Rosse krulletjes

Oranje krulletjes hebben is helemaal oké. © Getty
Stephanie Rogeau
Stephanie Rogeau Medewerker KW

Geen boeiender ras dan het West-Vlaamse, vindt ook Stephanie Coorevits. De schrijfster, psychologe en televisiemaakster laat zich graag inspireren door de West-Vlamingen en hun gewoontes.

Afgelopen weekend zag ik, al wandelend in mijn stad, een klein jongetje in een buggy. Hij was ongeveer drie jaar oud, had van die schattige dikke wangetjes waar je een hapje uit zou willen nemen mocht dat sociaal meer aanvaard zijn en feloranje krulletjes. ‘Oei’, was mijn eerste, onwillekeurige gedachte, ‘dat kindje zal gepest worden’. Want zo gaat dat, als je oranje haar hebt. Of sproeten. Of een scheef tandje. Of een ander accent. Of je moeder lesgeeft aan dezelfde school als waar jij naartoe gaat (een random en in geen geval autobiografisch voorbeeld).

Kinderen pesten andere kinderen als ze ook maar in het minste afwijken van wat de standaard is. En de standaard is in dit geval: zo doorsnee mogelijk. Ik vraag me af waar kinderen dat idee eigenlijk halen, dat doorsnee een na te streven concept is. Worden we geboren met die gedachte? Of leren we het van onze ouders? Ik zou in geen geval een doorsneekind willen. Want dan wordt het misschien zo’n volgzaam lammetje dat denkt dat het andere kindjes moet pesten om zelf niet gepest te worden.

Geen enkel kindje is doorsnee in de ogen van zijn ouders

‘Ah, jij gaat andere kindjes uitsluiten?’, zou ik hem zeggen. ‘Misschien moet jij maar eens eventjes uitgesloten worden zodat je weet hoe verdrietig je daarvan wordt’. En dan zou ik hem op de gang zetten terwijl de rest van ons gezin een heel leuk spelletje speelt en extreem hard aan het lachen is. Ik zou de anderen ook toesissen: ‘Lach harder. Hij moet denken dat het superleuk is’. En als hij dan nog altijd kindjes zou pesten, zou ik hem misschien wel duidelijk maken dat hij zeker ook niet perfect is. Met zijn grote neus. Of zijn hobbitvoeten waar later allemaal haar op zal groeien. Of zijn flaporen. ‘Helpt dat bij het landen?’ zou ik hem dan vragen…

Voor jullie massaal een petitie opstellen om mij te laten steriliseren, het spreekt voor zich dat ik niets van dat alles zou doen. Ik zou een gesprek hebben met mijn kind dat het evenwicht houdt tussen liefdevol en streng en hem duidelijk maken dat pestgedrag absoluut niet getolereerd wordt. Want als ik ooit een kindje zou hebben, dan is de kans groot dat hij oranje krulletjes heeft. En dikke wangetjes waar je een hapje uit wil nemen. En dan zou mijn hart breken mocht ik weten dat hij enkel wegens zijn prachtige, speciale haarkleur alleen zou staan tijdens de speeltijd. Geen enkel kindje is doorsnee in de ogen van zijn ouders, dus waarom zou dat het na te streven ideaal moeten zijn?