Pakistaanse neven bezoeken plaats waar grootvader Victoria Cross kreeg: “De grootste held in de familie”

© CMW)
Christophe Maertens
Christophe Maertens Medewerker KW

Vanuit Pakistan reisden Alamgir Khan Afridi en zijn neef Muhammad Tousseef naar Ieper om de plaats te bezoeken waar grootvader Mir Dast tijdens een militaire actie het Victoria Cross verdiende. De onder Indiase vlag dienende officier redde op 26 april 1915 het leven van veel soldaten tijdens een heldhaftig gevecht. Zelf werd hij daarbij getroffen door Duits gas waarop hij een hele tijd in het ziekenhuis verbleef. “Ik ben blij dat ik kon bijgedragen aan het feit dat die twee mensen tot hier konden komen”, aldus Dominiek Dendooven van In Flanders Fields Museum.

Alamgir Khan Afridi woont in Pesjawar in Pakistan en is de enige van een familie van 70 mensen die kan lezen en schrijven. Meer zelf, hij schopte het tot historicus aan de universiteit. Alamgir Afridi is de kleinzoon van de oorlogsheld Mir Dast. Die Mir Dast was niet meteen de eerste de beste. De man, die werd geboren op 3 december 1874 in wat nu Pakistan is, behoorde tot de Afridi, een tak van de Pashtun. In december 1894 werd hij militair in het British Indian Army. In die tijd behoorde Pakistan nog tot India. Onder de Indisch vlag vochten dus ook Pakistanen, net als soldaten uit Nepal en Bangladesch. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd Mir Dast ‘Jemadar’ bij de 55th Coke’s Rifles, een eenheid van het British Indian Army. Een Jemadar is een officier die aan het hoofd van een peloton staat, maar de naam slaat ook op andere Indische titels.

Held

Met hulp van Dominiek Dendooven van het In Flanders Fields Museum slaagde Alamgir Khan Afridi er samen met familielid Mohamed Tousseef in om af te reizen naar België en dat voor het eerst in hun leven. “Alamgir Afridi raakte heel geïnteresseerd in het verhaal van zijn grootvader en wou al lang de plaats zien waar die zijn Victoria Cross behaalde. Het is de grootste held in de familie”, zegt Dominiek Dendooven van In Flanders Fields Museum. “Alamgir stuurde mij een brief dat hij tot bij ons wou komen. Daarop vroeg hij een visum aan bij de Belgische ambassade, die mijn contacteerde met de vraag of zijn verhaal wel klopte.”

King Georges V

Mir Dast, de grootvader van Alamgir Afridi, verdiende zijn Victoria Cross tijdens gevechten in april 1915 aan ’t Wieltje in Ieper. “De Duitsers waren na de eerste gasaanval dichter gekomen en hadden een goede positie gekozen”, verduidelijkt Dominiek Dendooven van het In Flanders Fields Museum. “De Engelsen en de Fransen wisten niet waar de Duitsers zich bevonden, waarop ze koloniale troepen gebruikten als kanonnenvoer. Het landschap is hier heuvelig en bij de aanval richting de Hanebeek verdwenen de aanvallers achter de helling uit het zicht. Daar moesten ze terug omhoog in de richting van de Duitsers. Het werd een bloedbad. Van bijvoorbeeld de eenheid 47th Sikhs namen er 444 manschappen deel aan de aanval, 347 keerden niet meer terug. Mir Dast verzamelde zoveel mogelijk soldaten en hield die onder zijn bevel om ze ’s nachts in veiligheid te brengen. Hij werd tijdens de actie bevangen door Duits gas en was daardoor maanden buiten strijd. Tijdens zijn verblijf in het militaire hospitaal in Brighton kreeg hij het Victoria Cross uit handen van niemand minder dan King Georges V. Opvallend is dat zijn broer Mir Mast in maart 1915 was overgelopen naar de Duitse zijde.”

Bijzondere dapperheid

Het Victoria Cross is de hoogste militaire onderscheiding. Het kruis kan worden toegekend voor ‘most conspicuous bravery, or some daring or pre-eminent act of valour or self-sacrifice, or extreme devotion to duty in the presence of the enemy’, vrij vertaald als ‘zeer bijzondere dapperheid, of bijzondere daad van moed of opoffering of extreme plichtsbetrachting in de aanwezigheid van de vijand’. De onderscheiding bestaat sinds 1856 en werd slechts zo’n 1.355 keer uitgereikt. De medaille is een bronskleurig kruis met in het midden een gekroonde leeuw boven een Britse Koningskroon. De legende zegt dat de kruisen worden gemaakt van het brons van twee Chinese kanonnen die in de Krimoorlog waren buitgemaakt op de Russen bij Sebastopol.

Met Wapenstilstand nam Dominiek Dendooven de twee mannen mee naar de precieze plek waar Mir Dast zijn soldaten van de dood redde. Voor de Pakistani was het een heel emotioneel moment. Ook voor Dominiek Dendooven, die de Indiase deelname aan WO I beschrijft in zijn boek De vergeten soldaten van de Eerste Wereldoorlog, was de ontmoeting met Alamgir Afridi een van de bijzonderste in 25 jaar. “Ik ben blij dat mijn brief heeft bijgedragen aan het feit dat die twee mensen tot hier konden komen. Het is heel dapper van hen en ik ben hen heel dankbaar dit te mogen meemaken.” Als dank ontving Dominiek Dendooven de tulband van de stam Afridi. Door de situatie in hun woonplaats was de reis voor de twee neven niet zonder gevaar voor hen en hun familie. Op hun vraag weiden we daar niet verder over uit in dit artikel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier