. Sindsdien was ze van de ene man naar de andere gefladderd, telkens veroveringen in het Kortrijkse nachtleven. Bij het huwelijksbureau hadden ze haar de keuze gelaten: een slager met een goeddraaiende zaak of gemeentearbeider Géry Muyle.

Dat haar oog uiteindelijk op Géry was gevallen, had alles te maken met de trivia die bij de persoonsbeschrijving van Géry stonden. Won met zijn familie de Lotto, 10 miljoen Belgische frank, stond er. “Ik heb het niet zo voor vlees”, liet Van Assche weten aan het huwelijksbureau en koos voor Géry.

Minnaar na minnaar

Althans, zo leek het. Want in realiteit bleef de vrouw aanpappen met andere mannen. Een van hen, de Fransman Gérard Pastorel, overleed in 1994 in schimmige omstandigheden. Zijn opvolger als minnaar van la Ingrid was een grote vis: Emile De Clercq, de voormalige commercieel directeur van het Franse modehuis Pierre Cardin.

Terwijl Géry thuis voor zijn zieke vader zorgde, dronk Van Assche champagne met haar ‘amant’

De zakenman uit Moeskroen veroverde in 1995 haar hart, terwijl ze ondertussen in Ardooie ook nog Géry Muyle aan het lijntje hield. Met De Clercq wou Van Assche in Kaïn, bij Doornik, een groot herenhuis kopen en er een immokantoor openen. Alleen: de fondsen ontbraken. En dus moest Van Assche geduld uitoefenen tot de zieke vader van Géry Muyle zou sterven en Géry en zijn zus hun vaders deel van de Lottopot zouden erven.

Terwijl Géry thuis voor zijn zieke vader zorgde, dronk Van Assche champagne met haar amant in discotheek La Palma in Gits (Hooglede). In januari 1996 legde André Muyle uiteindelijk het loodje, na een slepende ziekte. Plots kon het niet snel genoeg gaan. Ingrid drong er bij Géry op aan om te trouwen en alvast een testament te laten opstellen waarin hij al zijn bezittingen – met twee huizen en zes miljoen Belgische frank toch niet min – aan haar zou nalaten. Géry, ietwat naïef maar ondanks zijn veertig jaar toch vooral verblind door zijn eerste grote liefde, zag er geen graten in. Ondanks de waarschuwingen van zijn zus en schoonbroer werd bij een notaris een testament opgesteld. Dat uiteindelijk een doodsvonnis zou blijken.

Jointjes in Jamaica

Het testament was het sluitstuk van een duivels plan waaraan Ingrid Van Assche maanden gewerkt had. Haar eigen handen vuilmaken, zag ze niet zitten. En dus schakelde ze de zoon van haar minnaar in, die samen met een van zijn vrienden de klus moest klaren.

Alexandre De Clercq was op dat moment een prille twintiger die van drugsgebruik en kleine criminaliteit zijn hobby’s had gemaakt. Zijn vriend Philippe Demuynck kampte met torenhoge schulden en was stiekem een beetje verliefd op Ingrid Van Assche. Elk zouden ze een kasbon van 500.000 Belgische frank krijgen, met voor Demuynck nog een BMW en voor De Clercq nog een luxereis naar Jamaica erbovenop.

Stoned als een garnaal staken De Clercq en Demuynck het huis van Géry in de fik.
Stoned als een garnaal staken De Clercq en Demuynck het huis van Géry in de fik. © ARD

Het duivelse duo liet zich verleiden door Van Assche, rookte nog een paar jointjes en trok op 13 maart 1996 naar het huis van Géry Muyle in Ardooie. Opdracht: steek het kot in de fik. Dat Géry Muyle daarbij het leven zou laten, daar had Ingrid Van Assche al voor gezorgd. Die dag troonde ze Géry namelijk mee naar een reisbureau, om hun huwelijksreis vast te leggen. Om dat te vieren, dronken ze bij Géry thuis nog een glaasje Elixir.

Slaapwel mijn jongen

In het glaasje van Géry had Ingrid stiekem slaappillen gemixt, waardoor de voormalige brandweerman als een blok in slaap viel op het opklapbedje in de woonkamer. Van Assche stopte hem in en vertrok. Even later arriveerden De Clercq en Demuynck, zo stoned als een garnaal, en staken het kot in de fik.

Op aanraden van Van Assche stootten ze een asbak om, zodat het zou lijken alsof Géry onvoorzichtig was geweest met een brandende sigaret en lieten ze – zoals afgesproken – drie keer de telefoon bij Van Assche rinkelen. Even later belde een bezorgde Ingrid Van Assche naar een buurman, met de vraag om een kijkje te gaan nemen bij Géry. “Ik heb hem proberen te bellen, maar hij neemt niet op en ik maak me zorgen”, zei ze.

Buurman Kurt zag meteen dat het huis van Géry in brand stond en belde de hulpdiensten. Zijn voormalige collega’s van de Ardooise brandweer konden Géry niet meer redden. Hysterisch en schijnbaar overmand door verdriet viel Ingrid Van Assche even later het huis van haar schoonzus in spe binnen. Ze viel zelfs even flauw. Ook op de begrafenis kon haar immense verdriet niet genoeg in de verf gezet worden. “Slaapwel mijn jongen”, sprak ze, nog één keer met haar hand lieflijk over de kist van Géry aaiend.

Oscar voor beste comedy

Het overlijden van Géry Muyle was door politie en wetsdokter afgedaan als een natuurlijk overlijden. Een spijtige onvoorzichtigheid – zeker voor een ex-brandweerman – maar ook niet meer dan dat. De plotse rijkdom van Ingrid Van Assche stak echter de ogen uit van haar eigen zus. Die stuurde een anonieme brief naar de zus van Géry, die op haar beurt naar de politie trok.

Toen even later ook de moeder van Philippe Demuynck – die haar het hele verhaal had opgebiecht – en de vader van Alexandre De Clercq – die zich vragen stelde bij de plotse rijkdom van zijn lowlife zoon – naar het gerecht trokken, sloot het net zich rond Ingrid Van Assche. Het trio moordenaars belandde in de cel, waar alleen Ingrid Van Assche haar onschuld bleef uitschreeuwen.

Philippe Demuynck (links), Alexandre De Clercq (tweede van rechts) en Ingrid Van Assche (rechts) met een vertaler (tweede van links) bij het begin van hun assisenproces in Brugge op 22 februari 2002. (foto Belga)
Philippe Demuynck (links), Alexandre De Clercq (tweede van rechts) en Ingrid Van Assche (rechts) met een vertaler (tweede van links) bij het begin van hun assisenproces in Brugge op 22 februari 2002. (foto Belga) © UNPIX BELGA

Ook op het proces in 2002 bleef ze dat doen, wat haar de toorn van de legendarische openbaar aanklager Jean-Luc Cottyn opleverde. “Het ging hier alleen maar om het geld van Géry. Voor Van Assche was hij haar kip met de gouden eieren. Van Assche verdient de Oscar voor beste comedy. In Hollywood zou ze direct een job hebben, maar daar ga ik een stokje voor steken”, brieste hij, waarna hij prompt dertig jaar cel eiste voor Van Assche.

Die voelde de bui al hangen en probeerde nog weg te vluchten uit het beschuldigdenbankje, maar de politie kon haar tegenhouden. Uiteindelijk klokte de jury af op 25 jaar cel voor Ingrid Van Assche, 15 jaar voor Philippe Demuynck en 12 jaar gevangenisstraf voor Alexandre De Clercq. Het trio is ondertussen al jaren weer op vrije voeten.