Een aantal vluchtelingen uit andere frontgemeenten en een 120-tal inwoners van Roeselare, zonder paspoort, moeten van de Duitsers op transport. De trein brengt hen naar Mol.
Alfons Denys schrijft hierover in zijn dagboek: ‘Dit vertrek bracht een groote ontgoocheling en teleurstelling onder menig stadsgenoot te weeg. Naar Mol! ‘t Einden de wereld, 10 km van elk dorp verwijderd, midden in de Kempen, in een onvruchtbare heidestreek. Moeten deze ongelukkige uitwijkelingen daarheen? Dan nog liever te Rousselare verbeiden tot dat ‘t meer nijpt.’.
In Loker worden bij het kasteel van Behaegel drie burgers gedood die er wegen aan ‘t herstellen zijn. Twee van hen zijn vluchtelingen uit Wijtschate en de derde komt uit Mesen. Vliegtuigbommen zijn hen noodlottig. En priester Achiel Van Walleghem ziet in de namiddag 16 tanks voorbij rijden langs de hoeve van Cyriel Lamerant.
De Groote Oorlog Dag op Dag
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier