Vanuit de Ronde van Ivoorkust: Calvarietocht op Afrikaanse wegen
Wielrenster Sjoukje Dufoer gaat mee als verzorgster naar de Ronde van Ivoorkust, met meerdere West-Vlaamse renners: Dieter Bouvry, Louis Verhelst, Sven De Meydts en Jaak Lepere als ploegleider.
Gisterenavond, of eigenlijk deze ochtend heel vroeg wegens een technisch probleem aan ons vliegtuig, zijn we aangekomen in Abidjan (Ivoorkust), waar we na lang wachten in het hotel zijn geraakt voor enkele uren slaap. Deze morgen moesten we al om 6 uur uit de veren om vandaag 560km af te leggen met de auto/busjes.
Verzamelen bij de vleet
Na het ontbijt met uitzicht op de sloppenwijken vertrokken we naar een verzamelpunt in de stad. Daar troffen we veel auto’s en busjes aan, net als een grote groep mensen gecentraliseerd rond de koffer van een auto. Nadat iedere ploeg een ploegauto en chauffeur toegewezen kreeg, konden we beginnen aan de overige 555 km.
Volgend verzamelpunt – ze houden hier nogal van verzamelen – was het tankstation van Total. Na drie keer stoppen bij verschillende tankstations, bevonden we ons uiteindelijk bij het juiste tankstation waar de hele karavaan naartoe was getrokken. Resultaat: file. Gelukkig konden we ons bezighouden met ‘the queste for the simkaart’. In het tankstation zelf verkochten ze geen simkaarten, dat zou te gemakkelijk geweest zijn, maar als je het aardepadje volgde en over de gracht sprong, kwam je in het onofficiële deel van het tankstationverkooppunt terecht. Sloppenwinkeltjes, waar wél simkaarten verkocht werden.
Konvooi op de weg
De queste van deze verkopers leek erop ons zo lang mogelijk bezig te houden. Met twee werkende simkaarten en één niet-werkende simkaart gingen we terug op pad – letterlijk – naar de auto. Een dik uur later bleek daar iedereen ook klaar om te vertrekken. We stonden natuurlijk onder de grootste tijdsdruk. We moesten zo snel mogelijk naar de auto springen, want we wilden voor het donker ons doel bereiken.
5 km verder stonden we dus weer stil. Een of andere ingenieuze organisator wou dat we in konvooi zouden blijven rijden, dus kwam hij op het idee om iedereen aan de kant te zetten. Een uur later waren we uiteindelijk gegroepeerd, zodat we weer in groep konden vertrekken: nog 550 km…
Natuurlijk verbrokkelde ons konvooi onmiddellijk na vertrek. Voor de chaufeurs was het wel een extra doel op zich om zich door niemand te laten voorbijhalen. Klein detail: de weg zit hier vol putten waarin een volwassen persoon zich gemakkelijk kan verstoppen met andere woorden. De chauffeurs raceten zigzaggend over de weg met elkaar, 550 km lang.
Rempedaal kapot
Wij hadden het gevoel dat we eindelijk op weg waren, ware het niet dat de rempedaal niet meer werkte. Dit blijkt toch een redelijk cruciaal onderdeel van de auto om in Afrika (met tegenliggend verkeer) zigzaggend over de weg te racen. Gevolg: daar stonden we weer aan de kant. Geen nood, een dikke steen om de de carrosserie op te laten rusten en wat gepruts aan de onderkant van de auto zorgde ervoor dat we in de kortste tijd weer konden vertrekken. Nog 250 km te gaan…
De volgende kilometers werd het wegdek alleen maar slechter! De putten werden dieper en dieper en ook groter en onregelmatiger. Verspreid over het hele wegdek was het geen sinecure om semicomfortabel de auto in alle richtingen te sturen. Heb ik al vermeld dat gelijktijdig verkeer vanuit de andere richting komt, de overvolle vrachtwagens voorbijgestoken moesten worden en dat die putten echt niet goed in te schatten zijn vanuit een lage auto? Bijgevolg duurde het vervolg van onze trip enkele uren, waarbij mijn hartslag regelmatig de hoogte werd ingejaagd.
Na nog een kleine plaspauze en genieten van de ondergaande zon, kwamen we eindelijk om 19 uur toe op onze bestemming. Jammer genoeg wist niemand precies wat onze bestemming was. Opnieuw werd geopteerd om het principe van het verzamelpunt toe te passen. Helaas waren enkele auto’s en bussen ondertussen een uur achterop geraakt. Daar stonden we in het donker. Waarschijnlijk maar een minieme kilometer van het hotel verwijderd, maar onze chauffeur wist dat niet zijn. Elke auto van de organisatie raasde ons voorbij. Blijkbaar was toch niet iedereen te vinden voor het verzamelpuntprincipe. Helaas bleven wij staan.
Geen hotel, geen eten
Na enkele pogingen om onze chauffeur te activeren, konden we dan toch uiteindelijk een andere auto van de organisatie volgen. Helaas wou onze bestuurder eerst nog even de weg vragen, met als gevolg dat we de weg kwijt waren. Welgeteld een uur hebben we rondgetjoold terwijl we de weg vroegen en de chauffeur probeerden te activeren tot we uiteindelijk ons hotel vonden. Scheel van de honger was onze eerste vraag of er eten voorzien was? Nope. Waar er eten voorzien was? Geen idee. En hoe we aan onze bagage – die zich in de vrachtwagen voor het hotel bevond – konden? Op slot, tja.
Onze jongens in één van de busjes een uur achterop zijn hier nog altijd niet gearriveerd. Om het relaas van hun avonturen te lezen, zullen we moeten wachten tot morgen!
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier