Oostende onder de loep (38): een nachtelijke knipoog

Wegens betonrot drong in 1994 een restauratie zich op. © Picasa
Redactie KW

De Oostendse vuurtoren Lange Nelle priemt al meer dan 70 jaar de oosteroever op de maritieme kaart. Zijn 3 voorgangers zijn trouwens ook niet los te koppelen van het Oostends (maritieme) ‘schitterend’ verleden.

In 1771 was er al een eerste stenen toren, de Vlaggenmast, op de vroegere omwalling ter hoogte van het huidige Zeeliedenmonument. In 1860 verrees een nieuw hoger exemplaar op de oosteroever maar werd door de Duitse bezetter neergehaald in 1915. Zijn opvolger werd door dezelfde vijand gedynamiteerd in 1944.

Glijdende werkuren

Een tijdelijke stalen paalconstructie verving de vuurtoren tot de betongrijze Lange Nelle was afgewerkt in 1949. Een tijdelijke noodverlichting kreeg 4 jaar later haar definitieve elektrische lichtbron. Bij ideale weersomstandigheden zijn de drie witte schitteringen te zien tot in het Franse Duinkerke en het Nederlandse Domburg op Walcheren, zo heb ik proefondervindelijk zelf ervaren.

In de lantaarn of het lichthuis tref je 65 meter boven het zeeniveau het roterende fresnel-lezenstelsel met centraal de halogeenlamp van 2.000 watt. De 3 flitsen, corresponderend met het morseteken voor de ‘O’ van Oostende, zijn te zien tussen de zevende en tiende seconde. Een lichtsensor activeert, afhankelijk van de seizoenen en weersomstandigheden, de glijdende werkuren van Lange Nelle. Die lichtfrequentie vormt samen met de hoogte, de vorm en de beschildering het karakter van de vuurtoren zoals beschreven in zeemansboeken en op zeekaarten. In 1994 bleek een restauratie wegens betonrot hoogst dringend nodig en naar een idee van Dominiek Vervaecke en een ontwerp van de Knokse seafront-kunstenaar Ignace Van Isacker kreeg de toren zijn huidige frisse en fotogenieke outfit: 2 golvende blauwe banden snijden de witte cilindrische torenromp die zelf rust op een blokvormige inkompartij en een achthoekig torensegment. Sinds 2004 is de vuurtoren, net als die van Nieuwpoort en Blankenberge beschermd als monument, inclusief het lichtmechanisme.

Om de zeven seconden flitst Lange Nelle alle privacy uit de flats

Vandaag stoort misschien het oranje deurtje op het onderste balkon dat fel afsteekt tegen de witte romp. Geen nood: die tijdelijke picturale ingreep kwam er om de momenteel lopende kinderzoektocht van Toerisme Oostende Waar is James? meer kleur (sic) te geven. James en Vis wonen immers in de vuurtoren. Vandaar.

Licht doven?

Van in den beginne torent Lange Nelle boven de vlakke oosteroever uit maar met de recente hoogbouwexplosie aldaar verliest de vuurtoren veel van zijn verticale elan tussen al dat opgeschoten stenen geweld. De vuurtorenstraal hapert in het stadscentrum al decennialang periodiek aan de Mast, de spitsen van de Grote Kerk, het Europacenter en nu ook aan de eerste Sky Tower. Sinds kort breekt zijn cirkelend licht ook op de 26 etages hoge Ensor One op de Oosteroever en flitst er klokvast om de zeven seconden, kamerbreed en twee verdiepingen hoog, alle privacy uit de flats. De bevoegde instanties zoeken samen momenteel nog naar een voor alle partijen aanvaardbare oplossing. Maar gedoofd wordt het licht zeker niet. Ook al gidsen radar, gps en andere gesofisticeerde navigatieapparatuur vaartuigen blind de haven in- en uit, de Oostendenaar wil die trouwe, nachtelijke knipoog van zijn Lange Nelle richting zee, stad en land niet kwijt.