De burgemeester van Menen, Martine Fournier (CD&V), wil dat er bij een interventie van de Franstalige medische diensten minstens één persoon Nederlands spreekt. In de regio van Menen moeten immers vaak diensten uitrukken vanuit Moeskroen met enkel Franstalig medisch personeel.
“De jongste tijd zijn wij in onze deelgemeente Rekkem het slachtoffer van misverstanden tussen Franssprekende en Nederlandstalige hulpdiensten. Dit moet dringend opgelost worden vooraleer er slachtoffers vallen”, aldus Fournier in een persbericht.
Rekkem ligt dichter voor de diensten in Moeskroen, waardoor die hulpdiensten sneller ter plaats zijn dan die uit Menen. Op een taalgrens kan dat voor verwarring zorgen, meent de burgemeester. “Artsen of ambulanciers uit Moeskroen zijn al te vaak het Nederlands onmachtig. Bij een noodgeval rukt sowieso de snelst mogelijke medische hulp uit. Daarbij zou ik echter de verplichting invoeren om bij elke interventie minstens één iemand van het medisch personeel aanwezig te hebben die het Nederlands machtig is.”
Eigenheid van de taalgrens
Fournier spreekt naar eigen zeggen op dit moment in het parlement en bij de gouverneur in de woestijn. “Ik erken het probleem, maar het is de eigenheid van de taalgrens. Het is juridisch niet afdwingbaar om een Vlaamse of Nederlandstalige verpleger verplicht mee te sturen met een Waalse hulpdienst”, aldus gouverneur Carl Decaluwé.
De burgemeester van Menen plaatst taalgebruik hoog op de agenda. Zo mag er sinds kort in het stadhuis van Menen enkel Nederlands gepraat worden.
(Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier