Trappers kwijt
In zijn wekelijkse column heeft Joost Devriesere het deze week over de onlinehaat.
‘Een goede fietser is een dode fietser.’ ‘Ik rijd fietsers aan en stap enkel uit om te controleren of ze wel écht pijn hebben.’ Ik moest mezelf even in de arm knijpen, maar het stond er wel degelijk, op een Facebookpagina waarop vooral Brusselaars actief zijn.
Onlinehaat is natuurlijk niet louter een hoofdstedelijk probleem. Sla er de Facebookpagina’s van de regionale kranten maar op na: elk onderwerp, elk fait divers blijkt goed genoeg om er ziekmakende commentaren bij uit te braken. Genuanceerde meningen worden niet getolereerd. Surfers die de gemoederen proberen te bedaren, vormen gewoon het volgende mikpunt. Zij druipen dan maar af. De bullebakken zegevieren, en dat zijn heus niet allemaal trollen.
Men blijft herhalen dat sociale media de cafédiscussies aan de toog hebben vervangen, dat de wereld in de loop der jaren één lange, virtuele toog is geworden. Dat is klinkklare nonsens. Natuurlijk werd er op café ook weleens met harde woorden van mening verschild. Maar op het einde van de avond werd het geschil meestal beslecht met een pint, al dan niet nadat een toeschouwer als verzoener was opgetreden. Vandaag pleuren mensen de goorste dingen online over mensen die ze nauwelijks kennen, klappen vervolgens hun laptop dicht en kruipen vijf minuten later in bed, met een kop die bijna uit elkaar spat van de frustratie. Hun lijf slaapt wel, maar hun hoofd gunnen ze geen rust. In hun slaap worden ze stilaan monsters.
Facebook of Twitter zullen dit niet oplossen. Daarvoor is hun verdienmodel te zeer gebaseerd op onmin en polarisering. Misschien wordt het tijd dat de wetgever ingrijpt, en maatregelen oplegt aan wie mensen moedwillig ontmenselijkt. Want een samenleving waarin zelfs fietsers worden doodgewenst, is duidelijk de trappers kwijt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier