Slim tuinieren met onze tuinman Angelo Dorny
Daar waar de zomer in september nog aan een laatste triomftocht bezig was, is het in oktober definitief gedaan met de zomerpret. De zomergewassen maken plaats voor kooltjes, najaarse knollen en af en toe nog een lekker groen blaadje uit de serre. Eind deze maand doet ook de eerste nachtvorst zijn intrede en moeten alle vorstgevoelige planten weer naar binnen worden gebracht. Je treft voorbereidingen voor de komende wintermaanden en je denkt al heel even aan het volgende moestuinseizoen.
In mijn moestuin was het de bedoeling om een jaar rond van eigen bodem te kunnen leven. Niet makkelijk, want je moet heel wat plannen om elke maand nieuwe groenten te kunnen oogsten. Maar het is niet onmogelijk en het is me tot op dit moment voor zowat 80 % gelukt, als ik even snel reken. De ene teelt lukt al beter dan de andere natuurlijk. Met de kooltjes die in aantocht zijn, is het einde van de zomer nu echt ingezet. Ik beschouw september nog als een goede zomermaand, maar vanaf oktober wordt het toch echt wel anders. Bladkooltjes zoals palmkool en boerenkool oogst ik nu al af en toe, spruitjes en savooiekool worden pas na de eerste nachtvorst klaargemaakt, dan zijn ze zoeter. Ik ben deze zomer trouwens flink gespaard gebleven van rupsen. Meestal zijn het de koolwitjes die hun eitjes aan de onderkant van de koolbladeren afzetten, waarna de larven je hele oogst in één ruk kaalvreten. De reden waarom dit bij mij gelukkig niet gebeurde, zoek ik bij het goed combineren van gewassen. Ik heb goede vrienden naast elkaar gezet en ik heb een beroep gedaan op de eigenschappen van kruiden om bepaalde geuren te verbergen. Goede combinaties in de moestuin werpen dus letterlijk hun vruchten af. Slim tuinieren, heet dat. Een aanrader om te doen, want het scheelt een hoop kopzorgen.
Zoete aardappelen of bataat
De allergrootste verrassing zit op dit ogenblik nog even in de grond: zoete aardappelen. Ik heb ze in mei geplant en als alles goed is gegaan, kan ik ze vanaf eind oktober rooien. Het is namelijk een kortedagplant die bij minder zonlicht en koudere temperaturen dikkere knollen gaat produceren. Hoewel de knol afkomstig is uit de Andes, doet hij het hier ook verrassend goed. In bakken en potten, of zelfs in de vollegrond kun je van een kilo-oogst spreken. En wat wellicht nog leuker is; de plant heeft hier nauwelijks vijanden, laat staan last van schimmels of virussen. Nadat de zoete aardappelen geoogst zijn, leg ik ze in kistjes met vochtig zand. Daarin kun je ze een paar weken bewaren zonder dat ze aan smaak en textuur inboeten.
“Goede combinaties in de moestuin werpen letterlijk hun vruchten af”
Bodembedekking of groenbemester?
Omdat ik zoveel als mogelijk een beroep wil doen op Moeder Natuur, is het handig om in het najaar bodembedekking aan te brengen in je moestuin, of te kiezen voor een goede groenbemester. In een grote moestuin raad ik hoe dan ook een groenbemester aan, maar in kleine exemplaren is het vaak niet zo simpel. Je hebt immers elk vrijgekomen plekje nodig om iets te planten. Groenbemesters zaai je vanaf augustus en september, enkele zelfs al daarvoor. Om de bodem te bedekken tijdens de winter en vaak ook gewoon gedurende de zomermaanden, maak ik gebruik van bodembedekking of mulch. Ik breng dan gemaaid gras aan of houtsnippers, cacaodoppen en zelfs compost of stro. Dat beschermt de bodem tegen uitspoeling en zorgt ervoor dat het bodemleven tot wel een maand langer actief blijft. Na de winter haal je de laag weer weg uiteraard, om te kunnen zaaien en planten.
Onvermoeibare Oost-Indische kers
Als je op zoek bent naar een bodembedekkende bloem die je kunt opeten en die werkelijk niet te stoppen is, dan is Oost-Indische kers iets voor jou. Je zaait ze vanaf april en krijgt de hele zomer onafgebroken bloemen te zien. Tot aan de eerste nachtvorst produceert de plant bloemen en blaadjes, die je in salades kunt verwerken of als garnituur kunt gebruiken. Ik vind het een fantastische plant om in de moestuin te hebben staan. Kruipende variëteiten kunnen als bodembedekking fungeren, kleine variëteiten zijn dan weer ideaal om gaten mee op te vullen.
Water geven aan potplanten
Vanaf eind oktober mogen we meestal de eerste echte nachtvorst verwachten. Alle vorstgevoelige potplanten gaan dan zonder pardon naar binnen, waar je ze meestal foutloos kunt laten overwinteren. Maar overwinteren betekent ook blijven water geven. Het lijkt voor de hand liggend, maar heel wat tuiniers slagen er niet in om hun potplanten de winter door te helpen. Ook tijdens de winterperiode hebben planten namelijk water nodig. Minder dan gebruikelijk natuurlijk, maar ze hebben nog altijd behoefte aan af en toe een beetje vocht. Geef je potplanten één keer per week water en zorg dat planten met bladeren voldoende licht krijgen.
Laat de bladeren maar liggen
In Vlaanderen willen we onze tuinen te netjes hebben. Alles moet opgepoetst worden, bladeren worden weggeveegd en nog voor ze allemaal hebben gebloeid, worden alle vaste planten met de grond gelijkgemaakt. Toch kun je maar beter twee keer nadenken voor je je tuin winterklaar maakt. Bladeren in de tuin zijn namelijk goed. Er schuilen nuttige insecten in en ze doen dienst als mulch voor de grond in je sier- of moestuin.
Weg met de wintervlinder
De wintervlinder is een vervelend insect dat in het voorjaar de knoppen van je fruitbomen kan aantasten. De vrouwtjesvlinder klimt zich een weg naar boven en zet eitjes af. Om dat probleem aan te pakken, kun je een lijmband rond de stam van de boom of struik vastmaken. Een lijmband is een biologisch bestrijdingsmiddel. Lijmbanden kan je tegenwoordig in zowat alle tuincentra krijgen.
Plant nu knoflook
Vanaf oktober kun je knoflook poten of planten. Nu planten betekent volgend jaar in mei oogsten. Onthoud dat één teentje straks een grote bol wordt met minstens tien nieuwe tenen. Plant ze ongeveer 7 tot 10 centimeter diep en wacht af. Na een aantal weken zie je verse scheuten verschijnen die vanaf eind november een groeistop ondergaan en pas in het voorjaar, vanaf maart, opnieuw zullen groeien.
Pluk onrijpe tomaten
Groene, onrijpe tomaten haal je vanaf oktober van de plant en laat je binnenshuis narijpen. Doe dat in een bakje of kistje, waarin je de vruchten verdeelt. Zorg ervoor dat ze niet tegen elkaar gedrukt liggen. Dat kan kneuzingen in de hand werken, met schimmels tot gevolg. Leg in die bak of kist een rijpe banaan en binnen minimaal twee weken zijn je vruchten klaar om gegeten te worden. Fruit bevat namelijk ethyleengas dat het rijpingsproces versnelt.
Groen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier