Oostende in zee met Participatie Maatschappij Vlaanderen voor renovatie Thermen en Gaanderijen

Hannes Hosten

Oostende gaat in zee met de Participatie Maatschappij Vlaanderen (PMV) om de renovatie van het Thermae Palace Hotel en de Koninklijke Gaanderijen vlot te trekken. In zes maanden moet er een stappenplan op tafel liggen, deze legislatuur moet de renovatie voltooid zijn.

Zoals bekend sleepte een vorige procedure om een privé-investeerder te vinden voor de renovatie van de Thermen en de Gaanderijen jaren aan en werd uiteindelijk stopgezet zonder resultaat. De nieuwe meerderheid in Oostende zocht samenwerking met de PMV en kwam nu tot een akkoord daarover. “Dat leggen we op 27 mei voor aan de gemeenteraad, hoewel dat eigenlijk niet hoeft”, vertelt schepen van Stadsvernieuwing Björn Anseeuw (N-VA). “Maar we willen zoveel mogelijk transparantie.”

Handelsbeurs Antwerpen

PMV is de investeringsmaatschappij van de Vlaamse overheid. De organisatie noemt zichzelf een ‘doe- en durfbedrijf’ dat ‘de toekomst van de Vlaamse economie vormgeeft. PMV financiert beloftevolle ondernemingen van bij de prille start tot en met groei en internationalisering. Maar PMV heeft ook een ‘Vlaamse Erfgoedkluis’, die erfgoedprojecten begeleidt en mee kan financieren.

Een visitekaartje is de Handelsbeurs in Antwerpen, die sinds 1997 leeg stond, maar intussen een pareltje is geworden met een hotel, restaurant, ondergrondse parking en evenementenruimte. “Een rendabele invulling met respect voor de erfgoedwaarden”, zo noemt schepen Anseeuw het. “PMV staat niet alleen in voor de begeleiding van het project met de vele partners en de stad Antwerpen, maar ook voor een stuk van de financiering. Dat beogen we ook in Oostende.”

Stappenplan

“De renovatie is hoogdringend. Van zodra de overeenkomst is goedgekeurd, begint de PMV gesprekken met alle partners”, zegt burgemeester Bart Tommelein (Open VLD). “In zes maanden moet er een stappenplan op tafel liggen en dat zal dan in de komende vijf jaar worden uitgevoerd. Uit de vorige procedure hebben we geleerd dat de stad Oostende niet bij machte is om om zo’n dossier alleen tot een goed einde te brengen. Blijkbaar heeft er in de vorige legislatuur ook niemand aan gedacht om op de PMV een beroep te doen.”

“De vorige procedure was een marktbevraging, maar één van de grootste manco’s was dat het financiële plaatje niet sluitend was”, meent schepen Anseeuw. “Dat is nu heel anders. De PMV bekijkt hoe de best mogelijke renovatie gerealiseerd kan worden en hoe de financiering rond kan worden gekregen. De PMV heeft daartoe heel wat mogelijkheden en kan ook zelf mee investeren.”

Rendabel

“Over de toekomstige eigendomsstructuur is nog niets beslist. Wij vinden het geen kerntaak van de overheid om een hotel in eigendom te hebben, maar het hoeft voor ons ook niet per se verkocht te worden”, aldus Anseeuw. “Alles is bespreekbaar.”

De site moet niet per se eigendom blijven van de stad“, beklemtoont burgemeester Tommelein. “Wij zijn geen vragende partij om dit gebouw in eigen beheer te houden. Belangrijk is wel dat het geheel rendabel is voor de toekomst. De Thermen en de Gaanderijen zullen ook in de toekomst onderhoud vragen. Dat geld zal ergens vandaan moeten komen.”

Met Vanmoerkerke

Het stadsbestuur liet de huidige concessionaris Mark Vanmoerkerke afgelopen weekend al weten dat de overeenkomst met de PMV eraan zit te komen. “De concessieovereenkomst met de familie Vanmoerkerke loopt nog tientallen jaren en daar verandert niets aan. We willen in nauw overleg verder werken. Het hotel zal op een bepaald moment een tijdje onbruikbaar zijn. We willen dan ook goede afspraken maken met de huidige uitbaters”, stelt de burgemeester.

“Ik vermoed dat de plannen die de familie Vanmoerkerke in de vorige procedure al maakte voor de renovatie, niet zomaar in de vuilnisbak zullen vliegen. Ze kunnen als basis dienen om het nieuwe stappenplan te bespreken, maar het is aan de PMV om dat uit te maken. Belangrijk is dat we de private sector nodig hebben om dit soort gebouwen te kunnen blijven onderhouden. Dat is niet enkel een taak van de overheid”, besluit Bart Tommelein.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier