“Schoonheid zit overal en is subjectief. Wat voor de een mooi is, is voor de ander triviaal of ronduit lelijk”
“De juiste bloemen vinden bij mijn nieuwe vaasje. Het is zo’n toevalligheid die voor mij schoonheid betekent.” Edouard Vermeulen wordt er gelukkig van. Toevallige schoonheid.
Het is exact ook de reden waarom ik zelf graag wandel en dan altijd naar boven kijk. Het is daar dat de onverwachte pracht schuilt. In een of ander vreemd tafereel achter een raam, in een blauweregen aan een verder lelijke gevel, boven in een boom of aan een lantaarnpaal. Daarmee is ook onmiddellijk duidelijk waarom ik nogal vaak tegen die laatste aan knal, over mijn eigen voeten struikel en niet graag fiets. Dan nog, naar boven kijken is altijd beter dan naar beneden. Al is het om de blik van een knappe passant te vangen.
Schoonheid zit overal en is subjectief. Wat voor de een mooi is, is voor de ander triviaal of ronduit lelijk
Een zwak voor schoonheid zit in de familie. Mijn ouders zijn beide kunstenaars en hebben zich hun leven lang omringd met boeken, muziek, kleren en design van de mooiste soort. Mijn zus schildert en tekent ook, ik geniet van wat ze maakt. Mijn tantes zijn beiden dames die er altijd uitzien om door een ringetje te halen. Mijn stiefvader goochelt met mooie woorden. Ik observeer hen en de wereld graag.
Schoonheid zit overal en is subjectief. Wat voor de een mooi is, is voor de ander triviaal of ronduit lelijk. Schoonheid is perceptie. Voor de 19de-eeuwse zwartkijker Schopenhauer was schoonheid het enige dat ons uit de permanente staat van lijden – het leven – kon verlossen. Door naar iets moois te kijken, op te gaan in de schoonheid ervan. Een beter pleidooi om vandaag een werk te kopen van een artiest, een plaat, een dichtbundel, een creatie om aan te trekken of eentje om te proeven, is er niet. Weg met het coviddonker. Op naar de musea, de lokale handelaar van boeken, muziek, kledij, wijn of chocolade. Het is voor het hoger doel. En jouw eigen geluk.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier