De Brugse correctionele rechtbank heeft een 44-jarige Oostendenaar veroordeeld tot negen maanden effectieve celstraf voor gesjoemel met zijn uitkering. Samir I. ontving ruim 28.000 euro aan uitkeringen, maar verdiende tegelijk grof geld met de invoer en verkoop van heroïne. Het arbeidsauditoraat had 18 maanden cel gevorderd.
Twee Rotterdamse neven werden in het najaar van 2017 gearresteerd als leveranciers van heel wat West-Vlaamse dealers. Ook de bekende dealer Samir I. bestelde wekelijks tot een halve kilogram heroïne bij de Nederlanders. In totaal voerde de beklaagde van begin 2016 tot eind februari 2018 op die manier 40 kilogram heroïne in. Voor invoer, bezit en verkoop van heroïne werd de Oostendenaar op 12 juli 2018 uiteindelijk tot vier jaar effectieve gevangenisstraf veroordeeld. Bovendien werd een vermogensvoordeel van ruim 188.000 euro verbeurd verklaard.
Het arbeidsauditoraat stelde vast dat I. eigenlijk sinds februari 2015 arbeidsongeschikt was. Tijdens zijn periode als heroïnedealer streek hij zo ruim 28.000 euro op. Het gaat vooral om invaliditeitsuitkering, maar onder andere ook om ziektekosten. Volgens arbeidsauditeur Jeroen Lorré had de beklaagde moeten melden dat hij in die periode wel een weliswaar illegale job had.
De verdediging vroeg de vrijspraak. Meester Mathieu Langerock wierp op dat zijn cliënt niet verplicht kon worden om zichzelf van strafbare feiten te beschuldigen. In een eerdere zaak volgde de rechter die redenering, maar ondertussen hebben het hof van beroep en het hof van cassatie anders geoordeeld. Een drugskoerier kan in een dergelijke situatie op het formulier immers gewoon aanduiden dat hij werkt als koerier, zonder te moeten specifiëren wat hij exact doet.
Ondergeschikt stelde de verdediging een werkstraf voor. De rechter veroordeelde Samir I. echter tot negen maanden gevangenisstraf en 4.800 euro boete. Door zijn uitgebreide strafregister kon de beklaagde geen straf met uitstel meer krijgen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier