Danny Devuyst ruilde voetbal na 28 jaar voor horeca: “Iedereen is ‘Vuustje’ nog niet vergeten”
Al meer dan veertig jaar is Fons Roets (FRO) schrijvend actief in de regionale sportwereld. Als sportliefhebber pur sang leerde hij honderden mensen en hun verhaal kennen. Iedere week duikt hij in de archiefdoos vol herinneringen en anekdotes. Deze week ex-voetballer Danny Devuyst uit Oostende.
Danny Devuyst werd geboren op 1 april 1970, als jongste in het gezin van André Devuyst-Erna Brodiaux. Hij heeft een broer Franky en een zus Juanita. Danny groeide op in de wijk Konterdam. Hij ging naar de Sint-Lodewijksschool en slalomde dan van het OLV-College naar het Sint-Jozefsinstituut.
Halftijds werk
De afdeling handel-wetenschappen interesseerde hem minder en op zijn zestiende begon hij geld te verdienen met voetballen. Via KVO kreeg hij een contract en halftijds werk in de havendienst, de groendienst en de sportdienst.
In 1994 trouwde hij met Laurence Jocquet. Het huwelijk werd gezegend met twee kinderen. Milan is nu 25, verbleef vier jaar in Amerika om te studeren en te voetballen. Hij werkt als business master in een IT-bedrijf in Oostkamp en speelt bij eersteprovincialer SK Oostnieuwkerke.
Voor volgend seizoen heeft hij getekend voor Ardooie uit tweede provinciale A. Luna is 21 en kapster van beroep. Laurence en Danny zijn nu al 17 jaar de fiere uitbaters van brasserie-tearoom Pistache.
Van VGO naar KVO
Danny begon op 7-jarige leeftijd te voetballen bij VG Oostende. “Mijn vader, André, heeft vroeger bij Hermes gespeeld en voetbalde op recreatief niveau in PERKEZ”, vertelt Danny. “Zo kreeg ik ook de microbe te pakken en ben ik naar VG Oostende getrokken. Ik was elf toen er een fusie kwam en zo kwam ik als verdediger, mandekker, terecht in een betere lichting met Wim David, Alain Vandenberghe, Kurt Ryckewaert, Franky Lambrecht en Dwight Decerf, de beste jeugdspeler van mijn tijd.”
“We hebben wel enkele titels behaald. Ik was kapitein van de West-Vlaamse selectie en werd ook opgeroepen voor de nationale ploeg, als enige van derde klasse tussen spelers van Anderlecht, Standard en Club. Met de U16 werd ik geselecteerd in 1986 voor een vierlandentornooi in Schotland met België, Nederland en Italië. Tegen alle verwachtingen in speelde ik alle wedstrijden.”
“Plots was er belangstelling van Club Brugge. Een zekere Jan Hep kwam verschillende keren vragen aan mijn ouders of ik naar Club wou komen. Mijn ouders waren bereid te verhuizen naar Brugge, maar uiteindelijk is de transfer niet doorgegaan.”
Debuut tegen Olympic Charleroi
“Ik ben in Oostende gebleven en op 16-jarige leeftijd werd ik uitgenodigd om met de eerste ploeg te trainen. Filip Schepens was trainer van de juniores en wilde me niet laten gaan. Op vraag van James Storme mocht ik wel trainen met de kern en ik heb mijn kans gegrepen.”
Danny Devuyst debuteerde met de eerste ploeg in de thuiswedstrijd tegen Olympic Charleroi. “Sindsdien ben ik niet meer uit de ploeg gegaan. In derde werden we kampioen en in tweede klasse speelden we eindronde. Ons eerste jaar in eerste klasse was een groot succes met de zevende plaats.”
Ik had een ‘wiede muule’ en kon niet zwijgen op het terrein
“In totaal heb ik 319 wedstrijden op mijn actief. Ik herinner me een anekdote met Gilles De Bilde, die toen in Aalst speelde. Marcel Vanlangenhove was scheidsrechter. In ieder duel met Gilles had ik de bal en misschien een beetje been of vlees. Marcel kwam op zeker moment naast mij lopen en zei: Pak hem een beetje voorzichtiger aan. Gilles is het grootste talent dat we voor ’t moment hebben!”
In het seizoen 95-96 ging het bergaf bij KVO Oostende en in juni trok Danny naar Harelbeke. “Daarna volgde een aanbieding van Cercle Brugge om de geblesseerde Wim Kooyman te vervangen. Dat was in tweede klasse, maar ik werd vorstelijk betaald en ik heb de kans gegrepen.”
“Ronny Desmedt was toen trainer bij groen-zwart. Dominique Van Maele was kapitein, maar durfde niet veel zeggen. Ik had een wiede muule en kon niet zwijgen op het terrein. Ronny bombardeerde mij na één wedstijd tot kapitein en ik heb nog een half seizoen de pannen van het dak gespeeld.”
Dan sloeg het noodlot toe. In de voorbereiding werd bij Danny een hartafwijking vastgesteld. Een operatie was nodig. “Na een revalidatie van anderhalve maand kon ik weer trainen. Ik haalde moeilijk mijn niveau van vroeger. Ik ben nog een seizoen bij Cercle gebleven, met Dennis van Wijk als trainer. Die samenwerking was geen succes.”
Leo Van Der Elst
“Via Luc Devroe ben ik teruggekeerd naar KV Oostende, met Leo Van Der Elst als trainer in tweede klasse. Het eerste seizoen viel best mee, maar dan maakte hij verkeerde keuzes. Dat zei ik hem ook. Ik vloog naar de B-kern en, door de blessure van Didier Bapupa, werd ik toch weer opgeroepen voor de match tegen Cercle.”
“Ik speelde een bèrematch en stak Cercle-spits Sanda Sanda in mijn achterzak. Na de match kwamen Leo en Dennis mij feliciteren. Ik heb geen van beiden de hand gedrukt! Ik ben geen speelbal. Ik heb mijn karakter en wilde niet gestraft worden, omdat ik soms eens mijn gedacht zei in de kleedkamer!”
Spelen zonder trainen
Er volgde nog een moeilijk seizoen bij KVO, maar dan was het op. Danny kreeg geen contract meer van voorzitter Eddy Vergeylen en manager Chris Roels. “In Blankenberge kreeg ik wel wat ik vroeg en beleefde ik een superjaar. Het tweede seizoen konden ze me meer betalen. Ik kreeg een telefoon van Jean-Claude Vanbiervliet en met VGO, met trainer Marc Catrysse, speelden we kampioen in tweede.”
“Na VGO volgde White Star Oudenburg en ik kreeg een job bij Jakali. Franklin Capitaine was onze trainer. In derde speelden we kampioen en het tweede seizoen heb ik op een rare manier afgewerkt. Op dat ogenblik was Laurence al gestart met brasserie Pistache in Oostende.”
“Er was veel werk en ik kon dat moeilijk combineren met de training. Op vraag van de spelers speelde ik nog de matchen op zondag, zonder training. Ik was 35 jaar en dat was het einde van mijn goedgevulde voetbalcarrière.”
Brasserie-tearoom Pistache
Danny en Laurence hebben de handen vol met de uitbating van brasserie-tearoom Pistache. “Hier in de Pistache zie ik regelmatig ploegmaats, trainers en supporters terug en iedereen is Vuustje nog niet vergeten”, lacht Danny.
“Voetbal is hier het gespreksonderwerp nummer 1. We hebben vast en flexipersoneel om de zaak goed te runnen. Ook mijn toekomstige schoonzoon, Karel, en de papa van Birger Verstraete werken hier. Ik zelf ben de man achter de bar. Buiten het werk volg ik alle sporten.”
Paardenliefhebber
“Eén keer in de week ga ik fitnessen bij Hans Cornelis, de trainer van Zwevezele, en ik ben ook de trotse bezitter van een paard. Ik was van jongs af al een paardenliefhebber. Ook Milan was zot van paarden, maar uiteindelijk heb ik de passie voortgezet.”
“Op mijn paard, in Stalhille, kom ik tot rust en kan ik volop genieten van het leven. Wanneer de twee marktpleinen volgezet worden voor de jaarlijkse oktoberfoor, gaan we op reis. Het hele jaar door staan we klaar voor onze klanten in de Pistache, met panache, net zoals vroeger, op het voetbalterrein!”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier