Nu al 64 trajectcontroles (en daar stopt het niet): meer dan één op drie burgemeesters wil zelf camera’s plaatsen
Opgepast, u wordt gefilmd! Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD) rolt de komende maanden 84 trajectcontroles uit in West-Vlaanderen, maar ook onze burgemeesters doen hun duit in het zakje. In zes West-Vlaamse gemeenten zijn er al lokale trajectcontroles, nog eens 17 lokale besturen denken er ernstig over na om hun voorbeeld te volgen.
Onze provincie telt vandaag 54 trajectcontroles op gewestwegen en snelwegen. Die worden geplaatst en beheerd door het Agentschap Wegen en Verkeer. De komende maanden steekt de Vlaamse overheid een serieus tandje bij, want op 32 extra locaties wordt op dit moment een trajectcontrole geïnstalleerd en op nog eens 52 plaatsen zijn de werken in voorbereiding.
Dat brengt het totaal in onze provincie straks op 138 stuks, waarmee we – met voorsprong – koploper worden in Vlaanderen. Oost-Vlaanderen en Antwerpen volgen met respectievelijk 119 en 117 stuks, voor Limburg (89) en Vlaams-Brabant (79).
Trager en veiliger
Dat is echter nog niet alles. Bovenop de trajectcontroles op gewest- en snelwegen telt onze provincie er ook nog eens tien op gemeentelijke wegen. Dat zijn controles die op initiatief van de lokale gemeentebesturen zelf zijn geïnstalleerd en dus ook gefinancierd. Zes gemeenten deden dat al: Zedelgem (1 controle), Oostkamp (1), Wingene (2), Veurne (2), Kortrijk (2) en Waregem (2). “De trajectcontrole betekent een belangrijke verhoging van de verkeersveiligheid in het centrum van onze gemeente”, zegt Lieven Huys (CD&V), burgemeester van Wingene. “We krijgen signalen van bewoners dat er merkelijk trager en veiliger gereden wordt in de aan- en uitloopwegen van de trajectcontroles.” (lees verder onder de kaart)
Dat blijkt ook uit onderzoek van Vias, het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid. Trajectcontroles doen het aantal zware verkeersongevallen met meer dan de helft dalen. “Ook voor en na het traject wordt er voorzichtiger gereden”, weet Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD). “Lokale besturen zijn een belangrijke partner in onze strijd voor meer verkeersveiligheid. Laat het vooral duidelijk zijn: trajectcontroles zijn dan ook geen pestmaatregel, wél een concrete en doeltreffende maatregel in de strijd tegen ongevallen door overdreven snelheid.”
Nog een pak op komst
Behalve de zes steden en gemeenten die al overstag gingen, zijn er nog eens 17 lokale besturen die er ook over nadenken om in de toekomst een eigen trajectcontrole uit te rollen. Tien daarvan hebben zelfs al concrete plannen uitgetekend of zijn bezig met een vooronderzoek: Damme, Deerlijk, Dentergem, De Panne, Gistel, Knokke-Heist, Lo-Reninge, Oostende, Oudenburg en Staden. “Wij hadden op verschillende plekken al een zone 30 in het leven geroepen, maar zonder pakkans wordt die regel toch niet nageleefd”, zegt Wout Cornette (Dynamisch), schepen van Mobiliteit in Lo-Reninge, waar liefst vijf trajectcontroles geïnstalleerd worden. (lees verder onder het kader)
Burgemeester Wingene: “Winst maken is niet het doel”
Waregem was in 2018 de eerste in West-Vlaanderen om een trajectcontrole te installeren op gemeentewegen. Sindsdien volgden vijf andere gemeenten en werden er in totaal al bijna 50.000 boetes uitgeschreven in onze provincie. Een gemakkelijke manier om de stadskas te spijzen dus, zou je kunnen denken.
Niks is echter minder waar. Eerst en vooral is er het prijskaartje, dat voor veel gemeenten een drempel vormt. Je mag al snel rekenen op 150.000 euro. Per trajectcontrole moeten er immers twee camera’s geplaatst worden, om de gemiddelde snelheid van de bestuurder over die bepaalde afstand te registreren. Eén camera kost gemiddeld 75.000 à 80.000 euro.
Bovendien innen de meeste gemeenten de boetes niet zelf. Alleen Wingene maakt gebruik van GAS 5, een GAS-reglement waarmee gemeentebesturen zelf in beperkte mate snelheidsovertredingen kunnen beboeten en sanctioneren. De controle in Wingene haalde vorig jaar de media toen bleek dat er in de eerste maand liefst 1.190 boetes werden uitgeschreven. “Het doel van trajectcontroles is niet om winst te maken, maar om ervoor te zorgen dat er geen snelheidsovertredingen meer begaan worden”, zegt burgemeester Lieven Huys. “In een ideaal scenario brengen die controles dus niks op, maar daar zijn we nog niet. Al is het aantal vaststellingen sindsdien wel al stevig gedaald.”
Het gemeentebestuur van Wingene gebruikt een deel van de centen die de boetes opleveren voor het onderhoud van de camera’s, personeelskosten voor de verwerking van de overtredingen en de huur van de software daarvoor. Alle andere gemeenten geven aan dat de opbrengst integraal terechtkomt in het Verkeersveiligheidsfonds van de federale overheid.
“Het gevolg is dat de leefbaarheid van onze dorpskernen in het gedrang komt. Kinderen durven niet meer naar school met hun fiets en onze oude stadspoort – een beschermd monument – werd de afgelopen jaren al verschillende keren aangereden. Met de trajectcontroles willen we vooral het sluipverkeer en zwaar verkeer vanuit Frankrijk aan banden leggen. Iedereen is hier welkom, maar dan wel aan trage snelheid. Iedereen weet trouwens dat de camera’s er staan, maar nog niet actief zijn.”
“De camera’s werken nog niet, maar er wordt nu al trager gereden” – schepen mobiliteit Lo-Reninge
“Toch merken we nu al dat er beduidend trager wordt gereden. Met een vaste flitspaal of mobiele controle heb je dat effect niet: mensen weten ze staan, remmen af, en doen daarna gewoon terug hun ding. We zijn ervan overtuigd dat de trajectcontroles de veiligheid van onze zwakke weggebruikers aanzienlijk zal verhogen én dat ouders hun kinderen opnieuw met de fiets naar school zullen durven laten gaan.”
Geen boeman
Toch zijn duidelijk niet alle gemeentebesturen gewonnen voor trajectcontroles. Sommige geven aan dat hun wegen er gewoon niet voor dienen of dat ze op andere manieren de verkeersveiligheid verhogen, andere lokale besturen hebben een meer uitgesproken aversie tegenover het systeem.
“Wij zijn de partner van onze inwoners, niet de boemannen”, reageert Gerard Liefooghe (Gemeentebelangen CD&V), burgemeester van Alveringem. “In onze gemeente proberen we de regelgeving beperkt te houden, niet uit te breiden. Ik wil onze sanctionerende ambtenaar niet opzadelen met extra administratie. Ons personeel is beperkt en we moeten prioriteiten stellen, snelheidshandhaving hoort daar niet bij. Dat is en blijft de taak van de politie.”
Ook gouverneur wil snelheid naar beneden
Gouverneur Carl Decaluwé moedigt de gemeentelijke trajectcontroles sterk aan. “Als ze op de juiste plaatsen worden geïnstalleerd, kunnen trajectcontroles heel nuttig zijn om bestuurders veiliger te laten rijden”, zegt waarnemend gouverneur Koen Surdiacourt. “We zijn het principe zeker genegen, maar de camera’s moeten wel efficiënt worden ingezet zodat het draagvlak groot blijft. Als gemeenten er met andere maatregelen voor zorgen dat chauffeurs zich houden aan de toegestane snelheid, is dat voor ons even goed.”
De gouverneur is ook het idee genegen om de toegelaten snelheid op autosnelwegen en in de bebouwde kom te verlagen. Dat is een van de voorstellen van het Vlaams Forum Verkeersveiligheid om het aantal verkeersslachtoffers naar beneden te krijgen. “Uit onze eigen analyses merken we dat een te hoge snelheid een rol speelt in 43 procent van de verkeersongevallen”, zegt de waarnemend gouverneur. “Controles zijn dus levensbelangrijk. Maar we spreken ons niet uit over waar die snelheidsbeperkingen precies moeten komen, want dat is echt maatwerk. Blindelings overal Zone 30 invoeren of de snelheid op alle snelwegen zomaar verlagen is niet de oplossing, want daar is geen draagvlak voor. Je moet voorkomen dat mensen uit frustratie de regels aan hun laars lappen. Dat doe je door heel locatiegericht te onderzoeken waar de gevaren schuilen, hoe de infrastructuur in elkaar zit en wat de noden zijn.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier