Jan (62) gaat met pensioen als directeur Maritiem Instituut Mercator: “Het maritiem onderwijs staat voor grote uitdagingen”

Jan Denys tijdens zijn laatste werkdag. © EFO
Edwin Fontaine
Edwin Fontaine Medewerker KW

“Ik zag het maritiem onderwijs de voorbije twintig jaar sterk evolueren”, zegt Jan Denys op zijn laatste werkdag. Hij blikt terug, waarschuwt en heeft plannen. “Blij dat ik hier iets mooi kan achterlaten.”

Jan Denys (62) startte als lesgever in 1982 en gaf in het toenmalige Provinciaal Technisch Instituut in Kortrijk aardrijkskunde, Nederlands, Frans, geschiedenis en godsdienst. Hij gaf ook Spaans in het avondonderwijs. “In 2001 werd ik in het PTI Kortrijk adjunct-directeur. Twee jaar later vroeg de provincie me als directeur voor het Maritiem Instituut in Oostende. Toen ik hier toekwam, was het een bonte mengeling van visserijscholen uit Heist, Nieuwpoort en de voormalige Paster Pypeschool. Ik heb dat proberen te smeden tot één team, met dezelfde pedagogische concepten. Rond 2005 werd het provinciaal onderwijs overgedragen aan het gemeenschapsonderwijs en kreeg het een vaste ankerplaats in Oostende.” Denys was, op een periode op het kabinet Weyts als onderwijsspecialist na, meer dan 21 jaar verbonden aan de school in de Mercatorlaan.

Visserij

“De voorbije twee decennia is het maritiem onderwijs geëvolueerd. Onze opleidingen zijn steeds meer gericht op het uitreiken van vaarbevoegdheidsbewijzen voor de hele maritieme sector zoals kustvaart, sleepvaart en koopvaardij. We hebben in dat wijzigende landschap steeds de visserij meegenomen. We zijn de roots van het maritiem onderwijs niet vergeten, maar we gaan mee met de tijd. In 2003 werd 80 procent van onze leerlingen visser. Maar er zijn steeds minder schepen en de vraag naar ander gekwalificeerd personeel bleef stijgen. Nu zit nog een derde van onze leerlingen in die richting”, zegt Jan Denys.

De school groeide ook. “In 2003 waren er 103 leerlingen en nu 150. We hadden ooit een topjaar met meer dan 200 leerlingen, maar dat was boven onze draagkracht.”

Denys wijst ook op een belangrijk evolutie in het visserijonderwijs. “Aanvankelijk werd die opleiding stiefmoederlijk behandeld. Het werd steeds professioneler, de samenwerking met de reders verbeterde en er was de evolutie van het deeltijds leren naar het duaal leren. Daarbij zijn de jongeren zes weken op school en zes weken aan boord van professionele vissersvaartuigen om de stiel aan boord te leren. In tegenstelling tot andere opleidingen is het duaal leren in de visserij wel een succes.”

Uitdagingen

“Bij het varen draait alles om het STCW-certificaat, het brevet om te mogen varen. Er gebeuren continu veranderingen, ook internationaal, voor vaarbevoegdheidsbewijzen en toegang tot de wateren. Ik zat er op een van mijn laatste werkdagen nog voor samen met de FOD Mobiliteit in Brussel”, zegt Jan Denys. “Het is dus belangrijk dat je mee bent met de wetgeving, de trends en de techniek. Midden februari wordt in het Maritiem Instituut trouwens een nieuwe simulator van 450.000 euro geïnstalleerd. Er moeten ook in de toekomst voldoende stageplaatsen zijn voor de leerlingen. Een andere uitdaging is om voldoende nautische leerkrachten te vinden voor de ‘engine room’ bij de scheepvaarttuigkundigen. Er is dan wel een grote nood aan personeel voor de machinekamer, maar de leerlingen kiezen toch nog het vaakst voor ‘dek’. Wie kiest voor ‘machine’ is gegeerd wild op de arbeidsmarkt.”

Denys herhaalt: “Als we niet voldoende leerkrachten vinden die voldoen aan de vereisten, dan komt de uitreiking van het STCW-brevet in het gedrang. Het lukt nog, maar het is een uitdaging.”

Pensioen

Jan Denys is één brok energie, maar spreekt trager als hij het heeft over zijn pensioen. “Ik keer na de kerstvakantie niet meer terug. Dat heeft te maken met de nakende pensioenhervorming, maar vooral met mijn gezondheid. Ik ben herstellende van darmkanker, waarbij ik chemo kreeg. Het ziet er goed uit, maar stress is een van de triggers voor een nieuwe opstoot. Dat wil ik vermijden en pas recent heb ik, na een gesprek met mijn arts, de knoop doorgehakt.”

Er is een vervangende directeur aangesteld en er loopt een selectie. Scholengroep Stroom (GO) verwacht dat tegen februari de opvolger van Denys bekend is.

Spaans

“Ik heb vijf kleinkinderen en wil meer tijd met hen doorbrengen”, zegt Jan. “En ik zou ook graag nog wat Spaanse les geven. Ik heb dat twintig jaar gedaan in avondonderwijs en wil dat opnieuw doen. Ik wil ook nog reizen naar Peru en Bolivië, twee landen die ik door de pandemie niet kon bezoeken. “

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier