Oshin Derieuw bokst zaterdag voor de wereldtitel: “Het is dankzij boksen dat ik zo’n zachte vrouw ben geworden”
Oshin Derieuw bokst. En ze slaat hard. Het 35-jarige superlichtgewicht won al al haar profkampen en werd in september met de Golden Glove opnieuw bekroond tot de beste Belgische boksster. Zaterdag kampt ze in Ingelmunster tegen de Colombiaanse kampioene Francia Elena Bravo (33) voor de wereldtitel in de WBA. Maar tegelijk is de Roeselaarse een bijzonder innemende, zachte en liefdevolle vrouw die na pijnlijke jeugdjaren pas op haar 19de zichzelf terugvond in de ring. Nog eens acht jaar later vond ze het echte geluk bij haar Charlotte. In dit gesprek praat ze open, zonder enige dekking, over leven, liefde en gelukkig zijn. Een lach en een sprankel in haar ogen zijn nooit ver weg. “Ik heb geleerd hoe belangrijk het is om te leven in liefde.”
Oshin – de naam komt van een Japanse soapserie – ontvangt ons bij haar thuis in Kuurne. Ze heeft maar een uurtje, foto’s inbegrepen, vooraleer ze weer naar haar Franse boksclub Hénin-Beaumont trekt waar de bokskampioene bijna dagelijks traint. “Het is nog voorbij Lille, dus elke keer moet ik die ring over, hé.” Intussen werkt ze nog halftijds als kabinetsmedewerker van de Kuurnse burgemeester Francis Benoit (CD&V). “Het klikt uitstekend met Francis. Een leuke job, goed combineerbaar met het boksen. Vooral agendabeheer, maar ik kan ook meewerken aan projecten. Maar politiek an sich interesseert me echt niet. Francis heeft het mij nog nooit gevraagd maar ik zou nooit op gelijk welke lijst gaan staan. Al zeker niet voor het Vlaams Belang. Ik vind politiek een gevaarlijk en moeilijk spel.” Tussendoor geeft ze via haar bedrijfje Be Your Own Legend ook nog bokslessen, daar wil ze later graag fulltime mee aan de slag.
Voor een leek in het boksen is het niet echt eenvoudig. Delfine Persoon is wereldkampioene lichtgewichten in alle federaties en Oshin Derieuw is wereldkampioene superlichtgewichten in het WBF en IBO. Hoe ingewikkeld is dat allemaal niet?
“Ja! België is geen boksland, daarvoor krijgen we te weinig aandacht van de televisiezenders, en dan wordt het inderdaad complex. Er zijn enorm veel verschillende federaties die elk hun eigen wereldtitel hebben, met verschillende gradaties. De vier meest prestigieuze zijn de WBC, WBA, WBO en IBF. En dan heb je nog de intercontinentale, de internationale en de wereldtitels. Niet goed voor de bokssport. Eerlijk: ik raak er soms zelf ook niet aan uit. Maar het houdt me eigenlijk ook niet echt bezig. Ik boks ontzettend graag maar alles wat er rondhangt, boeit me veel minder. Of mijn coach neemt het een en ander over. Mijn tijd buiten mijn werk en het boksen spendeer ik liever aan andere dingen. Ik weet wel dat je, eenmaal goed gerankt in de ene organisatie, je weer in aanmerking komt voor kampen voor een andere organisatie. Managers en wedstrijdorganisatoren hebben daarin een beslissende stem. Dat maakt het profboksen ook minder sportief, want de kampen voor de wereldtitels zijn niet altijd tussen de twee besten. Dan opteer ik liever voor het toernooisysteem van het olympisch boksen. Het was ook de reden waarom ik eigenlijk liever niet wilde overstappen naar het profboksen waarin heel veel, zo niet alles om geld draait. Maar hoe dan ook, ik kan er in elk geval niet van leven.”
Hoeveel brengt een wereldtitel jou zaterdag precies op?
“Tussen 3.000 en 6.000 euro. En dat komt niet van de WBA, de federaties zorgen alleen voor die belts (wijst naar de muur waar haar kampioenengordels zijn uitgestald, red.) maar van de organisatie in Ingelmunster, die ik alleen maar eeuwig dankbaar kan zijn. Want zij moeten ook nog de taksen betalen, de buitenlandse scheidsrechters, het transport en de overnachtingen van de tegenstander en haar trainer. Maar een titelkamp in Ingelmunster, in mijn achtertuin waar iedereen ons team eens van dichtbij wil leren kennen, is wel speciaal. Een aantal collega’s komt alvast supporteren, de burgemeester misschien ook. (lacht). Het bedrag dat ik verdien is voor een kamp in België veel, maar het is belachelijk weinig in vergelijking met wat in het buitenland zou betaald worden en wat mijn tegenstanders kunnen krijgen. Dat heeft heel veel te maken met dat gebrek aan televisierechten. Je zou kunnen zeggen dat veel mensen daar drie maanden voor moeten werken, maar ik investeer hier al vijftien jaar in. Ik betaal al 300 euro per maand om vier keer per week te gaan trainen in Frankrijk. Mijn parttime job bij de burgemeester dient voor onze vaste kosten, verder moet ik het hebben van mijn bokslessen en sponsoring. Zo maak ik het allemaal een beetje aangenamer.”(lacht)
Hoe zit het eigenlijk met de concurrentie met Delfine Persoon, die nog steeds meer het boegbeeld is van het Belgische vrouwenboksen dan Oshin Derieuw?
(aarzelend) “Ik ben in Lichtervelde beginnen trainen met haar, samen onder Filiep (Tampere, coach en partner van Persoon, red.) We zijn niet als de beste vriendinnen uit elkaar gegaan. Laat me zeggen dat we daarvoor teveel verschillen en dat er te veel wrijvingen waren. Zij gaat veel harder door het leven. Terecht, daardoor is Delfine ook zo ver gekomen. Alle respect. Maar het klikte gewoon niet. Ook omdat Filiep voor mij te snel aandrong om prof te worden en ik vaak blessures opliep. Ik wilde, ook met het oog op de Olympische Spelen, liever in het amateurcircuit blijven, Uiteindelijk voelde ik mij daar niet meer op mijn plaats.”
“Ik stond op mijn 17de alleen. Ik leefde van het OCMW en had bij momenten het gevoel er niet meer te willen zijn”
Jammer voor het vrouwenboksen in ons land, maar Delfine zal zaterdag dus niet komen supporteren voor jou?
“Neen. Al krijg ik altijd een berichtje als ik win., er is wel respect voor elkaars prestaties.”
Jouw moeder Annemie vond boksen aanvankelijk geen goed idee, maar voor haar dochter zit ze straks ongetwijfeld wel op de eerste rij?
“Zeer zeker. Ze scout nu zelfs al mijn tegenstanders. Uit bezorgdheid, om te zien hoe gevaarlijk hun stijl en slagen zijn voor haar dochter. En dan belt ze mij met haar bevindingen. (lacht) Ze brandt zelfs kaarsen voor mij. Ik ben zelf niet gelovig, maar dat vind ik zó lief, het geeft me zoveel geborgenheid.”
Welwel, dat een bokser uit een muzikale familie komt, vond ik al verbazend – jouw broer Chilo is onder de artiestennaam Chillow een bekende hiphopper, muziekproducer en zanger. Én een bokser die poëzie schrijft. En nu blijkt de wereldkampioene boksen ook zowaar nog een mama’s kindje.
“Ja hoor! We sturen elkaar élke dag berichtjes. Na elkaar heel lang niet te hebben gehoord nadat ik al op mijn 17de het ouderlijke huis verliet… Het was een heel moeilijke periode met zelfs gedachten aan zelfdoding. (denkt na) Ik heb nochtans twee fantastische ouders, heel creatief met een heel mooi hart. Maar ze zijn vroeg in mijn leven gescheiden. Rond mijn dertiende had mijn moeder een heel foute partner, vooral naar mij toe. Met zelfs fysieke belaging waardoor ik wel moest vluchten van thuis. Daar is het fout gelopen. Maar eenmaal die partner verdween, keerde de relatie met mijn moeder. Eigenlijk was het de omgekeerde wereld, ik voelde het als mijn plicht om voor mijn mama te zorgen. Maar ik ben blij dat ik dat allemaal heb gedaan. Intussen is mijn mama een stuk rustiger geworden en neemt ze weer haar mamarol op. Waar ik intens van geniet. (lacht) Als ik het nu emotioneel eens moeilijk heb, kan ik weer rekenen op haar. Mooi toch? Mama’s liefde is toch de mooiste liefde die er bestaat?”
Waarom hebben jij en Charlotte dan geen kinderwens?
“Wellicht heeft mijn moeilijke jeugd daar iets mee te maken. En omdat ik in mijn leven al zoveel heb moeten zorgen voor andere mensen. Dat doe ik nu nog heel graag, via mijn coaching ben ik graag een luisterend oor voor anderen. Voor veel kinderen die ik coach ben ik zelfs zo’n beetje een toevluchtsoord. Maar de opofferingen die we zouden moeten maken voor een eigen kind, zou een te grote stap zijn. Zeg nooit nooit, misschien adopteren we later ooit een kindje, maar momenteel denken Charlotte en ik daar hetzelfde over. Na onze sportcarrière willen Charlotte (ex-Belgisch kampioene triatlon, red.) en ik nog heel veel doen en ontdekken, reizen en zo. Leven met zo weinig mogelijk ballast, zeg maar. Of klinkt dat fel?”
Jouw hele verhaal klinkt vooral heftig.
(denkt na) “Ik doe heel veel aan zelfreflectie. Ik kan dromen en toch heel realistisch zijn. Toen mijn broer en ik een jaar of zestien waren hebben we zwarte sneeuw gezien, vierde wereld-toestanden en zo. Daardoor was ik als puber heel opstandig en agressief, ik wist met mijn temperament en mijn frustraties geen blijf. Het was ook genetisch, mijn mama heeft hetzelfde temperament. En ik was een serieus fuifbeest. Heel veel hoogtes en laagtes dus. Met absolute dieptepunten, ik stond op mijn 17de alleen. Ik leefde van het OCMW, ik wilde wel maar ik kon niet verder studeren, had bij momenten het gevoel er niet meer te willen zijn, ik vond het leven te moeilijk… Die laagtes probeerde ik dan als adolescent van mij af te schrijven in dagboeken en poëzie. Maar toen ik begon te boksen, ik was toen al 19, kwam er structuur in mijn leven. Ik vond niet alleen iets waarvoor ik wilde leven, een passie, maar ook mezelf. (denkt na) Het is dankzij het boksen dat ik zo’n zachte vrouw ben geworden. Ik had ondervonden hoe hard de wereld kan zijn en hoe belangrijk het dan is om te leven in liefde. Je hoeft om te boksen echt niet agressief te zijn. Integendeel zelfs, want als je te impulsief bent, maak je sneller fouten. Boksen is de liefde van mijn leven.”
Eerder zei je al dat je echt schrik hebt van het zwarte gat na jouw bokscarrière, dat je dan wellicht therapie nodig zal hebben. Intussen ben je toch al 35.
“Omdat ik pas laat ben begonnen, kan ik nog wel een paar jaar verder, denk ik. Uit scans blijkt alvast dat ik nog niet de minste schade heb opgelopen en tests wijzen zelfs uit dat ik nog explosiever ben geworden. Dat klinkt als muziek in mijn oren. (lacht) Maar ik wil wel stoppen op een hoogtepunt. Natuurlijk voel ik wel dat ik ouder word, maar ik verzorg me zo goed mogelijk. Ik probeer voldoende te slapen en ik draai op training mee met gastjes van 20, 25 jaar. Zodat mijn trainer wel eens moet zeggen: rustiger, Oshin!” (schatert)
“De Gay Pride? Het is jammer dat we vandaag nog zo moeten provoceren”
Jouw coach Mohamed Nichane speelde en speelt nog steeds een ontzettend belangrijke rol in jouw opgang, niet?
“Niet alleen als trainer, ook als mentor. Ik was in zijn club terechtgekomen door een ex-vriendin. We dachten dat onze relatie een geheim moest blijven, omdat Mohamed een moslim is. Ik heb lang geaarzeld om mij bij hem te outen, beirelastig voor mij. Maar achteraf bleek dat nergens voor nodig, Mohamed reageerde vol begrip en liefde. Een zeer inspirerende man.”
Getrouwd met Charlotte
Een A4-tje met een regenboog aan het raam: Wil je bij een persoon zijn van hetzelfde geslacht, go for it. Je kan er niet tegen vechten. Dan word je ongelukkig en daarvoor is de liefde te belangrijk en te mooi… Oshin wist al op haar veertiende dat ze op meisjes viel. Maar het duurde nog een hele tijd – destructieve relaties inbegrepen – tot ze de ware ontmoette, in het Kortrijkse Wellnesscenter waar ze toen allebei werkten, goed acht jaar geleden. Ze is intussen al bijna vijf jaar getrouwd met Charlotte Deldaele, naast triatlete ook make-upartieste. De vrouw van haar leven ze passen zo goed bij elkaar dat Oshin haar ten huwelijk vroeg… precies op hetzelfde moment dat Charlotte háár wilde vragen. Met hetzelfde tekstje van Plato nog wel. “We zijn zo’n koppel dat op dezelfde dag zal sterven, zegt Charlotte dan.”
Oshin (glimlachend): “We hebben ook onze hoogte- en laagtepunten hoor. Een perfect koppel bestaat toch niet? Het gaat erom goed te kunnen praten met elkaar. Ik ga niet zeggen dat ik intussen dankzij het boksen en Charlotte elke dag harmonieus door het leven zweef, maar naarmate ik ouder word, lukt dat toch steeds beter.”
Is een vrouw met een vrouw in 2023 nog wel een item? Voor bepaalde media blijkbaar wel: denk aan Freya Van den Bossche met haar vriendin, de koppels bij de Red Flames, Pommelien Thijs…
“Ik vind dat jammer. Dat heb ik ook met Gay Prides. Het is jammer dat we zo moeten provoceren of onze pride tonen. Maar tegelijk is dat provocatieve nodig om verhalen te delen en zo mensen wijzer te maken. Al blijft het jammer dat het nog nodig is om zo mensen te sensibiliseren.”
Hoe courant en hoe aanvaard is homoseksualiteit in de bokswereld?
“Voor vrouwen is het makkelijker dan voor mannen, denk ik. Ik heb maar weet van één mannelijke bokser die gay is (de Puerto-Ricaan Orlando Cruz outte zich al in 2012, red.), maar ik ken er in het vrouwenboksen meerdere. (glimlacht) Ken je het verhaal van Aleksandra Vujovic, een tegenstander van mij die tijdens de kamp openlijk stond te flirten met Charlotte, ringmeisje toen? Dat laat je toch niet gebeuren?, naaide mijn coach mij op. (schatert) Achteraf toonde Vujovic zich wel opgetogen: jullie zijn verloofd? Maar het is nog steeds niet zo evident als het zou moeten zijn, hoor. Charlotte en ik zijn knuffelaars, ik ga mij hier in Kuurne op straat bíjna nooit inhouden uit angst voor negatieve reacties. Maar wel in Brussel. Ook jammer: Charlotte en ik gaan nog steeds liever naar een gayfeestje dan naar een gewoon feestje. Omdat er daar een seksuele connotatie hangt aan twee vrouwen die samen dansen. Ik heb het meegemaakt op de Gentse Feesten, ik vond dat verschrikkelijk. Als het om twee vrouwen gaat die er vrouwelijk uitzien, is het seksualisering en als er een vrouw wat mannelijker uitziet, wordt het uitlachen. Al merk ik wel dat de jonge generatie, 15-16 jarigen, daar chiller mee omgaat. Daarom ook wil ik ons verhaal blijven delen.”
De meeste boksers hebben veel tatoeages, maar bij jou zie ik er geen?
“Charlotte heeft er heel veel. Twaalf, geloof ik. (lacht) Ik heb er eentje.”
‘I love mum’? Of ‘I hartje Charlotte’?
(lacht) “Neen. Evolving. Jezelf blijven ontwikkelen.”
Op zaterdag 4 februari bokst Oshin Derieuw in de sporthal van Ingelmunster vanaf 19.30 uur tegen Francia Elena Bravo om de wereldtitel in de WBA.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier