Na bijna tien jaar komt er een einde aan een juridisch geschil tussen de gemeente Knokke-Heist en een groep brandweermensen van de post Knokke-Heist. De spuitgasten dienden klacht in bij de arbeidsrechtbank en eisten compensatie voor te veel gewerkte uren ten opzichte van hun verloning. Een recent cassatieberoep was nog in behandeling. Nu is er dus een dadingovereenkomst gesloten. “Voor mij was het na mijn aanstelling een prioriteit om dit probleem aan te pakken”, zegt burgemeester Jan Morbee (GBL).
De zaak van de statutaire brandweerlieden tegen de gemeente Knokke-Heist ging eind 2014 van start. Destijds stelden 32 statutaire brandweerlieden dat zij gedurende verschillende jaren ruim boven de voorziene gemiddelde arbeidstijd van 38 uren per week werkten en voor die uren gecompenseerd moesten worden aan een uurloon van 125%. Men vorderde de betaling van het achterstallig loon met inbegrip van achterstallig vakantiegeld, eindejaarspremies en eventuele andere tegoeden die voortvloeiden uit hun tewerkstelling over de laatste vijf jaren. Voor de duidelijkheid: in die tijd was het gemeentebestuur hun werkgever. Nu maakt de brandweerpost deel uit van Hulpverleningszone 1.
De zaak kwam voor de rechtbank en midden 2018 werd de gemeente in ongelijk gesteld. De zaak sleepte na beroep lang aan en in juni 2022 kreeg de gemeente terug ongelijk in het Hof van Beroep. Daarop besliste het gemeentebestuur om cassatieberoep aan te tekenen. Die zaak was nog steeds hangende, maar na bijna tien jaar is er nu alsnog vroegtijdig een einde gekomen aan het geschil in de vorm van een dadingovereenkomst. Dat is een wederzijds akkoord tussen de partijen, waarbij toegevingen worden gedaan om het geschil te beslechten. De overeenkomst zorgt ervoor dat verdere juridische procedures worden vermeden.
Opluchting
Burgemeester Jan Morbee (GBL) reageert opgelucht. “Als collegelid heb ik in het verleden telkens het juridisch advies gevolgd, maar na verschillende gesprekken met diverse brandweermannen was ik de mening toegedaan dat onze spuitgasten meer respect verdienden. Na mijn aanstelling als burgemeester in november 2023 was het voor mij een prioriteit om dit probleem aan te pakken”, zegt Morbee, die naar eigen zeggen ook gecontacteerd werd door een afgevaardigde van de brandweer omdat ze bij zijn voorganger geen gehoor kregen. “Daarop ben ik in december, samen met de schepen van Personeel Bert De Brabandere, meteen een gesprek aangegaan met een afvaardiging van de brandweerlui.”
Na enkele weken werd uiteindelijk een akkoord gevonden en een dadingovereenkomst opgesteld en goedgekeurd. “Als burgemeester ben ik zeer tevreden en opgelucht dat dit probleem eindelijk van de baan is. En vooral dat er voor iedereen een goede en eerlijke oplossing is gevonden. Voor mij is dit terug het bewijs dat in alle stilte aan oplossingen werken meer loont dan een halsstarrige houding aannemen”, besluit Morbee. (MM)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
