Het vernieuwde KSC Blankenberge bouwt aan automatismen
Op maandag 19 juli, daags na het treffen tegen Royal Knokke FC en één etmaal voor het duel tegen de beloften van Cercle Brugge, laste coach Steve Swaenepoel een recuperatietraining in. Zoals steeds werd hij bijgestaan door T2 Gregory Joris en keeperstrainer Guy Neirynck.
De sportieve staf zag kleppers als Aaron Bruning, Aaron Belpaire en Birger Longueville andere oorden opzoeken terwijl de vroegere Rode Duivel Brian Vandenbussche niet langer actief tussen de palen zal aantreden. Liefst acht nieuwelingen komen erbij terwijl Steve Swaenepoel enkele beloften liet doorstromen. Op het moment dat de voorbije competitie abrupt werd afgebroken leidden de kustboys met negen op negen en stootten door tot de vijfde ronde van de Beker van België.
Steve Swaenepoel is niet de leidersfiguur die teert op het verleden. Hij blijft hameren op collectieve prestaties, instuderen van automatismen en streven naar een nieuwe typeploeg. Wij legden alvast ons oor te luisteren bij enkele neofieten en stelden vast dat ze popelen om een hoofdrol te vertolken het eerstvolgende kampioenschap.
Joran Van De Velde: “Bij de jeugd van Cercle Brugge begon alles voor mij. Daarna volgden Dender, Temse, Dikkelvenne en Lebbeke. Momenteel woon ik in Loppem en zag steeds meer op tegen de verplaatsingen naar Lebbeke, zeg maar 70 minuten enkele reis. Nu heb ik een ploeg gevonden, dicht in de omgeving, die de ambitie koestert om over te gaan naar de derde amateurklasse. Dat spreekt me ten zeerste aan. Zelf voetbal ik liefst op de linkerflank, al mag de coach mij gerust ook centraal postuleren. Hij zal wel zien waar hij uitkomt bij het kneden van de automatismen.”
Gianny Vanhaecke: “Bij KV Oostende trad ik aan in de hoofdmacht. Door pech moest ik vervolgens afzakken naar lagere reeksen. Twee jaar Harelbeke, één Gullegem, twee competities Menen en evenveel Torhout KM volgden. Bij mijn laatste uitdaging mocht ik niet blijven, ik weet niet wat aan de basis lag: sportieve of financiële redenen. Toen Blankenberge op de proppen kwam aarzelde ik geen moment. Voor mijn broodwinning werk ik in de haven van Zeebrugge, binnen de kortste tijd sta ik dus op het trainingsveld. Verder ben ik woonachtig in Oostende, dus ook dat is een boogscheut verwijderd van de accommodaties. Bij een ploeg met enorme ambitie kreeg ik een mooi voorstel. Waarom aarzelen? Hier toonden ze dat ze me echt wilden.”
Lorenzo De Staercke: “Bij Sporting Lokeren startte mijn voetballoopbaan. Op mijn veertiende trok ik naar Racing Gent, waar ik doorstroomde naar de eerste ploeg en de vorige twee competities doorbracht onder leiding van Jannes Tant. Vermits ik studeer in Brugge leek het me aangewezen iets dichter bij mijn studentenkot te voetballen. Blankenberge bood niets dan voordelen en oogde voor mij zeer aantrekkelijk. Sport en beweging is mijn studierichting, de combinatie studie en voetbal zal perfect lukken. Hopelijk binnen anderhalf jaar heb ik mijn diploma beet en dan zien we wel. Zover kijk ik nog niet vooruit. Laat me maar genieten op mijn geliefkoosde positie, zwervend rond de diepste spits, of waar de trainer me bruikbaar acht. Net zoals de ploegmaats hoop ik zo hoog mogelijk te eindigen. We beschikken over voldoende klasse.”
Wie zal ex-Rode Duivel Brian Vandenbussche vervangen?
Harold Van Der Borght: “Mijn mooiste jaren beleefde ik bij het gefusioneerde SVV Damme, nadat ik eerder de netten verdedigde bij Winkel, De Ruiter en Vlamertinge. De voorbije seizoenen pakte ik ballen in Diksmuide. Nu, op 33-jarige leeftijd, wil ik mijn carrière verder uitbouwen in Blankenberge. Ik woon in Oostkamp, dus hoef ik me niet ver te verplaatsen. Natuurlijk kom ik na een onvoorstelbare kanjer, Brian Vandenbussche. Ook goalie Arne Maertens, die nu een weekje in Spanje vertoeft, is nieuw en ik acht ons evenwaardig. Het wordt een harde concurrentiestrijd in alle vriendschap. Al mijn hele loopbaan moet ik me meten met oerdegelijke rivalen, we zien wel wie er de competitie zal starten.”
Julien Csepregi: “Op een boogscheut van hier, bij KFC Heist, leerde ik voetballen. Daarna volgde Cercle Brugge bij de reeksen U9 en U10. Vervolgens stevende ik naar Royal Knokke FC tot U15. Op dat moment mocht ik terugkeren naar Cercle Brugge. Knokke kwam opnieuw aan de beurt en op mijn zestiende debuteerde ik bij de beloften. Nu hoop ik door te stoten naar het Blankenbergse vlaggenschip bij een supertoffe bende en met professionele oefensessies. We hebben al een schitterend weekend teambuilding achter de rug, waar we elkaar beter leerden kennen. Hopelijk breek ik door op de flanken, als aanvallende middenvelder.”
Arno Lycke: “Bij de jeugd van KV Oostende begon het voor mij en ik stootte door tot de reeks beloften. Koksijde werd mijn tweede uitdaging, waar ik af en toe opdraafde maar ook regelmatig als bankzitter fungeerde. Bij Dikkelvenne wisselde ik ook regelmatig de dug-out met de krijtlijnen maar werd nooit vaste waarde. Bij SVV Damme lanceerde ik definitief mijn carrière in de basis, ik verbleef er drie jaar en vervolgens twee seizoenen Zedelgem. Nu is het aan mij om me te bewijzen bij de kustformatie. Ik ken Blankenberge zeer goed want Excelsior Zedelgem is een reeksgenoot en een sublieme vereniging, al lijken me de ambities hier meer uitgesproken. Als rechtsachter of op een positie hoger hoop ik mijn steentje bij te dragen om de aspiraties, promotie, waar te maken.”
Guillaume Tanghe: “Hier startte ik in de bal-bal school om later naar Club Brugge voor één jaar en vervolgens naar Cercle Brugge voor zeven seizoenen te verhuizen. KV Oostende en opnieuw Club Brugge, waar ik twee jaar bij de beloften aantrad, volgden. Na andermaal een tussenstop bij KV Oostende opteerde ik voor Westhoek. Nu ben ik weer in de schaapstal beland want de verplaatsingen naar de andere kant van de provincie begonnen zwaar door te wegen. In mijn eigen stad hoop ik een rol van betekenis te kunnen vervullen als spits of zwervende aanvaller. Ja, ik ben supertevreden weer thuis te komen.” (JVH)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier