Bont of nepbont? Stof tot nadenken
Ook zo zot van de snoezige bontjasjes die ons door de nog frisse lentedagen moeten loodsen? Gemaakt in nepbont, waardoor niemand zich nog zorgen hoeft te maken over dierenleed. Of is nepbont dan toch ook niet zo onschuldig als we graag denken? En investeren we toch beter in ‘the real thing’? Wij zetten voor en tegen op een rij.
Ook tijdens de jongste Fashion Weeks in Milaan en Parijs wandelde er opnieuw bont al of niet echt over de catwalk: bij onder anderen Balenciaga, Moschino, Michael Kors en Stella McCartney. De bekende Braziliaanse influencer Helena Bordon werd gespot in een beige fluffy coat op weg naar de show van Alexandre Vauthier. Bont valt nog altijd niet weg te denken uit de modewereld. Maar valt het gebruik van echt bont nog te rechtvaardigen? Wel volgens de bontsector, die zich beroept op een eigentijdse troef: de kwaliteit en duurzaamheid van bont. Bont staat gelijk aan vintage. Christian Parmentier, medevennoot van modehuis Parmentier in Meulebeke: “Het draagcomfort van bont zorgt voor een lange levensduur ervan. Bontjassen blijken zelfs erfstukken te zijn. Mensen kunnen en willen ze niet weggooien. De volgende generatie brengt de jas van mama of oma binnen om te laten recycleren: de jas wordt volledig uit elkaar gehaald, de pels gewassen en daaruit wordt een volledig nieuwe jas gemaakt.” Het wordt altijd al gedaan, volgens Christian Parmentier, maar de jongste jaren ziet hij er in zijn eigen zaak een stijgende trend in.
Pels als luxeproduct
Toch blijft dierenwelzijn een oud zeer. Parmentier koopt zijn pelsen hoofdzakelijk op de internationale bontveiling van Kopenhagen. “Die hebben allemaal een OA-label: origin assured. Zo zijn we zeker dat we pelsen aankopen uit landen met een goeie wetgeving rond dierenwelzijn.” In België werden de voorbije decennia alleen nog nertsen voor de bontsector gekweekt. In een uitgebreid dossier over de nertsenkwekerij in onze provincie, dat vier jaar geleden in deze krant verscheen, werd het uitdoven van de sector aangekondigd. Minister voor Dierenwelzijn Ben Weyts kondigde in juli 2018 zelfs aan dat ten laatste op 1 december 2023 alle 17 nertskwekerijen waarvan vijf actief in onze provincie dicht zouden zijn. Eind vorig jaar echter keurde de Europese Commissie de plannen van het kabinet-Weyts af, al maken ze zich daar sterk dat de deadline voor de sluiting alsnog wordt gehaald. Maar in elk geval doet precies de onzekerheid over de toekomst van de nertsenkwekerij in ons land de sector stilaan de das om. De vraag is niet of maar wanneer de kwekerijen de deuren sluiten.
Maar hoewel de nertsenkwekers schermen met het feit dat ze wettelijk volledig in orde zijn, en modehuizen met labels die kwaliteit en dierenwelzijn garanderen, vinden dierenactivisten het nog altijd niet kunnen dat dieren enkel gekweekt worden voor hun pels, een ‘luxeproduct’. Een opinie die ook bij een deel van het publiek gehoor vindt. Maar die door bonthandelaars dan weer gecounterd wordt met de vraag waarom bont zo fel gecontesteerd wordt terwijl leer – dat veel vaker wordt gebruikt voor jassen, schoenen en handtassen – tot nog toe buiten schot blijft.
Nep voor Elizabeth en co
En er zijn alternatieven voor echt bont. Gucci, Chanel, Prada en boegbeeld van de bontvrije mode bij uitstek Stella McCartney
sturen faux fur de catwalk op. Ook de Britse koningin Elizabeth besliste onlangs om geen bont meer bij te kopen. Voortaan draagt ze wat ze in haar kast heeft hangen, en namaakbont. Al vindt ook dat weer niet iedereen een goede zaak. Want in tegenstelling tot bont blijkt nepbont lang niet altijd een duurzame optie te zijn. Het merendeel is gemaakt van modacryl, een derivaat van olie en synthetica. Het op aardolie gebaseerde product is een verontreinigende stof, geeft microvezels vrij bij het wassen die dan weer in rivieren en zeeën terechtkomen en is niet biologisch afbreekbaar.
Voor de een is bont overbodige luxe, voor de ander duurzaam
Dat laatste aspect, samen met de veelal modegebonden status van nepbont waardoor zo’n jas vaak al na één seizoen weggegooid wordt, heeft dan weer bepaald geen positief effect op de mondiale afvalberg. Voorts bestaat er ook onduidelijkheid over de werkpraktijken van producenten van nepbont; die zouden niet altijd ethisch verlopen en schade toebrengen aan de gezondheid van de werknemers doordat bij de productie ervan schadelijke stoffen vrijkomen. Dierenrechtenorganisaties brengen daar tegenin dat de productie van een nertsjas op het milieu veel groter is dan die van een jas in nepbont. Daarbij slaan beide kampen elkaar met studies om de oren.
Wie heeft gelijk?
Echt en nep met elkaar vergelijken op het vlak van duurzaamheid, blijkt moeilijk te zijn. Elk productieproces heeft zijn voor- en nadelen en alles hangt af van hoe ze te werk gaan. Goedkoop nepbont dat op grote schaal wordt geproduceerd kan zeer schadelijk zijn voor het milieu. Er wordt gewerkt aan technieken om nepbont dat wel composteerbaar is en geen plastiek resten achterlaat, op een duurzame manier te maken.
Bont blijft de gemoederen beroeren, zoveel is duidelijk. Voor de enen staat een bontjas symbool voor overbodige luxe, onrecht en egoïsme. Voor anderen primeert net het kwaliteits- en duurzaamheidsaspect ervan. En voor nog anderen blijft het een materiaal waarin ze barre levensomstandigheden overleven. Stof tot nadenken. En één ding is duidelijk: elke keuze heeft zijn consequenties.
Mode
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier