Jassen om te knuffelen

De modewinter belooft streelzacht te worden, zeker wat de jassen betreft. Denk tijdloze wollen mantels om jarenlang van te genieten, warme donsjassen en aaibare jassen in omgekeerd lam of in fluffy teddy.

Wollen klassiekers

Nu de wintertrends vooral op tijdloze mode focussen, zien we veel wollen mantels in discrete tinten. In alle mogelijke ruiten, van hanenpootmotieven over dambordmotieven tot prince de galles-ruiten. Visgraatmotieven houden het dan weer heel subtiel. Niets eenvoudiger dan een effen model. Een van de klassiekers is de camel mantel. Je treft hem als overjas in zakenmiddens, maar ook als elegante damesmantel. Het Italiaanse luxelabel Max Mara wordt geassocieerd met de camel mantel. De allereerste camel mantel van deze fabrikant, het iconische model 101801, werd in 1981 gelanceerd en maakt sindsdien elk winterseizoen deel uit van de collectie. Het is een creatie van de Franse ontwerpster Anne Marie Beretta, die zoals vele ontwerpers achter de schermen voor Max Mara gewerkt heeft. De mantel was zo uitgepuurd en volmaakt dat hij voorbestemd was om een klassieker te worden.

Een andere klassieker die alle trends overleeft, is de duffelcoat, ook wel de houtje-touwtjejas genoemd vanwege de originele sluiting van houten pennen en lussen in touw. Ondertussen zijn er ook variaties op de originele sluiting: de houten pennen worden vaak vervangen door hoorn of kunststof materiaal in hoornlook, de lussen zijn vaak van leder of lederlook. Chauvinisten beweren wel eens dat de duffelcoat een Belgische uitvinding is, met roots in Duffel. In werkelijkheid danken we de duffelcoat aan de Britten die naast de term duffle coat ook wel de benaming monty coat gebruiken, naar de Britse veldmaarschalk Montgomery. Net zoals de trenchcoat heeft de duffelcoat Britse militaire roots die teruggaan naar de Eerste Wereldoorlog. Toch zit er een Belgisch kantje aan de jas: de Duffelse wevers stonden lang geleden bekend om hun kwalitatieve zware stoffen die uiteindelijk vernoemd werden naar de gemeente Duffel.

Schaapjes en teddy

Korte jassen en mantels in omgekeerd lam doen het deze winter goed. Zelfs bij temperaturen onder nul houden ze je lekker warm. Zoals de naam het zegt, wordt de wol doorgaans aan de binnenkant van de jas gedragen. Interessant zijn de omkeerbare modellen waarbij je de wolzijde zowel aan de buitenkant als aan de binnenkant kan dragen. Op die manier heb je twee jassen in één. Een kwaliteitsjas in omgekeerd lam heeft zijn prijs, maar voelt lichter en comfortabeler aan dan een model gemaakt met goedkope huiden. Wie zorg draagt voor zo’n kwaliteitsjas, kan er decennialang van genieten. Je neemt dan wel best een tijdloos model dat alle vluchtige trends overleeft.

Korte jassen en mantels in omgekeerd lam doen het deze winter goed

Wie van knuffelzacht houdt, maar het liever vegan of budgetvriendelijk heeft, kan gaan voor een imitatieversie van omgekeerd schaap of voor teddy. Je vindt de teddy jassen in alle mogelijke tinten, van teddybeerbruin tot kerriegeel of andere intense herfstkleuren. Naast synthetische teddy is er ook teddy van biokatoen. Je herkent die kwaliteit aan het GOTS-label dat staat voor ‘Global Organic Textile Standard’.

De donsjas: met of zonder dons?

Niets zaliger en lichter dan een donsjas. Je vindt ze in alle mogelijke variaties: als lange mantel waarin je helemaal kan schuilen, als korte jas, als bodywarmer en zelfs als maxisjaal die je als een dekentje om je heen wikkelt. Oorspronkelijk werd de donsjas vooral in de wintersport gebruikt. Millet is zo’n wintersport- en outdoormerk dat in de jaren tachtig het straatbeeld veroverde en een hype werd bij de jeugd. De laatste jaren is het vooral Moncler dat hoge ogen gooit en dit seizoen met tal van ontwerpers samenwerkt om telkens een nieuwe kijk op de donsjas te brengen. Sinds dierenrechtenorganisaties de aandacht vestigen op wantoestanden waarbij eenden en ganzen levend gepluimd worden, is ook dons in het verdomhoekje terechtgekomen. Uiteraard mag je niet veralgemenen: heel wat leveranciers van dons houden zich aan de Europese gedragscode met betrekking tot het dierenwelzijn en engageren zich om enkel dons te gebruiken van dieren die gedood zijn voor consumptie en waarbij de veren en het dons dus een restproduct zijn.

Wie vegan door het leven gaat, kan opteren voor synthetisch dons. Tot voor kort waren het vooral goedkopere merken en ketens die synthetische vullingen gebruikten voor hun donsjassen, maar ook betere merken gaan tegenwoordig voor cruelty free ‘vegan’ dons. Een ervan is Save the Duck de naam spreekt voor zich dat voor zijn jassen enkel gebruikmaakt van synthetisch dons, Plumtech genaamd, een technisch materiaal dat qua isolatie en lichtheid echt dons benadert. Het bestaat in twee versies: gemaakt op basis van nieuwe grondstof of op basis van gerecycleerde materialen zoals petflessen. Een compromis voor wie echt dons verkiest maar duurzaam denkt, is gerecycleerd dons dat afkomstig is van afgedankte donsdekens en -kussens. Het dons wordt gereinigd en geselecteerd om opnieuw te worden gebruikt, onder meer voor donsjassen. Merken zoals Patagonia en Arket maken er al gebruik van. (Lut Clincke)