Vorige week kon u lezen over de eerste muzikale stappen van de Oostendse oerrocker Dubbe. Eind 1979 is het gedaan met Stagebeast, de eerste band waarmee Dubbe de finale van Humo’s Rock Rally haalt, en zo belanden we in de jaren tachtig. De vriendschap tussen gitarist Willy en Dubbe blijft overeind. En al even belangrijk: ook de liefde voor muziek is onaangetast.
Geheel tegen de trend van de tijd in willen ze terug naar de basis van de rock. Als naam kiezen ze Revenge 88, maar het is even zoeken naar de juiste bezetting. Als bassist wordt Luc ‘Bollock’ Saeys aangetrokken en Stagebeastdrummer Danny Markey is er opnieuw bij. In 1980 doen de band mee aan de tweede editie van Humo’s Rock Rally.
Er zijn dat jaar een pak meer inschrijvingen, maar de uitbarsting van energie werkt nog steeds: Dubbe & co halen alweer de finale. Het gaat dus de goede kant uit, ook de BRT legt zijn oor te luisteren en de groep mag voor het programma Hitring een clip van hun single Neonlights opnemen. Humo brengt een verzamelelpee uit met nummers van de finalisten en Revenge 88 komt erop met het nummer Into The Future. Er staat overigens nog een tweede Oostendse band op, want ook Stat-X, de band rond Willy Clement, schopt het tot de finale.
Er volgen opnames voor een tweede en een derde single. Als producer kunnen ze een beroep doen op Serge Feys. De toetsenist van Arno zal vanaf dan met de regelmaat van een klok opduiken in Dubbe’s muzikale leven. Beginnend rockjournalist Marcel Vanthilt zakt af naar Oostende voor een letterlijk bezopen interview dat afgenomen wordt in Café 88, in het midden van de nacht. De optredens stapelen zich op, ze spelen in het hele land en delen de affiche een paar keer met de stadsgenoten van T.C. Matic.
Luc Bollock verlaat de band en Johnny Markey, broer van drummer Danny, valt in. De bezetting – die eigenlijk bijna dezelfde is als die van Stagebeast in de beginperiode – houdt het nog even vol, maar de motivatie daalt, het drankverbruik stijgt en de kwaliteit van de optredens gaat erop achteruit. In 1982, na een kort maar hevig bestaan, geven ze er de brui aan. De derde single is klaar om te verschijnen, maar zal er niet komen.
Het blijft muzikaal even stil, maar in 1986 kruipt het bloed waar het niet gaan kan. De naam van zijn nieuwe band: Moonlight Crow. Willy is intussen naar Brussel verkast en staat dan al gekend als Willy Willy. Door zijn drukke agenda met Vaya Con Dios en The Scabs blijft hij niet lang bij de band, maar dat mag de pret niet drukken. Moonlight Crow trekt richting ‘Le Beach studio’ in Middelkerke. Dubbe heeft voldoende songs om een langspeelplaat te vullen, en het is goed materiaal, zeer goed zelfs.
Er volgen een paar mooie optredens, onder andere op de Paulusfeesten in 1987, en in 1988 schrijft Dubbe zijn band in voor een derde deelname aan Humo’s Rock Rally. Na een spectaculaire halve finale in zaal De Vooruit in Gent, waarbij Dubbe zich – zonder handschoenen aan – vanuit de nok van de zaal op het podium laat glijden behalen ze voor de derde keer een finaleplaats. Moonlight Crow wekt de interesse van Roland ‘Rolle’ Behaeghel. Rolle is enthousiast, heeft een eigen label en wil de groep managen. Er komt datzelfde jaar een EP: Crowmoon.
Intussen dient een zoveelste personeelswissel zich aan: een jonge veelbelovende gitarist vervoegt de band. Maurice ‘Misten’ Duyvejonck zal vanaf dan, met hier en daar een onderbreking, Dubbe’s gitarist blijven. Manager Rolle investeert in een single en het nummer Pussy komt uit tegen de wissel van het decennium. Het lijkt te lukken: het nummer komt op Studio Brussel, de kritieken zijn lovend… Rolle laat er geen gras over groeien en tast diep in de portefeuille. De TOP-studio wordt geboekt en Kloot Per W wordt ingehuurd als producer. De nieuwe single wordt, na de nodige interne discussies, When The Storm Is Over. Bij de overgang naar de jaren negentig ziet het er al bij al niet slecht uit voor Dubbe en zijn band.
Frank Vermang schreef het boek ‘Oostende ::: rock&roll’. p>
Muziek
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier