Ardooise Bolderkampioen Georges Declerck beleefde hoogdagen op de tra
Voor boldersclub ‘t Schuttershof is een tijdperk van veel bolderplezier afgesloten. De club heeft de boeken dicht gedaan, de rekeningen zijn afgesloten. Wij gingen praten met boegbeeld Georges Declerck en halen heel wat mooie herinneringen op.
Georges was er 42 jaar lang animator, organisator, verantwoordelijke maar bovenal een kampioen in zijn geliefde bolletra. “In het begin van de twintigste eeuw waren er in Ardooie verschillende herbergen met een bolletra. De meest gekende waren De Kaaie en Het Schuttershof. Jarenlang waren de wedstrijden op kermismaandag een traditie. Bolder Jan Labeeuw van café Duc de Brabant verzorgde de inschrijvingen. En de winnaar won zes hennen.”
In 1960 kreeg de sport een flinke klap. Vooral door wateroverlast moest de tra aan De Kaaie, de thuisbasis van Georges, sluiten. “In Het Schuttershof van uitbater André Priem, iemand die de sport zeer genegen was, kon de bolderssport verder zich ontwikkelen. André werd opgevolgd door Jean-Pierre Priem en er werden jongeren aangetrokken om de bolle te laten rollen”, aldus Georges. “In 1978 vertrok Jean-Pierre. Zijn opvolgers hadden weinig interesse in de tra. Ik had er net 15 voetbaljaren bij VC Ardooie opzitten en de bolderssport was mijn nieuwe uitdaging.”
Roeste kacheltjes
Op 9 december 1978 werd boldersclub Het Schuttershof gesticht. Er waren veertig leden. “We richtten de tra opnieuw in. Ik herinner me de twee roeste kacheltjes waaraan we ons verwarmden en dat we af en toe een boerestuutje of patatjes met de péle aten. Onze club sloot aan bij de West-Vlaamse federatie. We haalden mooie prijzen zoals zeven keer de trofee van de Weekbode”, vertelt Georges.
In het begin van de jaren 2000 kwam er verval in de tra. Het gemeentebestuur beslist dat Alberic Hemeryck een nieuwe tra mocht bouwen in de nieuwe sporthal. “Op 1 december 2005 werd deze nieuwe tra in het bijzijn van 200 sympathisanten ingebold. Een nieuwe hoogdag voor onze sport!”
Met succes namen de Ardooise bolders deel aan vele tornooien. Tot in 2010 was het ook een eer om hier clubkampioen ten worden. Het waren boerenjaren. “Maar het kan verkeren. Door ziekte of ouderdom haakten leden af. En met 15 overlijdens daalde ons ledental heel snel. Jongeren kwamen er niet bij. Wij hadden te weinig volk om deel te nemen aan georganiseerde tornooien”, zegt Georges.
“In 2018 namen wij voor het laatst deel aan de wisselbeker voor clubs. Toch hielden we de club in stand met een kwartet eigen leden die op post waren voor onze maandagse bollingen. Regelmatig ontvingen we gelegenheidsbolders. Er kwamen seniorengroepen, vriendengroepen… Tot ook de OPCD-vrienden, dat is de opvolger van Het Schuttershof waar alles begon, maandelijks kwamen om een bolletje te rollen. Toen Kurt Priem en Bart Vereecke van de OPCD-bolders hoorden dat we de zaken zouden stopzetten, toonden ze interesse om de bolderssport in ere te houden. We spraken het gemeentebestuur aan en kwamen tot een akkoord. Met wat vertraging omwille van het coronagebeuren ziet het er nu goed uit om deze volkssport in ere te houden.”
Doorstart
Voor Georges Declerck is deze doorstart een gelukkig moment. Hij ziet een vervolg gebreid aan meer dan vier decennia inzet voor de sport. Zijn leven speelde zich af thuis, in het stadhuis en in de bolle. In die bolle kon hij de bollen met een uiterste precisie laten rollen. Een groot kampioen met een indrukwekkende staat van dienst.
“Hoe meer hij aan zijn pijpke trok, hoe nauwkeuriger hij de bolle liet rollen”, zegt een collega. “Maar ik was zeker niet de enige die Ardooie op de bolderskaart zetten”, nuanceert Georges. “In 1972 werd Frans Defour provinciaal kampioen. Later won hij ook het criterium van het Houtland. In 1979 won ik de jubileumuitgave naar aanleiding van de 25ste provinciale kampioenschappen, de mooiste overwinning uit mijn loopbaan. In 2000 werd ik nog eens provinciaal kampioen en in 2009 was ik tevreden met het vicekampioenschap.”
De successen voor Georges en de zijnen stapelden zich op. Maar het was niet altijd rozengeur en maneschijn. “Op het kampioenschap van 2002 strandde ik met één bolle verschil tegen Palmer Degryse. Pijnlijk…”
Georges kan de bolle niet opzij leggen. Hij is nog steeds lid van de club in Oostnieuwkerke maar actief deelnemen aan wedstrijden is er niet meer bij. “De precisie is wat weg en achter de bolle heen en weer lopen zit er niet meer in. Ik hoop wel dat de sport met die jonge gasten blijft leven. Ze zullen me daar af en toe eens zien om te genieten van hun vaardigheid én van de foto’s en bekers die er achterblijven als herinnering aan zoveel mooie jaren.”
De bolletra in de Ark zal niet leeg staan. De Zwienebolders houden de vlam in de pijp. “Een zwientje is een term uit onze volkssport. Als je een bolle in de tra brengt en die krult zich met meer geluk dan kennis op de juiste plaats, dan spreekt men van een zwientje. Het zijn dus geluksbolders”, duidt Georges.
De Zwienebolders nemen de mooie infrastructuur over. Hun kassa schenken de bolders van Het Schuttershof aan vier goede doelen: Samana, het Rode Kruis Ardooie, de kinderanimatie van de Sint-Maartensstoel en het Sint-Maartenshuis in Koolskamp.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier