Sofie was 20 in 2000: “De vriend van toen is nu mijn man”

Sofie Vande walle: "Ik heb mijn hart verloren aan Marrakech." (Montage KW/Davy Coghe)
Olivier Neese
Olivier Neese Editieredacteur Brugsch Handelsblad Brugge - Torhout

‘Ik word 20 in 2000.’ Zo heette de rubriek waar meer dan 500 jonge West-Vlamingen in onze krant vertelden over hun leven. Twintig jaar later confronteren we ze met hun uitspraken van toen. Deze week is het de beurt aan Sofie Vande Walle.

“Ik zou graag verder studeren voor onderwijzeres, maar ook een job als hostess zou mij wel aanspreken”

“Na mijn studie heb ik inderdaad meegedaan aan het examen om airhostess bij Sabena te worden. Daar was ik ook voor geslaagd, alleen werd mijn medisch dossier een tijdje tegengehouden. Het examen had ik afgelegd in juni, maar pas in september kreeg ik bericht dat ik effectief aan de cursus mocht deelnemen. Maar toen ging het al een tijdje slecht met de luchtvaartmaatschappij en een paar maanden later is ze failliet gegaan. Dat ging dus niet door.”

“Omdat er zoveel tijd tussen het examen en de eigenlijke start van de opleiding zat, was ik al begonnen met werken. Ik had een tijdelijk contract van vijftien maanden als administratief bediende bij Fluxys. Toen die job afliep, kon ik aan de slag als administratieve kracht bij een transportbedrijf in Brugge. Nu werk ik al enkele jaren als loketbediende bij Argenta in Loppem. Een heel leuke job, al is het door corona nu wel wat kalmer. Toch blijven mensen die geen computer of app hebben, dus vooral oudere mensen, nog naar het loket komen.”

“Ik ben al twee jaar samen met mijn vriend. Hij is enkele jaren ouder dan ik en zat op dezelfde school.”

“Die vriend is intussen mijn man geworden. Dit jaar zijn we vijftien jaar getrouwd. Blijkbaar was ik snel zeker. En ik ben nog altijd gelukkig. (lacht) Ik leerde Kristof kennen op school. Hij zat in het zevende jaar, ik in het vierde. Hij is afkomstig van Doomkerke, bij Ruiselede. Mochten we elkaar niet op school getroffen hebben, hadden we elkaar allicht nooit ontmoet. In zijn regio had ik niet meteen iets te zoeken. (lacht) Op onze school waren de verschillende jaren niet zo streng afgescheiden. Mensen kenden mensen, los van de klas of het jaar waarin ze zaten. Het contact ging heel breed. Kristof werkt intussen als zelfstandige in de incasso- en immowereld.”

Sofie Vande Walle:
Sofie Vande Walle: “Sporten doe ik nog altijd niet. Dat is er niet op verbeterd.”© Davy Coghe

“Mijn voorkeur gaat uit naar een plek zoals Oostkamp, waar je toch een centrum hebt maar waar het ook niet te druk is.”

“We hebben ook effectief van 2003 tot 2007 in Oostkamp gewoond, de periode waarin ik zwanger was van onze dochter Céleste. We woonden op een appartement op de derde verdieping en er was geen lift. Als je dan ‘s avonds met je Maxi-Cosi en je boodschappen thuis komt en je moet twijfelen wat je eerst meeneemt naar boven… Dat was dan ook de reden waarom we begonnen uit te kijken naar een huis. En dat vonden we in Sint-Michiels. Terug naar de roots, ja, maar ik zou ook meteen terugkeren naar Oostkamp. Ik heb er zeer graag gewoond. Zoals ik al twintig jaar geleden zei: een centrum maar toch niet te druk. Ik zou ook in het centrum van Brugge kunnen wonen. Ik zou daar echt geen problemen mee hebben.”

“Het weekend staat bij mij in het teken van babysitten. Bijna elke week.”

“Dat is voorbij, ja. (lacht) In deze coronaperiode liggen veel hobby’s stil, maar in normale tijden ga ik regelmatig eens naar de cinema, ga ik wandelen of maken we uitstappen met het gezin… Geen speciale zaken. Sport doe ik nog altijd niet. Dat is er niet op verbeterd. (lacht) Ik ben wel lid van de MoMa’s, wat staat voor Mondige Madammen. In niet-coronatijden spreken we eenmaal per maand af om iets samen te eten of een activiteit zoals een fotozoektocht te doen. Dat is een clubje van enkel vrouwen.”

“Er zijn twee bestemmingen waar ik van droom: Mexico, voor de fantastische cultuur, en Zuid-Afrika, waar ik graag eens een safari zou doen.”

“Onze huwelijksreis was naar Mexico, dus die kan ik al afvinken van mijn lijstje. Ik ben ook al eens in Zuid-Afrika geweest, op bezoek bij de vader van de vennoot van mijn man, maar niet op safari. Ik heb het land dus al gezien, maar nog niet op de manier waarop ik het zou willen. Dat zijn ook mijn twee verste reizen geweest. We zijn wel reizigers, ja. Zo zijn we ook al enkele keren naar de VS geweest. Met onze dochter doen we nu vooral citytrips en dichtbijvakanties, zoals Tenerife. Tegenwoordig heb ik mijn hart verloren aan Marrakech. Dat is nu één van mijn favoriete bestemmingen. Je hebt er alles: cultuur, historiek met moderne delen, je zit dicht bij de bergen én de zee. En de mensen zijn er heel vriendelijk.”

Het artikel van 20 jaar geleden

Sofie Vande Walle is geboren op 25 augustus 1980 en woont in de Wagenbruggelaan 26 in Sint-Michiels. Haar moeder Christine Renier is als onderhoudsdame verbonden aan het Vrij Handels- en Sportinstituut in Sint-Michiels, haar vader Gilbert is postbode. Sofie heeft nog één zus, Isabel. Momenteel volgt ze het zevende jaar gegevensbeheer en administratie, eveneens aan het Vrij Handels- en Sportinstituut in Sint-Michiels.

Wat houden je studies precies in?

Sofie Vande Walle: “Het is een vervolg op het zesde jaar kantoor. Op het programma staat veel informatica en boekhouden. Programma’s zoals Access of Powerpoint krijgen we nu meer uitgebreid dan voorheen. Ook zijn er per week twee dagen stage voorzien.”

Waar loop jij precies stage?

“Zelf werk ik twee dagen per week in het Onafhankelijk Ziekenfonds, in Sint-Michiels. Ik ben er actief op de dienst secretariaat: de post bedelen, de administratie bijhouden. Een drukke bezigheid!”

Je zit in het laatste jaar. Weet je al wat je later zou willen worden?

“Ik twijfel momenteel nog wat. Vooral tussen twee richtingen. Zo zou ik graag volgend jaar verder studeren voor onderwijzeres, maar ook een job als hostess zou mij wel aanspreken. Mogelijk ga ik volgend jaar iets in die richting studeren. We zien wel.”

Hoe ziet je doorsnee week er uit?

“De week staat uiteraard voor een groot stuk in het teken van de school. Zoals gezegd loop ik op bepaalde dagen stage, en dat brengt een hele administratie aan stagedocumenten met zich mee, die ik moet bijhouden. Daarenboven komt er ook nog een eindwerk en het werk dat je moet doen voor de gewone vakken die je op school krijgt.”

En wat doe je over het algemeen in het weekend?

“Het weekend staat bij mij in het teken van het babysitten. Bijna elke week. Ofwel voor een nichtje van mij ofwel bij kinderen uit de buurt. Tijdens de zomer werk ik dan op de camping D’Hoeve in Sint-Michiels.”

Wat doe je daar precies?

“Ik zit er aan het onthaal. Ik maak de mensen wegwijs als ze aankomen, en ontvang ook het geld en zo. Ik probeer hen ook te hulp te staan als ze iets willen weten.”

Is het een leuke job?

“Een zeer leuke job, omdat je er veel verschillende mensen ontmoet. Soms heel vriendelijke mensen, die je uitgebreid bedanken als je iets voor hen kan doen. Anderen zijn dan weer nooit tevreden, maar dat hoort erbij zeker?”

Je ontmoet er een internationaal gezelschap.

“Dat is juist. Ik probeer hen dan ook zoveel mogelijk in de eigen taal te woord te staan. In het Engels, Frans en Duits lukt dat wel, maar als er Spaanse gasten zijn bijvoorbeeld, dan wordt het moeilijk. Ik ken gelukkig wel enkele woordjes Spaans. En meestal doen de mensen ook wel de moeite om Frans of Nederlands te spreken.”

Als je tijdens de zomer werkt, heb je dan zelf nog de tijd om eens op reis te gaan?

“Ja. Vorige zomer ben ik met mijn vriend Kristof De Ram naar Kreta geweest. Dat was eigenlijk een zeer goed meegevallen reis. Een ideale mix tussen cultuur en het zuiderse leven met mooi weer. Soms, bijvoorbeeld toen we in Knossos waren, was het misschien wel té warm.”

Weet je al waar je volgende reis heen zal gaan?

“De volgende reis zal ik met de school ondernemen. Over enige tijd staat er een trip naar Italië op het programma. Eerst twijfelde ik wel of ik wel mee zou gaan, maar nu ik eens in het zuiden geweest ben, twijfel ik niet meer.”

Wat is voor jou de absolute droomreis?

“Er zijn twee bestemmingen waar ik van droom: Mexico, voor de fantastische cultuur, en Zuid-Afrika, waar ik graag eens een safari zou doen. Hopelijk komt het er ooit nog eens van!”

Hoelang ben je al samen met je vriend?

“Al twee jaar. Hij is enkele jaren ouder dan ik, zat op dezelfde school, waar hij voorzitter was van de mini-onderneming Decoglas. Nu werkt hij in een debiteurenkantoor.”

Wat is voor jou het belangrijkste in een relatie?

“Het belangrijkste is in elk geval het vertrouwen. Als dat er niet is, heb je geen enkele basis voor een goede relatie. En voorts is het belangrijk om goed te kunnen praten met elkaar.”

Hoe zie je je nabije toekomst?

“Het belangrijkste is dat ik nu de school en mijn studies kan afwerken. Dan hoop ik een toffe job te vinden, en te trouwen of samen te wonen.”

Waar zou je later het liefst van al wonen?

“Ik hou wel van de stad, maar om er te wonen lijkt mij dat iets te druk. De echte buiten daarentegen vind ik ook maar niets, dan zit je zo ver van alles. Nee, mijn voorkeur gaat uit naar een plaats zoals Oostkamp, waar je toch een centrum hebt, maar waar het ook niet te druk is.”

(Lodewijk Nollet)

Sofie Vande Walle

Sofie Vande Walle (°25 augustus 1980) is de dochter van Christine Renier en Gilbert Vande Walle. Haar moeder werkte als onderhoudsdame in het Vrij Handels- en Sportinstituut (VHSI) in Sint-Michiels, haar vader was postbode. Ze heeft één zus: Isabel (42). Ze studeerde gegevensbeheer en administratie aan het VHSI en begon na haar zevende jaar meteen te werken. Sofie trouwde in 2005 met haar jeugdliefde Kristof De Ram. Samen kregen ze in 2007 een dochtertje: Céleste. Ze wonen in Sint-Michiels, waar ze ook opgroeide.

Het artikel van 20 jaar geleden

Sofie Vande Walle is geboren op 25 augustus 1980 en woont in de Wagenbruggelaan 26 in Sint-Michiels. Haar moeder Christine Renier is als onderhoudsdame verbonden aan het Vrij Handels- en Sportinstituut in Sint-Michiels, haar vader Gilbert is postbode. Sofie heeft nog één zus, Isabel. Momenteel volgt ze het zevende jaar gegevensbeheer en administratie, eveneens aan het Vrij Handels- en Sportinstituut in Sint-Michiels.

Wat houden je studies precies in?

Sofie Vande Walle: “Het is een vervolg op het zesde jaar kantoor. Op het programma staat veel informatica en boekhouden. Programma’s zoals Access of Powerpoint krijgen we nu meer uitgebreid dan voorheen. Ook zijn er per week twee dagen stage voorzien.”

Waar loop jij precies stage?

“Zelf werk ik twee dagen per week in het Onafhankelijk Ziekenfonds, in Sint-Michiels. Ik ben er actief op de dienst secretariaat: de post bedelen, de administratie bijhouden. Een drukke bezigheid!”

Je zit in het laatste jaar. Weet je al wat je later zou willen worden?

“Ik twijfel momenteel nog wat. Vooral tussen twee richtingen. Zo zou ik graag volgend jaar verder studeren voor onderwijzeres, maar ook een job als hostess zou mij wel aanspreken. Mogelijk ga ik volgend jaar iets in die richting studeren. We zien wel.”

Hoe ziet je doorsnee week er uit?

“De week staat uiteraard voor een groot stuk in het teken van de school. Zoals gezegd loop ik op bepaalde dagen stage, en dat brengt een hele administratie aan stagedocumenten met zich mee, die ik moet bijhouden. Daarenboven komt er ook nog een eindwerk en het werk dat je moet doen voor de gewone vakken die je op school krijgt.”

En wat doe je over het algemeen in het weekend?

“Het weekend staat bij mij in het teken van het babysitten. Bijna elke week. Ofwel voor een nichtje van mij ofwel bij kinderen uit de buurt. Tijdens de zomer werk ik dan op de camping D’Hoeve in Sint-Michiels.”

Wat doe je daar precies?

“Ik zit er aan het onthaal. Ik maak de mensen wegwijs als ze aankomen, en ontvang ook het geld en zo. Ik probeer hen ook te hulp te staan als ze iets willen weten.”

Is het een leuke job?

“Een zeer leuke job, omdat je er veel verschillende mensen ontmoet. Soms heel vriendelijke mensen, die je uitgebreid bedanken als je iets voor hen kan doen. Anderen zijn dan weer nooit tevreden, maar dat hoort erbij zeker?”

Je ontmoet er een internationaal gezelschap.

“Dat is juist. Ik probeer hen dan ook zoveel mogelijk in de eigen taal te woord te staan. In het Engels, Frans en Duits lukt dat wel, maar als er Spaanse gasten zijn bijvoorbeeld, dan wordt het moeilijk. Ik ken gelukkig wel enkele woordjes Spaans. En meestal doen de mensen ook wel de moeite om Frans of Nederlands te spreken.”

Als je tijdens de zomer werkt, heb je dan zelf nog de tijd om eens op reis te gaan?

“Ja. Vorige zomer ben ik met mijn vriend Kristof De Ram naar Kreta geweest. Dat was eigenlijk een zeer goed meegevallen reis. Een ideale mix tussen cultuur en het zuiderse leven met mooi weer. Soms, bijvoorbeeld toen we in Knossos waren, was het misschien wel té warm.”

Weet je al waar je volgende reis heen zal gaan?

“De volgende reis zal ik met de school ondernemen. Over enige tijd staat er een trip naar Italië op het programma. Eerst twijfelde ik wel of ik wel mee zou gaan, maar nu ik eens in het zuiden geweest ben, twijfel ik niet meer.”

Wat is voor jou de absolute droomreis?

“Er zijn twee bestemmingen waar ik van droom: Mexico, voor de fantastische cultuur, en Zuid-Afrika, waar ik graag eens een safari zou doen. Hopelijk komt het er ooit nog eens van!”

Hoelang ben je al samen met je vriend?

“Al twee jaar. Hij is enkele jaren ouder dan ik, zat op dezelfde school, waar hij voorzitter was van de mini-onderneming Decoglas. Nu werkt hij in een debiteurenkantoor.”

Wat is voor jou het belangrijkste in een relatie?

“Het belangrijkste is in elk geval het vertrouwen. Als dat er niet is, heb je geen enkele basis voor een goede relatie. En voorts is het belangrijk om goed te kunnen praten met elkaar.”

Hoe zie je je nabije toekomst?

“Het belangrijkste is dat ik nu de school en mijn studies kan afwerken. Dan hoop ik een toffe job te vinden, en te trouwen of samen te wonen.”

Waar zou je later het liefst van al wonen?

“Ik hou wel van de stad, maar om er te wonen lijkt mij dat iets te druk. De echte buiten daarentegen vind ik ook maar niets, dan zit je zo ver van alles. Nee, mijn voorkeur gaat uit naar een plaats zoals Oostkamp, waar je toch een centrum hebt, maar waar het ook niet te druk is.”

(Lodewijk Nollet)