Orde van ’t Belgiekske is klaar voor nieuw carnavaljaar: “We trekken de provincie rond met onze kostuums”
Het was feest op zaterdag 11 november bij de Orde van ‘t Belgiekske. De carnavalvereniging luidde haar nieuwe carnavaljaar 2023-2024 in en stelde meteen ook haar nieuwe prins en prinses aan. Een ideaal moment, vonden wij, voor een ‘serieus’ gesprek met het bestuur van dit buitenbeentje onder de Gullegemse carnavalgroepen.
De vereniging gaat in 2024 haar 29ste werkjaar in. “We zijn dus niet zo oud als veel jongere Gullegemnaars denken”, verduidelijkt voorzitter Bruno Verfaillie. Zelf denkt hij met wat melancholie terug aan die eerste jaren, toen hij met enkele kennissen meeliep in de stoet zonder echt op te vallen. “Wij braken geen potten, maar amuseerden ons rot en hielden er een warme vriendschap aan over”, herinnert hij zich. “In 1995 hadden we met de bende van Nijvel, het Agustaschandaal en enkele andere politieke hot topics zoveel onderwerpen om op de korrel te nemen en in een praalwagen uit te werken, dat we ons met onze groep besloten in te schrijven voor de stoet.”
De doofpot
Een thema voor hun act hadden de vrienden haast meteen: de doofpot. Alleen een passende naam voor hun ‘orde’ vonden ze maar niet. “We dachten aan Den Belgiek, maar kwamen hiermee uit op de alom gekende wijk in Deerlijk. Dat kon niet, vonden we”, verduidelijkt Harold Pattyn: medestichter van de orde en West-Vlaams voorzitter van de Federatie van Europese Narren (FEN). Dus werd het ‘t Belgiekske. Daar kon iedereen mee leven.
Sindsdien blijft het een naam die klinkt als een klok, ook ver buiten Gullegem. “We noemen onszelf nog steeds een ‘orde’ – de meer formele naam voor een carnavalsvereniging – en hebben een eigen jeugdprins, een prins en een prinses, benadrukt Bruno. “Je herkent ons bestuur – net als dat van de Moorseelse Stekselorde ook aan een eigen smoking, steek en prinsenmantels. Een gegeven dat soms voor verwarring zorgt met de Orde van de Vlaskapelle, die als voornaamste taak heeft om met financiële steun van de gemeente het drie weken durende carnavalsgebeuren in Gullegem in goede banen te leiden.”
Wat ‘t Belgiekske in Gullegem ook vrij uniek maakt, is dat de orde tijdens het carnavalseizoen met haar imposante praalwagen in zowat heel West-Vlaanderen aan stoeten deelneemt. En vaak op flink wat bijval kan rekenen.
Extra pluim op hoed
“Niet slecht hé, voor een carnavalvereniging die momenteel rond de 25 leden telt en waarvan de voorzitter en ikzelf allebei net na de eeuwwisseling hoog scoorden in de prinsenverkiezing van De Vlaskapelle”, geeft huidig penningmeester Ringo Catteeuw graag nog mee. “Een extra pluim op onze hoed.”
Prins en prinses
Hij blijft daarop bijzonder trots. Prins of prinses worden bij ‘t Belgiekske is minder moeilijk dan de ‘grote’ prinsenverkiezing van de gemeente winnen. Belgiekskes worden voorgedragen en aangesteld op basis van hun inzet binnen de vereniging. Dit jaar werd Lennert Pattyn, de 18-jarige zoon van de provinciale FEN-voorzitter, prins. Hij krijgt ordesecretaris Patricia Gerard als prinses naast zich.
Nieuwe praalwagen
De orde is intussen volop gestart met de opbouw van haar nieuwe praalwagen. “Meestal gaat het om een tweedehands exemplaar dat we op de kop konden tikken en vervolgens compleet restaureren en naar onze hand zetten”, bekent Bruno. “Helemaal vanaf nul beginnen zou ons te veel kosten. We hebben niet zo’n ruim budget als sommige andere groepen. Sommige van onze mensen zijn echter zo bedreven in hun werk dat je het verschil niet ziet. Er kruipt wel enorm veel tijd in. Het zou de eerste keer niet zijn dat we maar klaar zijn op de avond voor de stoet.”
“We zijn een hechte familie en blijven bewust kleinschalig”
De rest van het jaar zitten de Belgiekskes ook niet stil. “Onze wagen en onze kostuums mogen gezien zijn. Dus trekken we er de provincie mee rond”, klinkt het bij penningmeester Ringo. “Voorts vullen we onze weekends met verkiezingsavonden en bals van andere ordes. Ondertussen moet een grote chocoladeverkoop zorgen voor de nodige extra inkomsten. Met dezelfde bedoeling nemen we ook deel aan de kerstmarkt van ons clublokaal ‘t Pleintje en het Gullegems ontmoetingsfeest. Tussendoor maken we ook tijd voor een groot bedankingsfeest voor alle leden. Er is wel eens de kritiek dat de orde er daarvan meer zou mogen hebben”, vervolgt de penningmeester.
“Dat is echt niet waar”, klinkt het meteen bij Bruno. “We zijn een hechte familie en blijven bewust kleinschalig. Zo blijven de neuzen ook in dezelfde richting wijzen en weet je wat je aan elkaar hebt.” (AV)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier