Drugs speelden wellicht cruciale rol bij moord op Alban Demora
Op het assisenproces over de moord op Alban Demora (31) hebben de speurders uitgelegd dat het slachtoffer en de beschuldigde duidelijk actief waren in het drugsmilieu. Abdellatif Belarbi (50) houdt echter vol dat hij slechts af en toe cocaïne gebruikte.
Inspecteur Pieter M. legde uit hoe op 14 juli 2020 een beperkte cannabisplantage werd aangetroffen in de woning van het slachtoffer in Koksijde. In totaal werd in het pand ook 230 gram marihuana ontdekt. Demora verbleef vervolgens anderhalve maand bij verschillende kennissen, maar bood zich op 1 september toch spontaan aan bij de politie. Na verhoor mocht hij tot zijn grote vreugde beschikken. “Hij zei dan dat hij mij een cadeau zou geven. Hij zei dat hij informatie zou verschaffen over drugsverkoop in De Panne, meer bepaald harddrugs.” Opvallend genoeg gaf M. hem de raad om voorzichtig te zijn, al werd de naam Belarbi toen niet genoemd. “Ik was toch wel een beetje gechoqueerd toen ik hoorde wat er gebeurd was.”
Opgebeld door kennis
Verder onderzoek wees uit dat drugs centraal stonden in het leven van de betrokkenen. Zo werd Alban Demora op 2 september rond 17 uur gebeld door Jennifer D., die na de feiten in de keuken van de kapperszaak werd aangetroffen. “Ze vroeg of hij nog aan cocaïne kon geraken, maar hij zei dat hij enkel nog cannabis deed”, aldus hoofdinspecteur Stefaan F. Niet veel later zag een vriendin van het slachtoffer hem in De Panne toch het kapsalon van de beschuldigde binnenstappen. “Ze zegt dat het geweten is dat je naar de kapper gaat om cocaïne te halen, niet om je haar te snijden.”
In de loop van die nacht werd Demora ook opgebeld door een kennis die hij toevallig op het politiebureau tegen het lijf was gelopen. De vrouw was op zoek naar cocaïne, maar het slachtoffer zou pas de volgende dag drugs aankopen in Frankrijk. “Ik zocht wit poeder om me wakker te houden, maar het zal voor een volgende keer zijn”, schreef ze nog. Het viel de speurders echter op dat Demora ook na dit contact toch opdook in het kapsalon van Belarbi. “Hij was wel rustig tijdens het hele tijdsverloop. Op geen enkel ogenblik is er een vorm van agressie of excitatie.”
Ook Abdellatif Belarbi was in de uren voor de feiten duidelijk bezig met drugs. Zo kreeg hij van een vrouw 50 euro om drugs aan te kopen in Oostende. Jennifer D. zocht toen eveneens meermaals contact met de beschuldigde. “Het is duidelijk. De cocaïne is op komst en ze worden zenuwachtig”, kaderde F. de vele contacten. Belarbi gebruikte vervolgens samen met enkele mensen cocaïne, terwijl rond 1 uur nog enkele jongeren langskwamen om cocaïne te kopen.
Telefonieonderzoek
Het telefonieonderzoek liet ook weinig aan de verbeelding over. Van 12 juni tot 27 juli 2020 belde Belarbi liefst 93 keer naar Alban Demora. De Marokkaanse kapper belde in de twee maanden voor de feiten zelfs ruim 200 keer met zijn Oostendse leverancier. In die periode trok hij in totaal 18 keer naar Oostende. Alban Demora en Jennifer D. gingen respectievelijk zeven en zes keer naar Oostende, telkens terwijl ze met dezelfde leverancier in contact stonden. Ten slotte verklaarde D. dat ze met de beschuldigde en met het slachtoffer seks had in ruil voor cocaïne, al spreekt Belarbi dat tegen.
Tijdens zijn verhoren beweerde de beschuldigde dat hij zelf geen drugs dealde. Naar eigen zeggen was hij slechts een occasionele cocaïnegebruiker. Toen Demora rond 1.20 uur bij hem aanklopte, zou hij volgens Belarbi gewoon op zoek geweest zijn naar twee kennissen. “Hij verklaarde dat Alban hem met beide vuisten in het gezicht begon te slaan. Hij riep dat hij heel De Panne ging doden.” De kapper houdt vol dat hij enkel een mes haalde om zichzelf te verdedigen. “Hij zegt daarover dat hij enkel gestoken heeft zodat Alban hem zou loslaten.”
In eerste instantie bevestigde Jennifer D. de versie van de beschuldigde. Later gaf ze onder andere aan de zus van Demora toe dat Belarbi haar verplicht had om te liegen. Het blijft echter onduidelijk wat dan wel de aanleiding zou geweest zijn voor de fatale steekpartij. Iemand die samen met D. in de gevangenis zat, maakte wel gewag van een openstaande drugsschuld. Anderzijds bevestigden de speurders op vraag van de verdediging dat Belarbi het slachtoffer die nacht helemaal niet verwachtte.
Maandagavond zullen de toxicoloog en de wetsdokter hun getuigenis nog afleggen.
Assisen Kappersmoord
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier