Van Kemmelberg naar fontein Louis XIV, opgegraven waterleiding geeft geheimen prijs: “Dit was een huzarenstukje in die tijd”

Jan Decorte bij de gevonden waterleidingen. © TP
Redactie KW

Enkele uitgeholde houten balken in Ieper leken deze week klaar voor ophaling richting stort, maar zijn nu gegeerd door het Yper Museum en De Watergroep. Uit de eerste bevindingen van een archeoloog blijkt het te gaan om zeldzame waterleidingen, die allerminst verwacht werden buiten de ‘Uterste Veste’.

Ze voerden wellicht water aan voor een fontein van Louis XIV op de Ieperse Grote Markt. De Vlaamse overheid stuurt nu een team van archeologen om de resterende leidingen, die nog onder de grond zitten, zorgvuldig op te graven voor verder onderzoek.

Buurtbewoonster Miet en haar vader en oud-burgemeester Jan Durnez brachten deze week verschillende personen en diensten op de hoogte van een tiental uitgeholde houten balken langs de Ieperse Dikkebusseweg, waar werken bezig zijn. De balken werden uit een sleuf gehaald, waar nieuwe waterleidingen worden aangelegd.

Jan Decorte, erfgoedcoördinator en archeoloog bij CO7, kwam ter plaatse en liet de balken meteen ophalen door de Ieperse technische dienst voor bewaring en onderzoek. “Want ze zijn bijzonder zeldzaam”, stelt Decorte. “Het gaat om boomstammen van meer dan twee meter lang, die uitgehold werden om water te vervoeren naar de Ieperse binnenstad in de middeleeuwen. Zulke leidingen vinden we niet vaak. En al zeker niet hier.”

Want de vindplaats bij de hoek met de Crescendostraat ligt buiten de Uterste Veste, de voormalige buitenste omwalling van de middeleeuwse stad. “De Uterste Veste kwam pas iets verder dan het kruispunt met de Tulpenlaan”, aldus Decorte. “Daarom gaan we ervan uit dat de leiding een verbinding was met de Dikkebusvijverbeek om water tot in de stad te brengen.”

Deze houten leidingen zouden echter van na de middeleeuwen dateren en voerden wellicht water van de Kemmelberg naar de eerste van twee fonteinen van de Franse ‘Zonnekoning’ Louis XIV, die toen over Ieper heerste. De Ieperse oud-politicus Alphonse Vandenpeereboom heeft het in een publicatie uit 1880 over buizen met cirkelvormige diameter van circa tien centimeter, “een vuist”. De fontein werd gebouwd voor het Nieuwerck op de Grote Markt en spoot vanaf 19 januari 1682 water tot een hoogte van 2,70 meter, maar de buizen raakten snel verstopt.

“De kans is groot dat het om die waterleiding gaat, maar honderd procent zeker zijn we nog niet”, vervolgt Decorte. “Via jaarringen de ouderdom achterhalen, wordt moeilijk door de uitholling. Dankzij nieuwe opgravingen door een team van de Vlaamse overheid rond de leidingen, die nog onder de grond zitten, worden misschien keramiek of munten aangetroffen, die beter kunnen gesitueerd worden in de tijd. Deze opgravingen zullen vermoedelijk slechts enkele dagen in beslag nemen, waardoor de impact op de wegenwerken beperkt blijft.”

Het onderzoek kan bijdragen tot de kennis over de stad, die in de dertiende eeuw nog een ‘waterarme’ was. “Ieper was een buitenbeentje, omdat het door de kleilagen moeilijk was om via waterputten continu aan water te komen”, duidt Decorte. “Daarom werden Dikkebus- en Zillebekevijver aangelegd en werd er streng toegekeken op de zuiverheid van het water richting de stad door de ‘pipemeesters’, die vervuilers beboetten. In 1408 werd visverkoper Jehan de Mol zelfs veroordeeld, omdat hij slechte vis in een put gooide en zo het water in de stad ernstig vervuilde. Enkele jaren eerder werden drie Ieperlingen verbannen, omdat ze kadavers van dieren in water hadden gelegd, waardoor een brouwer getroffen werd.”

Het meest onder de indruk is Decorte over de makelij van de leidingen. “Ik weet niet hoe ze de uitholling deden. Misschien met een boor? Het is alleszins een mooi staaltje techniek en er kroop ongetwijfeld heel wat werk in, want het gaat om een netwerk van verschillende kilometers. Een huzarenstukje in die tijd.” (TP)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier