Achter de schermen van de Oostendse zeedijkbanken

“We maken de banken zelf. Het onderstel plooien we in onze atelier en ook de montage van de latten gebeurt hier”, zegt Wim Van Hamme.© EFO
“We maken de banken zelf. Het onderstel plooien we in onze atelier en ook de montage van de latten gebeurt hier”, zegt Wim Van Hamme.© EFO
Redactie KW

De typische zeedijkbanken worden steeds steviger en duurzamer want de stad perfectioneert ze zelf. Vlak voor de zomer kregen ze een laatste check. “Maar we gaan ze niet commercialiseren”, luidt het.

Het huidige type lage zeedijkbanken, met witte latjes en gebogen zitting, gaat terug tot de Belle Epoque en is een erfenis van de Koninklijke Schenking. Vandaar dat banken in Middelkerke of andere badplaatsen er ook anders uitzien.

“We maken de banken zelf. Het onderstel plooien we in onze atelier en ook de montage van de latten gebeurt hier”, zegt Wim Van Hamme, coördinator van de technische dienst van de stedelijke werkhuizen. Verscholen in het groen staan de nieuwste banken te wachten om geplaatst te worden.

“Er zijn in de stad 300 witte banken en ze staan, op enkele banken in parken na, allemaal op de zeedijk. Die springen natuurlijk het meest in het oog. Maar er zijn ook nog 900 gewone banken en die zijn voor ons even belangrijk. In de loop der jaren hebben we de kwaliteit van de zeedijkbanken geperfectioneerd. De banken maakten een hele technische evolutie door. Vroeger was het onderstel een houten blok. Tegenwoordig is dat kunststof en dat gaat langer mee. En de 20 latten per bank krijgen 4 lagen verf. Dat is noodzakelijk want tijdens stormen worden de banken letterlijk gezandstraald. Vroeger gingen banken 3 jaar mee, maar nu gebruiken we hardhout in plaats van naaldhout en gaan ze 6 jaar mee. De banken worden duurzamer.”

Schade aan de banken komt er door gocarts of vandalisme, niettegenstaande een stevige verankering in der zeedijk. “We hebben een speciale ploeg die de banken controleert, ophaalt en herstelt zodat het lijkt alsof de banken eeuwig meegaan. Maar vergis je niet want elke mooie bank ging door de handen van onze vakmannen. Heel soms vinden we er één terug aan de hoogwaterlijn. Meestal verplaatst door mensen die zich al gauw mispakken aan de meer dan 100 kg. Gelukkig is dat een uitzondering”, weet Wim.

Er komen elk jaar bij de stad een tiental vragen binnen van mensen om oude banken over te kopen of een nieuw exemplaar aan te schaffen voor privaat gebruik. “Aangezien we ook het herstel doen, zijn er nooit versleten exemplaren”, zegt schepen Björn Anseeuw (N-VA).

“Het kost ons 1.600 euro aan materiaal en werkuren om zo’n bank te maken. Elke bank is een interessante investering voor de stad want de banken zijn deel van ons handelsmerk. De banken zijn niet te koop. Het is niet de bedoeling dat we een handeltje opzetten met deze typische banken want dan zouden ze overal te zien zijn en is de exclusiviteit voor Oostende weg.”

De schepen weet waarom de banken zo succesvol zijn: “De look is uniek. Ze geven de golven mee van de zee. Omdat ze voor Oostendenaars en toeristen zo herkenbaar zijn , vormen ze een baken van vertrouwen.”

(EFO)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier