Nora (70), vrijwilligster: “Ik krijg hartzeer als ik aan de mensen in het rusthuis denk”

We zien Nora Raçon (links onderaan) met vrijwilligers, studente Kiara Ramboer en enkele cliënten van Sint Jan de Deo en Tordale. © BC

Nora Raçon is wat je een supervrijwilliger noemt. Vijf dagen per week doet ze vrijwilligerswerk. Haar agenda staat altijd goed vol, maar de coronacrisis heeft die in één ruk helemaal leeggemaakt. “Het enige wat ik nog kan doen, is zwaaien voor de ramen van het rusthuis.”

“Vorige week donderdag had ik een afspraak met Kiara Ramboer uit Ichtegem. Zij is studente communicatiemanagement en blogt en vlogt voor school over vrijwilligerswerk. Kiara is zelf vrijwilligster bij Kazou Brugge. Ze kwam bij mij terecht door haar oom Johan Lingier. Johan leerde ik dan weer kennen in het woonzorgcentrum Blijvelde, waar onze beide moeders verbleven.”

“Het is ook in dat woonzorgcentrum dat ik vier tot vijf dagen per week een handje kom toesteken. En dat sinds het overlijden van mijn lieve man Ludo Verhaeghe. Hij overleed eind 2012 en ik heb me daarna vrijwel meteen op het vrijwilligerswerk gestort. Want ik vreesde voor het zwarte gat. Ludo was osteopaat en ik was zijn rechterhand. We werkten altijd samen, we hadden altijd mensen rondom ons. In het vrijwilligerswerk vond ik de nieuwe uitdaging die ik nodig had.”

Spelletjes spelen

“Met Kiara had ik afgesproken in stationshub De Stoasj. Een project in het stationshuis van Kortemark dat streeft naar inclusie van mensen met een beperking en een samenwerking is tussen het Sociaal Huis van Kortemark, het orthoagogisch centrum Sint Jan de Deo uit Kortemark en Tordale uit Torhout. De Stoasje is een gezellige en levendige plaats. Donderdagnamiddag is spelletjesnamiddag en dan ben ik er aanwezig als vrijwilliger. Normaal duurt de spelletjesnamiddag tot 21 uur, maar al om 17 uur besluiten we om De Stoasje te sluiten. Deze namiddag kreeg ik ook al telefoon van Blijvelde dat ook wij, de vrijwilligers, niet meer welkom zijn.”

Geen hamsterwoede

Vrijdag zou ik normaal in Blijvelde koffie schenken en meehelpen met de animatie, maar ik moest dus op zoek naar een andere bezigheid. In de plaats daarvan heb ik een mooie wandeling gemaakt en enkele boodschappen gedaan. Niet om te hamsteren, ik heb zelfs niets van die hamsterwoede gemerkt. Ik leef alleen, dus ik heb er ook geen nood aan om een enorme voorraad in te slaan. Ik heb gewinkeld in kleinere zaken in mijn thuisdorp. Zaterdag en zondag heb ik tijd gemaakt voor familie. Met mijn zus en zoon heb ik Rummikub gespeeld.”

Nora Raçon (70) uit Kortemark is de weduwe van Ludo Verhaeghe. Ze hebben twee zonen: Nick en Filip. Nora is de grootmoeder van Jaimy, Arno, Naomi, Ronald en Tibo. Ze werkte vroeger bij haar man die osteopaat was. Na zijn overlijden besliste ze om aan vrijwilligerswerk te gaan doen. Dat doet ze in het woonzorgcentrum Blijvelde, buurthuis De Stoasje, de voedselhulpdienst De Bosrank en het klooster, allemaal in Kortemark.

Behangen en schilderen

Door de coronacrisis komt ook mijn poetshulp niet meer, dus heb ik nu gelukkig met dat extra poetswerk thuis zelf wat meer om handen. Ik ben van plan om alles eens een grondige beurt te geven. Een van mijn zonen is een huis in Handzame aan het verbouwen en daar heb ik maandag en dinsdag wat helpen behangen, schilderen en wat opkuiswerk gedaan. Dat waren dus gelukkig geen verloren dagen, want ik heb me toch nuttig kunnen maken. Alleen thuis zou ik toch maar zitten kniezen.”

“Ik heb het gevoel dat ik mezelf moet bedwingen. Ik kan helpen, maar ik mág niet” – Nora Raçon

Zwaaien door het raam

“Vandaag, woensdag, voel ik me verlaten. Niet dat ik verlaten ben, maar het voelt zo. Ik vind het zo frustrerend dat ik niemand kan helpen. Ik heb er zelfs al veel traantjes voor gelaten en we zijn nog maar aan het begin van de coronacrisis. Ik ben 70 jaar en behoor dus ook tot de risicogroep. Ik besef wel dat ik nu vooral voor mezelf moet zorgen, maar als ik denk aan al die eenzame mensen in het rusthuis die geen bezoek meer krijgen… Ik heb daar enorm veel hartzeer van. Het enige wat ik nu nog kan doen is langs daar wandelen en eens zwaaien voor de ramen. En dat doe ik ook. Het is echt wennen, ik ben momenteel zeer bezorgd om al die rusthuisbewoners die mij zo nauw aan het hart liggen.”

“Vanmorgen ben ik zelfs opgestaan met hoofdpijn. Puur door de stress. Ik kán helpen, maar ik mag niet. Ik heb het gevoel dat ik mezelf moet bedwingen. En nu mag ik zelfs mijn familie niet meer zien na de verstrengde maatregelen die gisterenavond bekend werden gemaakt. Gelukkig bestaan er apps zoals Messenger, waarmee je heel gemakkelijk contact kunt houden met de familie.”

Moeilijk om positief te blijven

“Vanmiddag zouden we in kleine groepjes de voedselpakketten samenstellen voor de voedselhulpdienst van Kortemark en Houthulst. Die pakketten zouden morgen uitgedeeld worden, volgens bepaalde, strenge richtlijnen. Maar vanmorgen om 9 uur kreeg ik telefoon dat ook de voedselbedeling niet meer doorgaat. Er moeten dus geen pakketten gemaakt worden. Weer een namiddag die wegvalt. Het is echt moeilijk om nu nog positief te blijven, maar we zitten helaas allemaal in hetzelfde schuitje.”