Dat meldt het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen donderdag. Het gaat om een soort duizendpoot, een spin en een kever.
De heide tussen Jabbeke en Aalter wordt op dit moment hersteld: rode dophei, gewone dophei en struikhei zijn er weer aan een opmars bezig. En daar profiteren ook de insecten die typisch zijn voor dat leefgebied van. Dat stelden biologen van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen vast.
In 2014 zetten ze op een twintigtal plaatsen in het Brugse heidegebied insectenvallen uit. Drie jaar lang maakten ze samen met vrijwilligers de vallen om de twee weken leeg. Ze vonden drie soorten die nog nooit eerder in ons land waren gezien: de duizendpoot Geophilus easoni, de kwelderbodemkrabspin Ozyptila westringi en de loopkever Bembidion latinum.
De biologen en vrijwilligers troffen ook nog soorten aan die in België weinig voorkomen, zoals de heidepiraat (spin), het glansgravertje (kever), de sneeuwvlo en de grote bandgroefbij. De biologen zijn ervan overtuigd dat de herstelde heide helpt om kwetsbare insectensoorten in stand te houden en pleiten dan ook voor een uitbreiding van het gebied. “We zouden de heide niet alleen moeten uitbreiden, maar ze ook voortdurend moeten onderhouden, door stukken af te graven of er schapen te laten grazen. Zo vermijden we dat ze verbossen of vergrassen”, vindt entomoloog Wouter Dekoninck.
Ook de rode dophei is zeldzaam. Alleen rond Brugge en in de Limburgse kempen groeit de paarse heideplant nog.
(BELGA)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier