Nico Toye (49) showt collectie wielertruitjes in stadhuis: “Alle wielershirts zijn geschonken geweest”

Nico Toye heeft al de wereldtrui van Remco van bij de juniores. “Het zou toch heel bijzonder zijn om ook het recente truitje te bezitten en zo de twee wereldtruien van Remco in de collectie te hebben.” © foto WME
Redactie KW

Wie wielertruitjes zegt, hangt er bijna automatisch de naam van Aarselenaar Nico Toye aan vast. Met meer dan 450 stuks in zijn collectie verzamelde hij een uitgebreid aantal originele wielershirts. Een verzameling die hij met veel plezier ook deelt met anderen. “Renners houden ervan als je iets doet met hun truitjes.”

Op de zolder van Nico Toye vinden wielerliefhebbers een waar paradijs terug. De Aarselenaar startte zes jaar geleden zijn eigen collectie wielertruitjes en deelt zijn unieke stuks ook graag met het publiek.

Waar is de interesse voor het wielrennen ontstaan?

“Mijn eerste truitje kreeg ik zes jaar geleden van Gianni Meersman en zo is de collectie stelselmatig gegroeid. Door contacten te leggen met renners, ploegen en andere verzamelaars is mijn interesse steeds maar toegenomen.”

Waar haal je die shirts allemaal vandaan?

“Mijn eerste truitje van Gianni Meersman kreeg ik in Shamrock, waar ik in het weekend werkte. Gianni kwam daar regelmatig langs en zo begonnen we een gesprek over de truitjes. Gianni heeft me dan mijn eerste bezorgd en intussen is die collectie aangegroeid tot meer dan 450 stuks. Ik verzamel nu zes jaar, wat eigenlijk niet overdreven lang is. Het gaat om allemaal originele, gesigneerde truitjes van profrenners, van oudere generaties tot recente. Zo heb ik al een mooie verzameling kunnen bemachtigen.”

“Soms leg ik contacten via sociale media, maar ook via het boek waaraan ik meewerkte. Daarnaast doe ik af en toe mee aan expo’s en tentoonstellingen en zo krijg je ook wat naambekendheid. Renners zien dan dat je iets met die shirtjes doet, ermee exposeert of een boek maakt. Dat zien ze graag en zo kan je al eens iets meer bekomen. Intussen zijn er wielrenners en veldrijders die aan het einde van het seizoen automatisch al een shirtje opsturen.”

Op welk truitje in je collectie ben je het meest trots?

“Dat is mijn truitje van Freddy Maertens, een origineel truitje van Flandria. Jaren geleden vertelde ik in een ander interview in De Weekbode dat ik droomde van een pronkstuk als dat truitje en uiteindelijk is het ervan gekomen.”

Heb je dan nog truitjes staan op je wishlist?

“De meest recente trui van Remco Evenepoel zou heel tof zijn. Ik heb er eentje van vier jaar geleden, zijn wereldtrui van bij de juniores. Dat heb ik toen gekregen van Remco’s vader. Het zou toch heel bijzonder zijn om ook het recente truitje te bezitten en zo de twee wereldtruien van Remco in de collectie te hebben. Ik ben er dan ook echt heel trots op dat mijn truitjes niet gekocht zijn, maar allemaal persoonlijk door renners of hun entourage geschonken zijn. Dat maakt het extra mooi, want aan elk truitje hangt een heel verhaal.”

“Het pronkstuk? Het origineel Flandria-truitje van Maertens!”

Je schreef intussen ook een boek over je truitjesverzameling. Hoe kwam dat idee tot stand?

“Dat idee is ontsproten tijdens een expo in Oudenaarde in het Centrum van de Ronde van Vlaanderen, waar veel respons op kwam. Toen hebben we de koppen bij elkaar gestoken en zo ontstond het concept van een boek met truitjes, teksten, cartoons en gedichten. We vonden vrij snel sponsors en werkten zes maanden aan het boek. Daarvoor deden we alles zelf, ook de lay-out. Mijn dochter Louise maakte foto’s van de truitjes, ikzelf ging op zoek naar de originele verhalen van de renners. Daarvoor nam ik contact op met journalisten, renners, ploegleiders…”

“Cartoonist Filip Cardoen maakte de tekeningen en Dimitri Carpentier schreef voor elke renner een persoonlijk gedicht. Aan de meeste renners hebben we intussen een ingekaderd gedicht kunnen overhandigen. Natuurlijk opent dat ook opnieuw deuren, vooral de oudere renners vonden het heel fijn om weer in de belangstelling te staan. We zijn dan ook heel tevreden over het resultaat. Aan het boek hebben we ook een goed doel gekoppeld, namelijk de vzw Kloen. De opbrengst gaat integraal naar hen. We hopen om op het einde van het jaar een mooie cheque te kunnen overhandigen tijdens Velofollies in Kortrijk.”

De verzameling lijkt me intussen een echte passie geworden?

“Dat is zo, ook door de mooie band die je opbouwt met bepaalde mensen. Zo mochten we tijdens onze boekvoorstelling maar liefst 300 mensen verwelkomen, ook gevestigde namen, wielerkampioenen van vroeger. Dat vonden we een grote eer en daar zijn we erg trots op. Ik probeer echt zoveel mogelijk naar buiten te komen met de truitjes, want ik vind het tof als andere mensen die ook eens kunnen zien. Elk truitje hou ik trouwens netjes bij in een apart zakje met een fotokaart bij. Dat is de foto die de renner meestuurt met het truitje in de hand, zo kan je zien dat het een authentiek exemplaar is.” (LDW)

De tentoonstelling Oden aan Wielergoden is nog te bezichtigen op zondag 9 oktober van 14 tot 17 uur in de voorhal van het stadhuis naar aanleiding van de retrokoers Guidon Titan. Het boek kan je bestellen via odenaanwielergoden@gmail.com. Het kost 20 euro, de opbrengst gaat naar vzw Kloen.

Nico Toye


Privé: Nico Toye (49) woont met zijn vrouw Katty Lambrecht in Aarsele. Samen hebben ze één dochter, Louise (24).

Studies en loopbaan: Na de middelbare school trok hij naar Kortrijk, waar hij zijn graduaat elektronica behaalde. Hij werkte dan 20 jaar voor Barco als testingenieur, waarna hij een carrièreswitch maakte en in het Vlaemynck Business Center mee aan de opstart van het Inofec Kaffee stond. Dat deed hij een kleine tien jaar. Een maand geleden ging hij aan de slag als werkbegeleider bij maatwerkbedrijf Demival, waar hij op de elektronica de ploeg bijstaat in het productieproces.

Vrije tijd: Wielertruitjes verzamelen, zelf gaan fietsen en af en toe lekker uit eten met zijn gezin.

Lees meer over: