VIDEO Na Tournée Minérale: het goedkoopste café van Vlaanderen ligt in Staden
Tournée Minérale loopt op zijn laatste benen en na een maand zonder alcohol zou een mens al eens durven snakken naar een frisse pint. Voor de goedkoopste pilsjes van het land moet je naar café ‘t Paradijs in Staden, waar Marie-Thérèse Beernaert en Walter Crabbe al een kwarteeuw achter de toog staan. Een pils kost er al twintig jaar lang amper 90 eurocent. “Aan opslaan denken we niet”, zeggen ze. “We willen een echt volkscafé blijven.”
Ga het zelf maar eens na wanneer u op café een eenvoudige pint bestelt: u zal al snel 2 euro op tafel mogen leggen. Niet zo in café ‘t Paradijs in Staden: daar betaalt u amper 90 eurocent voor een frisse Jupiler of Stella Artois uit het flesje. Samen met café De Schorpioen in het Oost-Vlaamse Kalken is het zo het goedkoopste café van Vlaanderen.
Een tapkraan heeft de 120 jaar oude herberg niet. Wie het café binnenstapt, wordt met de teletijdmachine van professor Barabas tientalen jaren in het verleden geknald: het interieur dateert nog uit de jaren zestig en zeventig, foto’s aan de muur wekken herinneringen van de gloriejaren op en de vloer is al meer dan honderd jaar dezelfde… “Enkel het meubilair is veranderd”, glimlacht Marie-Thérèse Beernaert (70). Samen met haar man Walter Crabbe (70) runt ze ‘t Paradijs al 25 jaar en is ze de vierde generatie binnen de familie die er achter de toog staat. “Die toog is trouwens het ‘modernste’ deel van het café. Die hebben we een dertigtal jaar geleden óp de bestaande toog gemetst.”
Lees verder onder de video
Een cola? 1,5 euro
Dé blikvanger van ‘t Paradijs is echter de prijskaart. Die hangt in posterformaat naast de voordeur en vooral de kostprijs van een gewoon pintje springt in het oog. “90 eurocent is inderdaad erg goedkoop, maar hier hanteren we al ons leven lang goedkope prijzen. Aan die 90 eurocent hebben we voldoende, we willen geen buitensporige winsten maken op de kap van onze klanten. ‘t Paradijs is al meer dan eeuw lang een echt volkscafé en dat willen we ook blijven. Aan opslaan denken we dus niet.”
De vorige prijsverhoging dateert al van een twintigtal jaar geleden. “Toen kostte een pintje nog 80 eurocent bij ons en ook toen we nog in Belgische frank rekenden, hebben we nooit de kaap van 40 frank (1 euro, red.) benaderd. Met onze klanten in gedachten, ja. Zij komen op de eerste plaats.”
“90 eurocent is voldoende. We willen geen winst maken op de kap van onze klanten” – Marie-Thérèse Beernaert
Wie een frisdrank aan de lippen wil zetten in ‘t Paradijs, moe iets dieper in de beugel tasten. “Voor een cola vragen we 1,5 euro”, klinkt het. “Logisch, want dat kost ook meer in aankoop. Maar ook op dat vlak blijven we democratisch. Een Duvel of een Omer heb je hier al voor 2,8 euro. In andere en ‘sjiekere’ zaken betaal je veel meer.”
Of het aan de goedkope pintjes ligt, durven we niet beweren, maar ‘t Paradijs is populair. Het café is van donderdag tot en met zondag geopend en wanneer Marie-Thérèse en Walter de deur open zwaaien, stromen de klanten binnen. “We gaan om 16 uur open en zitten hier eigenlijk nooit alleen”, glunderen ze. “Of ze voor ons komen? Dat laten we in het midden, maar hier valt altijd wel iets te beleven. We zijn het clublokaal van onder andere een wielertoeristenclub en een kaartvereniging en ook de organisatoren van de Rally van Staden houden hier hun vergaderingen. Heel veel mensen zijn doorheen de jaren vaste gezichten geworden. Er is zelfs iemand uit Roeselare die al vijftig jaar lang elke week langskomt. Als zo iemand plots niet meer door de deur stapt, maken we ons wel eens zorgen. Veel klanten zijn vrienden van ons. We dragen hen diep in het hart.”
“Hier ken je nog iedereen. Het is alsof je in je tweede living zit. Zulke volkse cafeetjes moeten we koesteren” – vaste klant Eddy Beernaert
Wie dacht dat enkel het iets ‘oudere’ publiek de weg naar ‘t Paradijs zou vinden, is er aan voor de moeite. “We krijgen alle leeftijden over de vloer: van 18 tot 88 jaar. We hanteren maar één regel: wie jonger is dan 18, krijgt geen alcohol geserveerd. Voor veel mensen zijn wij hun wekelijkse verzetje.”
Pintencafé
Iets wat vaste klant Eddy Beernaert alleen maar kan beamen. “Ik kom hier elke week minstens één keer binnen. Ik kan ook moeilijk anders, want Marie-Thérèse is verre familie”, knipoogt hij. “Het leuke aan ‘t Paradijs is dat iedereen elkaar kent en je hier nog écht in je tweede living zit. En op het einde van de avond ben je niet zo heel veel geld kwijt. Zulke volkse cafeetjes moeten we koesteren. Mocht Walter en Marie-Thérèse ermee stoppen, ze zouden een enorm gat in onze lokale gemeenschap slaan.”
Maar daar denkt het echtpaar nog lang niet aan. “We zijn dan wel al 70 jaar, maar ‘t Paradijs is ons lang leven. Het houdt ons jong en we zitten altijd tussen het volk. Wie houdt daar nu niet van? We zijn ook nog een echt pintencafé. Wie hier komt, drinkt een eenvoudige pils. Aan Tournée Minérale doen we hier niet mee, neen. Al hebben we sinds enkele jaren wel alcoholvrij bier op de kaart. Carlsberg 0,0. En dat verkoopt wel. Je ziet dat steeds meer mensen opletten wat ze drinken en vriendengroepen wisselen elkaar als bob af. Verstandig. Pakweg 30 jaar geleden dachten de mensen op dat vlak nog veel minder goed na.”
Zelf zal Marie-Thérèse nooit met een pint in de hand te zien zijn. “Ik drink dat echt niet graag”, lacht ze. “Als cafébazin een serieuze handicap, maar ik schenk me wel af en toe een glaasje witte wijn in. Niet te veel, want ik ben hier altijd aan het werk, hé. Maar Tournée Minérale? Daarvoor is het leven net iets te kort!”
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier