Colruyt veroordeeld voor contractbreuk met slachthuisgroep Verbist: supermarktgroep gaat in beroep

De Verbistgroep had ook een slachthuis in Izegem dat intussen gesloten is.© Frank Meurisse
De Verbistgroep had ook een slachthuis in Izegem dat intussen gesloten is.© Frank Meurisse
Redactie KW

De West-Vlaamse familie Verbist, al decennialang actief in slachthuizen en vleeshandel, heeft voor de rechtbank gelijk gekregen in een zaak tegen de supermarktgroep Colruyt. De Brusselse rechtbank veroordeelde Colruyt tot een schadevergoeding wegens het onterecht verbreken van de handelsrelatie, maar de supermarktgroep gaat in beroep.

Colruyt verbrak in 2018, na een samenwerking van 38 jaar, de handelsrelatie met de familie Verbist nadat het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) beweerde in het bedrijf Veviba, onderdeel van de Verbistgroep, in Bastenaken onregelmatigheden te hebben vastgesteld. De vergunning van het bedrijf werd ingetrokken en het slachthuis, met ook een vestiging in Izegem, ging failliet.

Tot het moment dat de contracten verbroken werden, was er volgens de familie nooit een probleem geweest tussen Colruyt en Verbist. “Colruyt had een volledige inzage in de inkoopprijzen en onze productiekosten, hun aankopers kochten hun vlees in de koelcellen van de slachterijen”, klinkt het. “Wekelijks kwamen zij alles controleren en ze hadden vrije toegang tot de vier slachthuizen van de groep, op elk moment van de dag. We lieten ook externe auditors van het kantoor Vincotte toe.”

Georchestreerde actie

“Nooit was er een probleem met de kwaliteit, nooit was er een terugroepactie nodig, nooit kwam er een melding bij het FAVV over consumenten die ziek werden door onze producten”, gaat de familie verder. “Ook het FAVV was dagelijks aanwezig met meerdere keurders en inspecteurs, en had eveneens vrije toegang tot de site in Bastogne.”

Wat in Bastenaken gebeurd is, is volgens de familie Verbist een actie die werd georchestreerd door enkele Waalse politici.

“De familie Verbist kreeg nu toch een gedeeltelijk eerherstel”, klinkt het nog. “De Colruytgroep werd veroordeeld wegens het niet-betalen van haar openstaande facturen en moet een schadevergoeding betalen wegens het onrechtmatig verbreken van het contract met de bedrijven van de familie.”

Colruyt reageert

“In april 2021 heeft de Nederlandstalige Ondernemingsrechtbank in Brussel Colruyt veroordeeld tot het betalen van facturen en een voorlopige schadevergoeding”, zegt Colruyt in een reactie. “Diverse vorderingen, waaronder vorderingen van Colruyt en die van het toenmalige Veviba, vandaag Qualibeef in faling, werden afgewezen.”

Colruyt is naar eigen zeggen teleurgesteld over deze uitspraak: “Wij hadden onder meer gehoopt dat er erkenning zou zijn voor de verantwoordelijkheid die we hebben moeten nemen en hebben genomen in het belang van de algemene voedselveiligheid. Als levensmiddelenbedrijf hebben wij overigens de plicht om maatregelen te treffen als blijkt dat de conformiteit van vleeswaren in het gedrang is.”

Vaststellingen

“Gezien de door de officiële instanties gedane vaststellingen en mededelingen was en is voor ons duidelijk dat we niet konden doen alsof er niets aan de hand was en zou het ongeoorloofd geweest zijn om de vleeswaren zonder meer te blijven doorverkopen aan de eindconsumenten. Er werd dan ook beroep aangetekend tegen deze uitspraak bij het hof van beroep in Brussel.” (Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier