Sven Vanthourenhout wordt 40: van Cercle tot Workaholic
Sven Vanthourenhout viert vandaag zijn 40ste verjaardag. Vijf jaar na zijn afscheid is de naar Sijsele uitgeweken Beernemnaar uitgegroeid tot een van de meest invloedrijke mensen in het Belgische wielerpeloton: bondscoach op de weg, bondscoach in het veld, trainer, opleider van jong talent en vertrouwenspersoon. Wat u (misschien) nog niet over hem wist.
Cercle Brugge
Vanthourenhout was in zijn jeugd een fervent voetballer: een echte nummer tien. Met Beernem speelde hij twee keer kampioen en in de provinciale selectie viel hij zo op dat Roeselare en Cercle Brugge interesse toonden. “Maar dat zagen mijn ouders niet zitten voor een tienjarig jongetje.”
Fouten
Vanthourenhout maakte tijdens zijn carrière, gedreven als hij was, heel wat fouten. Te veel trainen, te weinig eten… Hij kende zijn hoogdagen tussen 2003 en 2006, maar kwam daarna minder uit de verf. “Ik werd op mijn 20ste prof en combineerde zeven jaar weg en veld. Wellicht heb ik toen te veel gedaan. De gemaakte fouten en opgedane ervaring komen hem nu, als bondscoach, trainer (van onder meer Michael Vanthourenhout) en begeleider van jong talent, uitstekend van pas.
Geluksnummer vier
Vanthourenhouts geluksnummer tijdens zijn carrière. Als hij rugnummer vier opgespeld kreeg, presteerde hij sterk. Hij stond ook vaak vierde in de UCI-ranking. Dat was zus Sissi opgevallen: zij kocht voor broerlief prompt een kettinkje met een vier aan. Dat bleef niet zonder succes. Op de vooravond van het WK voor beloften in Tabor gaf bondscoach Eric De Vlaeminck hem een enveloppe met zijn rugnummer. “Toen ik er nummer vier uithaalde, wist ik dat het bingo zou zijn.” Vier was ook jarenlang zijn huisnummer in Sint-Joris-Beernem. “Maar ik heb echt niet gezocht naar een huis dat mijn geluksnummer droeg.” (grijnst)
Het wiel van Boonen
Vanthourenhout was een echte kampioenschapsrenner. In het veld: twee keer WK-brons: in Pontchâteau (2004) en Sankt-Wendel (2005). Op de weg: BK-brons in Vilvoorde (2003) en BK-zilver in Knokke (2008). In Knokke scheelde het niet veel of niet Jürgen Roelandts maar wel Vanthourenhout de driekleur had gepakt. “Toen we uit de laatste bocht kwamen, zag ik Boonen rechts van mij en Van Avermaet en Roelandts links voor mij. Ik koos het wiel van Tom en dat was achteraf gezien een foute keuze.”
Italiaanse idolen
Vanthourenhout was de Mathieu van der Poel avant la lettre bij de jeugd: niet winnen was zeldzaam. Zo kroonde hij zich in 1997, drie dagen voor zijn 16de verjaardag, tot Belgisch kampioen bij de nieuwelingen in Mol. Goed voor zijn 22ste zege in 23 crossen. Zijn idolen op dat moment? De Italiaanse veldrijders Daniele Pontoni en Luca Bramati.
Materiaalman Wellens
Tussen zijn tiende en vijftiende was Vanthourenhout vaak in de materiaalzone terug te vinden: bij de masters D voor vader Ronny, bij de masters B voor Rony De Vos. “Ik heb zelfs ooit nog met een fiets voor Bart Wellens, toen nieuweling en drie jaar ouder dan ik, in de wisselzone gestaan.”
Populair op school
In het middelbaar – hij volgde de richting mechanica – was Vanthourenhout een populaire jongen. “Mijn klasgenoten wisten dat we in de week na een kampioenschap weinig les zouden hebben. De video van die wedstrijd werd dan namelijk afgespeeld in klas. Maandag tijdens die les, dinsdag tijdens die les…”
Sint-Lucas
20 jaar geleden, op 3 februari 2001, kroonde de 20-jarige Sven Vanthourenhout zich in Tabor tot wereldkampioen veldrijden bij de beloften. Op een bevroren en spekgladde omloop liet hij twee Tsjechen achter zich. Bij terugkomst in België volgde een stevig feestje in supporterslokaal Sint-Lucas in Beernem.
Straffer dan Cancellara
Als jeugdrenner blonk Vanthourenhout niet alleen uit in het veld – als tweedejaarsjunior won hij 30 van zijn 31 crossen – ook op de weg deed hij het verre van onaardig. Zo kroonde hij zich in 1999 tot eindwinnaar van de sterk bezette Oberösterreich-Rundfahrt voor onder meer Kevin De Weert (tweede), Fabian Cancellara (vierde) en Bernhard Kohl (zesde). Toch koos hij later, eind 2014 definitief voor een carrière als crosser, toen hij onverwachts de ploeg van Patrick Lefevere verliet en naar Rabobank trok. “Ik zag het niet zitten om bij Quick-Step tegen zo’n sterke selectie renners op te boksen en koos voor zekerheid. In het veld kon ik mijn boterham verdienen. Op de weg moest ik het nog allemaal afdwingen en dat betekende minstens één jaar als knecht rijden.”
Workaholic
Sven Vanthourenhout stond tijdens zijn carrière bekend als een workaholic. “Van alle veldrijders is hij degene die het meeste voor zijn job doet”, zei Niels Albert in 2014. “Hij leeft 200 procent voor zijn vak en weegt al zijn voeding af tot op de gram.” Ook als bondscoach doet Vanthourenhout tegenwoordig zijn reputatie alle eer aan. De wielersport in België kan er alleen maar wel bij varen.
De Ark van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier