In Diksmuide gaat het compleet vernieuwde museum in de IJzertoren open. In het ‘Museum aan de IJzer’ brengen 84 meter of 22 verdiepingen het verhaal van het Belgisch-Duitse front tijdens de Eerste Wereldoorlog, de Vlaamse ontvoogding en de vredesgedachte.
Vrijdagavond openen Vlaams minister Hilde Crevits en Vlaams minister Geert Bourgeois officieel het vernieuwde museum.
Van de invulling van het vroegere museum in de IJzertoren in Diksmuide blijft zo goed als niets meer over.
“Na de sluiting in november 2013 werd de hele toren leeggehaald”, zegt conservator Peter Verplancke uit Diksmuide. “In de plaats komt er een volledig nieuw museum, helemaal anders in vergelijking met vroeger. Voor het nieuwe museum is er ook een nieuwe naam: Museum aan de IJzer.
Peter Verplancke, architect-scenegraaf Koen Bovée uit Brugge en ‘Handelsreizigers in Ideeën’ uit Gent vormden een werkgroep om het nieuwe Museum aan de IJzer from scratch uit te werken.
De verhalen van het vroegere IJzertorenmuseum werden niet compleet overboord gegooid, maar binnen een nieuw concept gemixt.
Geen 2, maar 1 museum
“We brengen met foto’s, kaarten, wapentuig, documenten… het verhaal van het Belgisch-Duitse front tijdens de Eerste Wereldoorlog, de Vlaamse ontvoogding en de vredesgedachte. Natuurlijk was het verleidelijk om rond die twee eerste elementen twee musea uit te bouwen”, vertelt Peter Verplancke. “Maar dat wilden we niet. Er is flink wat tijd over gegaan maar uiteindelijk beslisten we om één museum uit te werken. Het is ook geen oorlogsmuseum geworden, maar een vredesmuseum. Overal komt de vredesgedachte terug. Immers, op de IJzertoren staat in vier talen ‘Nooit meer oorlog’.”
Het nieuwe museumconcept kreeg de baseline Wat rest van het leven Wat blijft van het land mee.
Lees hierover ook in Krant van West-Vlaanderen.
Eerste Wereldoorlog
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier