Britse Zoe Bäckstedt verovert wereldtitel bij junioren, Marith Vanhove eindigt als zevende

Marith Vanhove. © (Foto BELGA)

Zoe Bäckstedt heeft zaterdagvoormiddag op het WK wielrennen in België de wereldtitel op de weg veroverd bij de junioren meisjes. De 17-jarige Britse bleef na de 75 kilometer lange tocht in en rond Leuven in een sprint met twee de Amerikaanse Kaia Schmid voor. De Duitse Europees kampioene Linda Riedmann won de spurt om het brons. Marith Vanhove eindigde als zevende.

De wedstrijd voor de junioren meisjes ging van start op het Ladeuzeplein in het centrum van de studentenstad. Na vijf ronden op het lokale circuit in Leuven (met telkens vier hellingen) lag de eindmeet op de Geldenaaksevest. De rensters maakten meteen koers, met een snel dompertje voor de Belgen: Fien Masure kwam onzacht in aanraking met het Leuvense asfalt maar kroop toch weer op de fiets.

Intussen was een omvangrijke kopgroep, met daarbij Marith Vanhove, gaan versnellen en weggereden van de rest van het peloton. Die ruime vlucht was echter geen lang leven beschoren en na enkele kilometers kwam alles weer samen. Op de Sint-Antoniusberg duwden in de derde ronde de Amerikaanse Kaia Schmid en Britse Zoe Bäckstedt het gaspedaal in.

Het duo begon met een voorsprong van een veertigtal seconden aan de vijfde en laatste ronde. Die voorgift liep snel op tot anderhalve minuut en de achtervolgers maakten weinig aanstalten om terug te keren. Een sprint zou beslissen over de wereldtitel en daarin haalde Bäckstedt, de dochter van Magnus Bäckstedt en eerder dit WK goed voor zilver tegen de klok, het van Schmid. Riedmann versloeg een kleine minuut nadien in de spurt om brons onder meer Vanhove, die zevende werd.

In 2020 was er geen WK voor junioren omwille van de wereldwijde coronapandemie. In 2019 ging in Harrogate de winst naar de Amerikaanse Megan Jastrab. Julie De Wilde veroverde toen het zilver.

“Bij de wereldtop in mijn categorie”

“Het was een heel snelle wedstrijd waarbij het nooit echt stil viel”, deed ze haar verhaal. “We rijden een gemiddelde van meer dan 38 km/uur (38,94 zelfs, red.) op dit parcours en dat bij de junioren. Dat zegt echt wel iets over het niveau.”

Net zoals in de andere categorieën werd ook deze wedstrijd ontsierd door de vele valpartijen. “Ik zat zelf ook even vast achter een groepje”, legde ze uit. “Daarna moest ik stevig uit de hoek komen om terug te komen. Ik heb nog even aangevallen met een groepje, maar er was geen enkel Italiaans meisje mee in de kopgroep en dus haalden ze ons terug.”

Op het eind was het aanklampen. “Ik ben niet de beste klimmer, maar ik wilde bij dat groepje blijven voor de sprint om het brons. Het goud en zilver was weg. Zoë en die Amerikaanse Kaia Schmid zijn echt veel sterker. Ik ken ze van de piste. Toen zij gingen, wilde ik wel mee, maar ik moest passen. Voor dat brons wilde ik aanklampen. Die aankomst moest me liggen, maar in de sprint had ik helaas niets meer in de benen.”

Vanhove toonde zich op internationaal niveau. “Ik kan heel tevreden terugblikken op dit WK”, eindigde ze. “Deze wegrit betekent meer voor mij dan de tijdrit en ik toon me op internationaal niveau. Ik hoor toch wel een beetje bij de top en dat stemt me heel blij.”