Onlangs kreegWillem Libert (78) het platina ereteken van Vlamo omdat hij 70 jaar muzikant is bij de Koninklijke Fanfare Sinte-Cecilia. Willem speelt er sinds 1947: eerst trompet en dan bugel. Hij is er ook ondervoorzitter.
Willem Libert (78) is van vele markten thuis. Hij was bestuurder bij Imog, was gemeenteraad- en provincieraadslid voor PVV en stond mee aan de wieg van de gemeentefusies. “Ik heb dat van heel kortbij meegemaakt”, vertelt Willem, die het Harelbeeks feestcomité heroprichtte en mee aan de kar trok voor een Ambassadrice van de Gavers. “Dat waren toen de voorlopers van de stadshostessen van nu.”
Hij is ook schrijver van het boek ’75 jaar Willemsfonds Harelbeke’. “Het is een naslagwerk over cultuur in Harelbeke voor en na de oorlog.” Sinds zijn tiende speelt hij muziek. “Mijn eerste instrument was een kleine cornet. Later werd het bugel en dat is altijd zo gebleven”, weet Willem.
Hoe is het voor jou begonnen?
“Zoals zoveel jongens van mijn generatie in het klasje van Jan Vandeborre, de toenmalige dirigent van de fanfare. Omdat het muziek na de oorlog bijna stil was gevallen begon hij in 1946 grondig te rekruteren. Met of tegen ons gedacht moesten we spelen in zijn muziekklasje bij hem thuis. Dat lukte hem redelijk goed. Al die gasten van toen 10-12 jaar werden uiteraard later ook 18 en kregen een groter postuur met goede longen. Ideaal voor een blazer dus (lacht). Ik ben van zijn tweede lichting in 1947. We kregen een beetje notenleer en zaten na twee maand al met een instrument op onze schoot. Na enkele maanden stonden we al in de rij bij de ‘grote’ muzikanten. Het was ook in het kader van de politieke ‘zuilen’.”
Wat moeten we ons daar bij voorstellen?
“Toen had elke politieke beweging of politiek gekleurde vereniging die zichzelf respecteerde een eigen muziekkorps. Na de schoolstrijd van rond 1880 werden de bestaande muziekkorpsen ingezet als ‘politieke speerpunten’. Ze liepen voorop bij alle mogelijke gelegenheden en stoeten. In de Harelbeekse volksmond noemt men de fanfare ‘het liberaal muziek’. Niemand spreekt van Eendracht & Vrijheid, wel van het ‘katholiek’ muziek. Vandaag dragen zij alleen nog een stukje de geschiedenis met zich mee. Gelukkig is dat stilaan aan het wegdeemsteren.”
“Voor mij is het leven onvoorwaardelijk op iemand kunnen rekenen”
Kreeg je de muziekmicrobe mee van thuis?
“Mijn vader was geen muzikant. Wijlen mijn broer en mijn zus wel. Ik heb het blijkbaar doorgegeven aan mijn kinderen. Mijn dochter Françoise speelde een tijdlang, maar is plots gestopt. Mijn zoon Claude speelt nog altijd tuba in de fanfare en zijn dochter Louise is gestart met piano.”
Heb je veel zien veranderen in je lange muziekloopbaan?
“Op gebied van muziek spelen en maken zijn de mogelijkheden veranderd. Nu studeren ze samenspel in de klas of school. Wij deden dat zelf met enkele vrienden thuis of elders. De jongelui gaan bijna allemaal naar de academie. Wij deden dat niet of hadden de kans niet. De middelen, wat betreft materiaal, leslokalen of studieruimtes, zijn ook beter. Op menselijk vlak is het ook veranderd. Wij hebben de manier van leven van de generatie net na de oorlog meegekregen: zorg dragen voor elkaar, de sociale vaardigheden en het sociale is veranderd. Voor mij is het leven onvoorwaardelijk op iemand kunnen rekenen. De rock ‘n roll deed zijn intrede met films van James Dean. Of iets op krediet kopen. Mijn vader zei altijd dat dit niet zou blijven duren.”
Uit de tientallen hoogtepunten in je loopbaan mag je er één noemen. Wat wordt het?
“We mochten in 2001 spelen op de herdenking van de 100ste overlijdensdag van Peter Benoit. Voor ons was dat iets speciaals. Ste-Cécilia is trots om ooit Peter Benoit en zijn broers en zijn nonkel als lid, dirigent of voorzitter in zijn rangen te hebben gehad. Geen hoogtepunt, maar een leuke anekdote is ons wegglippen naar Kortrijk om met carnaval stiekem de Kortrijkse Gilles muzikaal te begeleiden. Onze dirigent Jan Vandenborre was daar niet zo gelukkig mee.”
Heb je nog een wens?
“Ik hoop uit de grond van mijn hart dat de fanfare Sinte-Cecilia nog lang blijft bestaan. We zijn met ons 209 jaar een van de oudste verenigingen van België. Het zou erg jammer zijn moest dit teloorgaan.”
Verrassing voor muzikant Willem Libert h2>
De Koninklijke Fanfare Ste Cecilia speelde het klaar om muzikant Willem Libert in het ongewisse te laten over een ontvangst op het stadhuis naar aanleiding van zijn 70 jaar muzikant. “Het enige wat hij wist was dat hij de volledige dag moest vrijhouden. Het moest een verrassing blijven”, zegt André Vanassche als voorzitter van de fanfare. p>
Willem (78) werd ontvangen door het stadsbestuur en in de bloemetjes gezet. “Het was een eer Willem te mogen huldigen voor zijn 70-jarige muzikale carrière. Proficiat voor zijn nooit aflatende inzet en initiatieven doorheen al die jaren”, zegt schepen Michaël Vannieuwenhuyze (Open VLD). Van Lieven Maertens, voorzitter Vlamo West-Vlaanderen, kreeg Willem een ereteken opgespeld. Na de ontvangst mocht Willem met vrienden en sympathisanten genieten van een aperitief en etentje in het lokaal van de muziekvereniging. “Die dag was voor mij een complete verrassing. Ik ben aangedaan“, verklapte de gevierde. p>
Op 8 december wordt Willem gehuldigd met een dubbelconcert met de Koninklijke Fanfare Ste Cecilia en de Blue Stage BigBand. Het eerste deel wordt verzorgd door de Koninklijke Fanfare Ste Cecilia onder leiding van Gertjan Seynaeve. In het tweede deel komt de Blue Stage BigBand met dirigent Freddy Knockaert aan bod. Joke Demuynck presenteert het geheel. Het concert heeft plaats in Het Spoor en vangt aan om 20 uur. Kaarten kosten 1 euro. p>
Muziek
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier