Vanessa Vens na tweede poederbrief: “Dit moet stoppen”

Vanessa Vens voor het kantoor van de Oostendse Haard. © Peter Maenhoudt
Gillian Lowyck

In de sociale huisvestigingsmaatschappij De Oostendse Haard aan de Nieuwpoortsesteenweg kwam op maandag 22 november een poederbrief aan. Al de tweede in tien maanden tijd. Directeur Vanessa Vens opende de brief en moest even naar het ziekenhuis. Het poeder bleek bloem te zijn. Het is nog gissen naar de afzender, maar de zaak wordt heel ernstig genomen. “De rekening zal gigantisch zijn”, zucht Vanessa Vens.

In de sociale huisvestigingsmaatschappij De Oostendse Haard aan de Nieuwpoortsesteenweg opende directeur Vanessa Vens een poederbrief. De tweede in minder dan een jaar tijd. “Zelfs al was het de tweede keer, het blijft toch serieus schrikken”, vertelt Vanessa Vens. De directeur moest even naar het ziekenhuis, maar kon snel weer aan het werk. “Je doet die brief open, dat valt daaruit… Je verwacht dat gewoon niet.”

“Maar kijk, het was al de tweede keer, dus we wisten al aan wat we ons konden verwachten. We hebben meteen de politie gebeld. We wisten ook dat er niemand nog binnen of buiten mocht gaan. Alle personeelsleden moesten in het gebouw blijven. En natuurlijk was onze werking voor die dag helemaal naar de knoppen. Zelf moest ik mijn handen de hele tijd voor me uitgestrekt houden. Ik mocht niets aanraken, ook mijn gezicht niet. Ik moest stilzitten, mocht niets drinken.”

Marsmannetjes

“Daarna arriveerde de brandweer”, gaat Vens verder. “Die droegen van die speciale pakken, marsmannetjes in feite. Maar dan moest ook de Civiele Bescherming komen, omdat zij bevoegd zijn voor dergelijke problemen. Je moet weten dat er vroeger een afdeling was in Jabbeke, maar minister Jambon (N-VA) heeft die gesloten. Er zijn nog twee plekken, in Brasschaat en ergens in Wallonië. Gevolg: meer dan twee uur aanrijtijd. In al die tijd werd de politie en brandweer vastgehouden voor deze situatie.”

Wanneer de Civiele Bescherming arriveerde, moest de directeur naar het ziekenhuis. “Mijn kleren moesten in een speciale ton en ik werd in de ambulance naar de spoeddienst gebracht. Daar moest ik meer dan een kwartier onder een decontaminerende douche. Er werden ook bloedstalen afgenomen. Ze hielden een volledige box bezet voor mij tot 13 uur. Kan je je dat voorstellen, in covid-tijden?”

Uiteindelijk mocht Vanessa Vens naar huis. De Oostendse Haard is intussen helemaal vrijgegeven. De eerste keer ging het over bloemsuiker, dit keer was het bloem. Wie de dader is, is niet geweten. “Het zet aan tot denken: wie doét er toch zoiets? Wij werken dag in dag uit met mensen en natuurlijk moeten wij soms wel eens iemand teleurstellen. Wij kunnen niet anders dan een standpunt innemen. Maar dan zijn er méér dan voldoende manieren om een klacht in te dienen. Via de Oostendse Haard zelf, of via de ombudsdienst van de Vlaamse overheid. Maar op deze manier? Nee.”

Gigantische kost

Vanessa Vens benadrukt dat de kost voor de maatschappij gigantisch is. “Heel deze operatie kostte enorm veel geld. De rekening zal gigantisch zijn. Ik wil ook benadrukken dat het niet zonder gevolgen zal zijn voor wie dit gedaan heeft. Dit wordt onderzocht en men neemt dit héél ernstig. En op persoonlijk vlak? Leuk is dit natuurlijk niet. Maar we doen voort. We verloren een hele dag werk, ik begon vanmorgen voor 7 uur om alles in te halen. Ik moest zelfs uitstel vragen aan de inspectie voor onze verslagen… En ja, vanmorgen opende ik weer de post. Ik kan dat nu moeilijk aan een collega vragen hé. Maar wat zeker is: dit moet stoppen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier