Paul Verhaeghe over huidhonger: “Mijn buikgevoel zegt: laat meer sociaal contact toe”

Paul Verhaeghe: "Wij kunnen ons als gezonde mensen nauwelijks voorstellen wat alleen moeten sterven betekent." © Pieter Clicteur
Thomas Rosseel
Thomas Rosseel Journalist

Het gemis van vrienden en familie in coronatijden wordt er niet minder op. Daar zit huidhonger voor veel tussen, zeker bij wie helemaal niemand om zich heen heeft. Hoogleraar klinische psychologie aan de UGent Paul Verhaeghe (64), geboren en getogen in West-Vlaanderen, legt uit hoe dat komt.

Professor, kunt u het begrip huidhonger nog eens toelichten?

“Het woord legt zichzelf uit. We zijn hongerig, we verlangen naar huidcontact. We willen aangeraakt worden en aanraken. Het eerste lichamelijke contact na de geboorte, de eerste vorm van intimiteit dus, beleven we op de borst van onze moeder. Het is geen toeval dat men pasgeborenen meteen op het lichaam van de moeder legt. Dat is een heel primair gegeven.”

In deze tijden ervaren vooral mensen op het einde van hun leven huidhonger.

“Het is enerzijds de leeftijdsgroep met het hoogste aantal slachtoffers in deze crisis. Bovendien worden oudere mensen sowieso al heel weinig aangeraakt, ook buiten coronatijden. Naast dat sociaal isolement komt daar nu nog eens het doembeeld van alleen te moeten sterven bovenop. Wij kunnen ons als gezonde mensen nauwelijks voorstellen wat dat betekent. Je hebt huidcontact extreem nodig in het begin van je leven, en dan krijg je het ook, maar ook op het einde van je leven. Het is zwaar dat je het dan sowieso al veel minder krijgt, of in deze periode zelfs helemaal niet.”

Er gaan veel stemmen op dat we niet enkel aan onze economie moeten denken maar ook dringend ons sociaal contact weer moeten uitbreiden. Wat is uw mening?

“Dat is een vraag die in eerste instantie door virologen beantwoord moet worden. Naar mijn mening, voor wat ze waard is, zou ik toch een bezoeker toelaten bij iemand die in zijn of haar laatste levensfase zit. Voor iemand die al aan het sterven is, maakt het niet meer uit of er een risico op besmetting is. Met de bezoeker mag je dan uiteraard geen risico nemen. Iemand met diabetes, zwaar overgewicht of longproblemen, moet je dan niet op bezoek laten gaan. Dat is een kwestie van gezond verstand.”

“Contact met een huisdier kan een menselijke aanraking enigszins vervangen”

“Het is wel een moeilijke zoektocht. Sociaal en intiem contact is ontzettend moeilijk om te regelen en controleren. Daarom is het moeilijk om dat nu ineens meer toe te laten. Winkels openen is eenvoudig. Je respecteert de afstand met elkaar en gaat niet met te veel mensen tegelijk binnen. Dat kan gecontroleerd worden. Mijn buikgevoel zegt ook: laat ons alsjeblieft meer sociaal contact zo snel mogelijk hernemen. Maar als wetenschapper hoor ik mensen uit de medische onderzoekswereld zeggen dat het risico op een heropflakkering nog te groot is, als we de maatregelen te snel versoepelen. Dan moeten we luisteren.”

Iemand die nu een naaste verliest, moet dat verdriet alleen verwerken, zonder enige aanraking bij pakweg een uitvaart. Hoe zwaar is dat?

“Dat is verschrikkelijk. Er zijn enkele existentiële uitersten in ons leven, zoals de geboorte en de dood. Zaken waar we geen antwoord op hebben dus, met een groot vraagteken erbij. In alle culturen wereldwijd is de menselijke reactie op die zaken om ze in groep te vieren en te verwerken. Dat is een goeie manier want zo deel je gevoelens met elkaar. Voor wie nu achterblijft en dat niet kan, is dat dramatisch.”

Kunt u een alternatief bieden voor iemand die ‘huidhongerig’ is?

“Contact met een huisdier kan een menselijke aanraking enigszins vervangen, zowel op psychologisch als fysiek vlak. Bij aanraking met huisdieren komen er ook gunstige stoffen vrij in ons lichaam. Dat is een van de redenen waarom er al lang, van voor corona, gepleit wordt om in woonzorgcentra huisdieren toe te laten. Het klinkt een beetje vreemd, maar dat is wel een goed idee.”