“De burgers betaalden in Wingene en Zwevezele ook een grote tol”

Deze foto werd genomen tijdens de intocht van de Franse troepen in Wingene op 18 oktober 1918. © Foto Heemkundige Kring Ons Wingene
Redactie KW

Op 17, 18 en 19 oktober 1918 werd er langs de Ringbeek een grote slag geleverd. Die zou uiteindelijk aan heel wat militairen en ook aan 32 burgers het leven kosten. De slag betekende uiteindelijk de bevrijding van de twee gemeenten. Roel Struyve van de Heemkundige Kring Ons Wingene reconstrueerde het hele verhaal rond de bevrijding van Wingene en Zwevezele.

“Mijn zoektocht bracht me onder andere naar het zogenaamde Moskou-archief van het Koninklijk Legermuseum in Brussel”, vertelt Roel. “Het gaat om stukken van de Belgische krijgsmacht, die in 1940 eerst door het Duitse leger en in een later stadium door het Rode Leger in beslag werden genomen en uiteindelijk in Moskou terecht kwamen.”

“Pas in 2002 werden de stukken gerepatrieerd. We spreken over ongeveer 6.000 dozen sterk gevarieerde documenten met telkens verschillende dossiers per doos. Die stukken waren dus voor het grootste deel van de voorbije 100 jaar niet beschikbaar voor studie en zijn bijgevolg nog relatief weinig gebruikt als bronmateriaal.”

Verdedigen

Roel ging op onderzoek uit en kon zo het verhaal achter de Slag aan de Ringbeek nieuw leven inblazen. “Dat er zo hard gestreden werd rond de Ringbeek, komt eigenlijk omdat het Duitse leger zich na de start van het bevrijdingsoffensief op 28 september 2018 al vechtend terugtrok. Ze voerde nog verschillende achterhoedegevechten en wilde met de tijdelijke stellingname aan de Ringbeek tijd winnen voor een groot deel van het Duitse leger. De bedoeling was dat die zich achter de volgende ingerichte verdedigingslinie achter de Leie en het afleidingskanaal van de Leie zou vestigen.”

“Drie dagen lang werd er heel hard gevochten rond de Ringbeek” – Roel Struyve, Heemkundige Kring Ons Wingene

“Elke beek met een beetje debiet was uitermate geschikt voor de Duitsers om de vooruitgang van de tegenstander te belemmeren. Uiteindelijk gingen ze zich achter de Ringbeek verdedigen. Dat gebeurde in Wingene, maar die verdedigingen liep ook nog verder richting Hertsberge, Waardamme en Oostkamp. De Ringbeek zag er toen trouwens helemaal anders uit, ze kronkelde veel meer. De Duitsers brachten langs de beek versperringen aan. Zo werden alle bruggen en duikers gedynamiteerd.”

Roel Struyve bij het graf van Theodoor Casteleyn op de militaire begraafplaats in Steenbrugge. Theodoor was 25 jaar oud toen hij op 18 oktober aan de Ringbeek in Wingene door obusscherven in de rug getroffen werd. Hij overleed dezelfde dag aan zijn verwondingen.
Roel Struyve bij het graf van Theodoor Casteleyn op de militaire begraafplaats in Steenbrugge. Theodoor was 25 jaar oud toen hij op 18 oktober aan de Ringbeek in Wingene door obusscherven in de rug getroffen werd. Hij overleed dezelfde dag aan zijn verwondingen.© Foto LDW

Wingene was op het moment van de slag deels aan de Fransen en deels aan de Belgen toegewezen. “Er was dus een gemengde Frans-Belgische aanvalsmacht aanwezig. Drie dagen lang werd er hard gevochten rond de Ringbeek. Aan beide zijden werden er zware verliezen geleden. Er zouden uiteindelijk 51 Belgische militairen sneuvelen, vooral van het 2de en het 3de Linieregiment. Bij de Fransen stierven er tien militairen. Aan Duitse zijde hebben we geen precieze gegevens, maar het aantal doden wordt geschat op 45.”

Mosterdgas

Maar ook onder de burgers vielen er heel wat slachtoffers. “De Duitsers bleven Wingene bijna 48 uur lang onder artillerievuur nemen, van 17 oktober tot in de vroege morgen van 19 oktober. Het was dus onvermijdelijk dat er ook burgerslachtoffers te betreuren vielen. Zo werd er melding gemaakt van beschietingen met obussen die een geel poeder achterlieten. Hoogstwaarschijnlijk ging het om het beruchte mosterdgas.”

Vluchten

“Daar waar de mensen in het begin nog in hun eigen kelders of huizen schuilden, werden ze toch verplicht om het dorpscentrum te verlaten. Een groot aantal vluchtte naar Zwevezele. Bij de bevrijding van Wingene op 19 oktober lieten 23 burgers het leven. Er vielen ook drie slachtoffers bij het geallieerd bombardement van Zwevezele op 15 oktober en bij de bevrijding van Zwevezele op 17 oktober vielen er nog eens zes burgerslachtoffers. Uiteindelijk kostte de bevrijding in oktober 1918 dus aan 32 burgers het leven. Sommigen onder hen werden zwaargewond en zouden pas later in een hospitaal overlijden. Zo werd de 34-jarige Leo Vienne uit Zwevezele gewond door obusscherven op 17 oktober. Hij zou pas vier maanden later in het militair hospitaal in Zwevezele overlijden. Zoals in elke oorlog betaalden dus ook de burgers een grote tol.”

Feiten

De slag van de Ringbeek vond plaats op 17, 18 en 19 oktober 1918. Tijdens de Eerste Wereldoorlog vielen er in Zwevezele en Wingene 61 burgerslachtoffers. Maar liefst 32 van hen vielen in de laatste vijf dagen van de oorlog, dus net voor de bevrijding. Er stierven aan de Ringbeek ook 51 Belgische militairen, tien Franse en mogelijk een 45-tal Duitse. Zwevezele werd uiteindelijk bevrijd op 17 oktober 1918, Wingene twee dagen later.

Wie meer info wil, kan de fietstocht Slag van de Ringbeek fietsen. Langs de fietsroute staan infoborden, die meer vertellen over de gebeurtenissen. Er is de lus Wingene-Zwevezele van 23 km en de lus Oostkamp van 28 km. Meer info bij de Wingense cultuurdienst.

(Lien Depauw)