Pedro Vandekerckhove was 20 in 2000: “Onze jeugd was nog zorgeloos”

Pedro Vandekerckhove, nu en 20 jaar geleden. © Joke Couvreur/FODI
Philippe Verhaest

‘Ik word 20 in 2000.’ Zo heette de rubriek waarin meer dan 500 jonge West-Vlamingen in onze krant vertelden over hun leven. Twintig jaar later confronteren we hen met hun uitspraken van toen.

“In het weekend slaap ik vooral uit, studeer ik een beetje en ga ik naar de voetbal”

(lacht) “Dat uitslapen is er alleszins niet meer bij. Al kan ik nog altijd niet snel naar mijn bed, ‘s avonds. Laat onder de wol, maar er weer vroeg uit. Ik heb een drukke job en onze twee kinderen hebben een pak hobby’s. Dat betekent dat we ook in het weekend weten wat gedaan. Onze zoon volgt karate, onze dochter is dan weer gek op ballet. Op zaterdag staan er voor mij vaak ook nog enkele klantenbezoeken op de agenda, maar ik geniet wel van de tijd thuis. Mijn vrouw runt een eigen schoonheidsinstituut, Atelier Mooi. Dat zorgt er ook voor dat ik een nieuwe man ben geworden. Ik help volop mee in het huishouden.”

“Mijn jeugd zou ik zo opnieuw willen beleven. Het leven was echt eenvoudiger, toen. Ik speelde buiten, voetbalde op de weide… Mijn ouders moesten ons vaak naar binnen sleuren, nu is het vaak de omgekeerde wereld. Wij hadden nog een echt onbezorgde jeugd. Fietsen, ravotten, kampen maken… Nu kan je je kinderen niet zomaar meer op straat laten spelen. Veel te gevaarlijk.”

“Twintig jaar geleden ging ik effectief elk weekend goed uit, maar op dat vlak ben ik veel kalmer geworden. Discotheken laat ik al een hele tijd links liggen, maar een goed festivalletje sla ik niet snel af. Al gaan we jammer genoeg een festivalloze zomer tegemoet… Nu gaan we vooral met vrienden iets eten en drinken. Maar de tijd dat ik nog tot vier uur nachtuilde, ligt al lang achter ons. Ik kijk er wel enorm naar uit om opnieuw met mijn beste vrienden af te spreken, want ik mis ze wel. Door de coronacrisis zitten ook wij stevig in ons kot.”

“Momenteel ben ik gek op house en hardcore, vroeger was dat hardrock en pop”

“Op vlak van muziek ben ik een alleseter. Ik kan genieten van bonkende houseplaten uit mijn jeugd, maar ook klassieke muziek kan ik steeds meer smaken. Een muzikale homo universalis, zeker? Maar mijn favoriete band is en blijft Metallica. Al hoor ik hun nummers duizend keer, ik kán er niet onbewogen onder blijven. Blackened is zelfs de beltoon op mijn smartphone. Als je me laat kiezen tussen een VIP-weekend Tomorrowland of tjoolen op de wei van Werchter, ga ik meteen voor dat laatste. Er stroomt nog altijd een tikkeltje meer rockbloed door mijn aderen, maar je moet alle genres kunnen appreciëren.”

“In niet-coronatijden kan ik jammer genoeg niet veel losse concerten meer meepikken. Ik ben ondertussen drie jaar onafhankelijk verzekeringsmakelaar en school mezelf constant bij. Dat betekent dat ik veel met mijn neus tussen de boeken zit. Het is hard werken, maar ik zit stilaan op kruissnelheid. Dat schenkt me veel voldoening.”

“Ik kan makkelijk met mijn ouders praten. Over alles. Ze zijn wel streng rond drugs en alcohol in het verkeer”

“Die band is nog altijd ijzersterk. Misschien zelfs nog beter dan vroeger. Mama en papa zijn gescheiden, maar ze hebben allebei een goeie partner gevonden. En die zijn echte vrienden van me geworden. Op dat vlak heb ik echt geluk. We horen elkaar erg vaak en in normale omstandigheden zien we elkaar elke week. Heel veel waard. Ik probeer diezelfde band te hebben met mijn kinderen en ik denk wel dat ik daarin slaag. Ik wil hen zo goed mogelijk bijstaan en ze moeten net zoals hun vader destijds van het leven genieten. Maar binnen de perken, uiteraard. Ik heb één gouden regel: zolang ze onder ons dak wonen, zijn mama en papa de baas. Maar we staan altijd voor hen klaar. Wat er ook gebeurt.”

“Over drinken en rijden kan ik kort zijn: dat gebeurt niet. Kan ik me met mijn job ook niet permitteren. Ik heb een zekere voorbeeldfunctie. Thuis kan ik wel genieten van een goed glas. Rode wijn of een goeie whiskey-cola, top.”

“Ik ben een manneke, zoals mijn pa. Ik kan explosief uit de hoek komen”

(grijnst) “Ja, dat zit onder ons vel, hé. Maar de tijd heeft de scherpe kantjes er helemaal afgevlakt. Al kan ik nog altijd niet tegen onrecht. Daar kan ik echt boos van worden. De jaren hebben me kalmer gemaakt, ik zal nu eerst denken en dan pas handelen. Het heeft vaak geen zin om je druk te maken in zaken waar je geen vat op hebt. Maar áls ik me nog eens laat gaan, is het omdat ik weet dat ik gelijk heb. Het omgekeerde gebeurt nu ook: vroeger was ik koppiger, nu kan ik mijn ongelijk toegeven.”

“Ik haat roddelaars. Als mensen me iets te zeggen hebben, doe het dan in mijn gezicht”

“Ik blijf achter die stelling staan. Roddelen is laag en gaat vaak over de mug die een olifant geworden is. Je hebt van die mensen die supervriendelijk tegen je doen, maar nadien wel enkel commentaar hebben op alles wat je zegt en doet. Daar kan ik echt niet tegen en je zal me er zelf ook niet op betrappen. Daar let ik echt wel op.”

Met één miljoen frank zou ik op reis gaan, bouwgrond kopen en een auto aanschaffen”

(glimlacht) “Drie keer check, ondertussen. Ik heb de wereld gezien Cuba, Senegal… we wonen in een gezellig huis en ik heb zeker al dertig auto’s gehad. Mijn droomwagen? Ik heb er drie: een vintage BMW M3, Subaru Impreza en Porsche. Allemaal van toen ik zelf twintig jaar oud was. Hopelijk kan ik die ooit nog in mijn garage stallen.”


Bio

Pedro Vandekerckhove (°28 februari 1980) is de enige zoon van Luc Vandekerckhove en Kristien Defour. Samen met zijn vrouw Magaly Defoort (43) is hij de papa van Gilles (10) en Manon (12).

Pedro is een geboren en getogen Ingelmunsternaar en woont er nog altijd. In zijn thuisgemeente runt hij ook zijn eigen verzekeringskantoor Verzekeringen P.

In zijn weinige vrije tijd verbouwt hij het huis van zijn gezin, geniet hij van de tijd met vrouw en kinderen en doet hij aan kickboksen en fitness. Hij noemt zichzelf een passieve voetbalfanaat.


Het interview van twintig jaar geleden

Pedro Vandekerckhove was 20 in 2000:

Een gesprek met Pedro Vandekerckhove is helemaal geen saaie bedoening. Deze jongeman uit de Bruggestraat 126 is immers een vlotte prater, die ook heel goed weet wat hij zegt. Het werd dus een boeiende Ik word 20 in 2000, waarin hij zijn eigen mening formuleerde over prins Filip en ook over koning Albert.

Pedro is de enige zoon van Luc en Christine Vandekerckhove-Defour. Hij werd geboren in Izegem op 28 februari 1980. Hij studeert voor maatschappelijk werker aan het IPSOC in Kortrijk. Hij speelde vele jaren bij KSVI, maar wegens knieproblemen moest hij afhaken en nu koos hij voor de school. Hij speelt wel nog minivoetbal bij Karaoke.

Hoe ziet je weekend eruit ?

Pedro : “Op vrijdagavond kom ik thuis van school, eet ik een hapje en ga ik eventueel met vrienden een glaasje drinken. Op zaterdag slaap ik uit, een weinig studeren en eventueel een wedstrijdje voetballen. ‘s Avonds ga ik uit met vrienden. Ook op zondag slaap ik uit, studeer ik en in de namiddag ga ik wel eens naar het voetbal kijken. Daarna leg ik mijn leerboeken terug klaar voor de maandagmorgen.”

Heb je een muzikale smaak ?

Pedro : “Momenteel house en hardcore, terwijl vroeger pop- en rockmuziek me aansprak, maar mijn muziekgenre kan wel eens veranderen. Ik noem het een rage, afhankelijk van mijn leeftijd.”

Heb je strenge ouders ?

Pedro : “Zo streng als ‘t moet. Qua relaties en uitgaan zijn ze heel open. Ik kan heel gemakkelijk over van alles met mijn ouders praten. Ze zijn wel streng wanneer ik met de auto rij en wanneer het bijvoorbeeld heel koud weer is en eventueel kan vriezen. Op zulke momenten is het immers gevaarlijk om snel te rijden en dat maken ze heel duidelijk. Ze zijn ook streng op het naleven van verkeersborden, teveel alcohol en drugs.”

Wat heb je karakterieel mee van je ouders ?

Pedro : “Op lichamelijk vlak : ik ben een manneke, net zoals mijn pa. Ik kan explosief uit de hoek komen, net zoals mijn pa. Mijn ouders zijn gekend als doorzetters en ook dat heb ik meegekregen van ze.”

Waarmee kan je hevig lachen ?

Pedro : “Met mijn pa, die ludiek uit de hoek komt wanneer hij vies is. Merkwaardig hé, maar mijn pa wil boos overkomen en dat kan hij maar moeilijk. We beginnen daar dan altijd hevig mee te lachen.”

Waar kom je tegen in opstand ?

Pedro : “Ik haat roddelaars. Hebben mensen iets tegen me, dan mogen ze dat gerust zeggen in mijn gezicht. Dat heb ik veel liever, dan dat ze bepaalde woorden achter mijn rug zeggen. Op zo’n manier weet ik wat ik aan bepaalde mensen heb.”

Wat is de zwaarste kritiek die je ooit over jezelf hoorde ?

Pedro : “Dat was toen ik vertrok van de Ingelmunsterse voetbalploeg naar Waregem en toen ik nà twee jaar terugkeerde. Ik mocht in Waregem blijven, maar kwam zelf terug omdat ze me dat telefonisch hadden gevraagd. Mijn eerste wedstrijd bij KSVI wonnen we wel, maar ik maakte een klein foutje. Dit stond in de krant, waarin ik zelfs hevig werd aangepakt. Toen kreeg ik een ferme klop te verwerken, maar nu zou dergelijke berichtgeving me niet meer kunnen schelen.”

Wat denk je van jezelf wanneer je in de spiegel kijkt ?

Pedro : “Dat het béter kan ! Maar ik ben toch relatief tevreden. Ik heb geen complexen.”

Je krijgt één miljoen fr. Wat ga je ermee doen ?

Pedro : “Eerst op de bank plaatsen en even nadenken. Dan ieder jaar een reisje, een mooie auto en later een stuk grond aankopen en bouwen.”

Je mag met vier mensen gezellig tafelen. Wie neem je mee ?

Pedro : “Prins Filip en mijn pa. Waarom ? Filip is onze Belgische prins en zal ooit koning worden. In theorie kan dat, in praktijk niet. Zie je die persoon op tv, dan zwijgt hij veel, voelt hij zich op zijn ongemak en streelt hij constant door zijn haar. Ik zou de prins over allerlei zaken willen vragen stellen en mijn pa moet daarbij zijn, omdat hij ook mensen heel goed uit hun tent kan lokken. Ook jij, Patrick, mag aan tafel plaatsnemen, zodat je ons gesprek kan neerpennen en in de krant kan plaatsen (bedankt, Pedro). De vierde persoon is voetbaltrainer Jan Ceulemans, omdat hij ook op 28 februari werd geboren.”

Welke vrouw vind je sexy ?

Pedro : “De meeste mensen denken aan Phaedra Hoste of Joyce De Troch, maar ik kies voor mijn meter Agnes Bonne. Ondanks haar leeftijd, vind ik haar heel sexy.”

Je mag de koning interviewen : wat vraag je ?

Pedro : “Is het moeilijk om met de motor te rijden, wanneer je de ziekte van Parkinson hebt ? Je moet dat niet opschrijven : ‘t is een grapje… Ik zou van de koning wel even willen weten hoe hij de toekomst van België ziet en wat hij met die méér dan 260 miljoen frank per jaar aanvangt ?”

Wat heeft er je de laatste weken aangegrepen op tv ?

Pedro : “Kijk je nu naar tv, dan zie je constant Filip en Mathilde. Het wordt teveel. Er gebeuren nog andere dingen in de wereld, dan constant beelden over onze toekomstige koning te moeten tonen.”

Wat vind je van de drukte rond die millenniumviering ?

Pedro : “Eerst was ik van plan van die avond te werken, maar dat doe ik nu niet. Ik word immers 20 in 2000. Zal er in dat jaar iets gebeuren ? De wereld ontploffen ? Het wordt een speciale avond, want iedereen zal eens uitbundig willen vieren. En de toekomst : die zie ik positief in.”

(Patrick Depypere)