“De vertrouwensbreuk is niet hersteld”: Niet-benoeming legt koude oorlog bloot tussen burgemeester en stadspersoneel in Oudenburg

De Raad van State buigt zich vrijdag over de beslissing tot niet-benoeming van Anthony Dumarey als burgemeester van Oudenburg. Minister Hilde Crevits nam die beslissing op basis van een negatief advies van gouverneur Carl Decaluwé. Uit dat advies blijkt nu dat er een compleet wantrouwen heerst tussen het stadspersoneel en het schepencollege. Voornaamste twistpunt is het goedkeuren van een nieuwe deontologische code voor politici.

Op 13 maart maakte Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Hilde Crevits (CD&V) bekend dat ze Anthony Dumarey niet benoemt als burgemeester. Dumarey won in oktober de verkiezingen, was het stemmenkanon van zijn partij Voor Oudenburg en haalde een absolute meerderheid. Tegen Dumarey loopt echter ook een gerechtelijk onderzoek na een vernietigend rapport van Audit Vlaanderen over belangenvermenging, schending van het beroepsgeheim, valsheid in geschrifte en inbreuken op de deontologische code.

Na die audit zette Dumarey in de vorige bestuursperiode een stap opzij, om later een comeback te maken, de verkiezingen te winnen en aangewezen burgemeester te worden. Tot Hilde Crevits twee weken geleden de droom doorprikte.

Inbreuken op kieswet

Om tot haar beslissing te komen, riep Hilde Crevits advies in van de procureur-generaal bij het hof van beroep in Gent en van provinciegouverneur Carl Decaluwé. Onze redactie vroeg de integrale beslissing van Crevits op bij haar kabinet, maar kreeg – mede op vraag van Anthony Dumarey zelf – een versie waarin grote delen onleesbaar gemaakt werden. Via andere kanalen konden we echter de hand leggen op de volledige versie.

Uit het advies van de procureur-generaal blijkt nu dat er twee onderzoeken lopen naar Dumarey: het onderzoek wegens belangenneming en een onderzoek naar inbreuken op de kieswet. Omdat die onderzoeken nog lopende zijn, geniet Anthony Dumarey nog van het vermoeden van onschuld. Daarom ziet de procureur-generaal geen bezwaar voor de benoeming.

Provinciegouverneur Carl Decaluwé maakt wel “het grootste negatieve voorbehoud” voor de benoeming van Dumarey. In zijn advies verwijst de gouverneur meermaals naar de vaststellingen die gedaan zijn door Audit Vlaanderen. Maar de gouverneur gaat ook verder dan dat. Na de vernietigende audit werd Oudenburg door Crevits’ voorganger Bart Somers onder verscherpt toezicht geplaatst.

Tijdens die periode moest het Oudenburgse bestuur werken aan een aantal aanbevelingen in een verbetertraject, onder toezicht van de gouverneur. De voornaamste aanbeveling was het vastleggen van een kader voor organisatiebeheersing, ambtenarentaal voor het opzetten van een structuur die onder andere fraude en gesjoemel in de toekomst moet vermijden. Een van de instrumenten daarvoor is het uitwerken van een vernieuwde deontologische code voor de lokale politici. En daar knelt het schoentje.

Voor het stadspersoneel is er wél al een nieuwe – strenge – deontologische code. Voor de politici niet. Dat daarmee getreuzeld wordt, is volgens de gouverneur hét bewijs voor “een vertrouwensbreuk vanuit het managementteam, geleid door de algemeen directeur, jegens de politieke mandatarissen”. De gouverneur wijst erop dat de burgemeester een rol speelt in de evaluatie van het functioneren van de personeelsleden van de stad en dat zij zich volgens de deontologische code moeten houden aan strenge voorschriften waaraan – althans volgens de audit – de burgemeester zich zelf niet bepaald houdt.

In mensentaal: het personeel wil niet beoordeeld worden door mensen die zich zelf niet aan de regels houden. Het stadspersoneel vindt het ook geen goed idee dat net die mensen aan het stuur zitten om een deontologische code voor zichzelf op te stellen. Een patstelling. Dat Anthony Dumarey nog steeds actief is in de immowereld geeft volgens gouverneur Decaluwé bovendien “alle ruimte aan de perceptie, intern en extern, dat de attitude van de burgemeester ongewijzigd is gebleven”.

Gebrek aan schuldinzicht

In haar uiteindelijke besluit verwijst Hilde Crevits heel duidelijk naar het mislukte verbetertraject en de redenen daarvoor. “Dit traject verliep moeizaam. De gouverneur wijst hierbij op de attitude van de heer Dumarey en op diens gebrek aan schuldinzicht. De gouverneur stelt vast dat er een vertrouwensbreuk tot stand is gekomen tussen de medewerkers van de gemeente binnen het managementteam en de mandatarissen van het bestuur, in het bijzonder de heer Dumarey. Deze vertrouwensbreuk, die nefast is voor de goede werking van het bestuur van de gemeente, is niet hersteld”, schrijft Crevits.

Zoals aangekondigd, vecht Anthony Dumarey bij hoogdringendheid de niet-benoeming aan bij de Raad van State. De zaak staat vrijdag op de rol. De kans dat er meteen een uitspraak volgt, is klein.