DE ARK VAN KW (19): De kangoeroes, edelherten en de rest van de zoo van Michel

Redactie KW

Elke woensdag serveren we (niet letterlijk, geen zorgen) een opmerkelijk dier dat op West-Vlaamse bodem vertoeft.

Wij bij KW zijn zot van beestjes en we weten dat jullie dat ook zijn. Getuige daarvan de duizenden katten en honden in jullie tuin, volières vol parkieten en bokalen vol goudvissen. Maar de ark van Noah had natuurlijk nog wel meer beestjes in het ruim. Voortaan gaan we elke week op zoek naar de eerder zonevreemde exemplaren en de kleurrijke exoten.

Michel Ossaer (70) en zijn vrouw Marcella Vyvey wonen in de Ooststraat 43, het hinterland van Westende. Michel woont er al sinds zijn geboorte en nam het landbouwbedrijf en vleesgroothandel over van zijn ouders. “Zowat 30 jaar geleden, mijn vader leefde nog, begon ik met het kweken van damherten en reetjes. Ik had zin om te vernieuwen en uit te breiden want ik had ook interesse voor andere dieren. Mijn hobby werd al vlug een passie en momenteel heb ik meer dan 300 dieren waaronder heel wat grote exemplaren zoals kangoeroes, sikaherten, damherten, edelherten, paarden. Ik kweek ook vogels, vissen, kippen en Engelse hanen. Katten en honden mogen toch ook niet ontbreken”, lacht Michel Ossaer.

“Tot voor anderhalf had ik ook een muntjak en een nijlgau, erg schuwe en zeldzame dieren”

De laatste jaren is de wetgeving inzake het houden van dieren strenger geworden en het werd verboden om bepaalde diersoorten te kweken. “Tot voor anderhalf had ik een muntjak, ook wel een blafhert genaamd. Ik had ook een nijlgau, dit is een soort antilope met korte hoorns. Dit waren erg schuwe en zeldzame dieren”, vertelt Michel Ossaer. Het hele jaar door, maar vooral met de toeristische drukte, ziet Michel veel fietsers en wandelaars eventjes halt houden aan zijn weiden.

Kangoeroe eet konijnenkorrels

Vooral de kangoeroes en de herten krijgen veel belangstelling. “Momenteel heb ik zes kangoeroes, drie witte en drie zwarte. Dit zijn buideldieren met zeer korte voor- en lange, sterke achterpoten die vooral in Australië voorkomen. Kangoeroes zijn, in tegenstelling tot wat de meeste mensen denken, niet moeilijk om te kweken. Ze verdragen regen en zelfs felle koude. Als het heel warm is in de zomer, zoeken ze de schaduw op. Ze hebben dus wel wat ruimte nodig om zich goed te voelen. Kangoeroes leven in de vrije natuur vooral in bossen met grote open gebieden. Wat voeding betreft, is het vrij simpel. Ze eten konijnenkorrels. Speciale voeding voor kangoeroes bestaat ook, maar dit is naar verluidt quasi identiek aan de korrels voor konijnen die trouwens de helft goedkoper zijn. Ze lusten ook wortels en keukenafval zoals aardappelschillen, wortelloof, koolbladeren en oud brood. Een kangoeroe is echt niet kieskeurig. Ze eten zelfs jong gras en als er in de zomer een tak afbreekt, eten ze de bladeren op en pellen ze de schors af.”

Geschimmeld brood

“Ik heb zelden of nooit een dierenarts nodig. Ik ontworm zelf mijn dieren met speciale korrels. Het kan problemen opleveren als toeristen de dieren voederen. Ik weet wel dat het goed bedoeld is, maar vaak wordt oud brood dermate lang verzameld dat het geschimmeld is op het ogenblik dat de dieren het krijgen. De grootste belangstelling van de voorbijgangers – en dat zijn er massaal veel – gaat uit naar de witte edelherten en witte kangoeroes. Omdat deze dieren zeldzamer en duurder zijn dan hun donkere soortgenoten, lopen ze in weide die niet aan de straat grenst. Het gebeurt ook weleens dat voorbijgangers aanbellen om informatie te vragen”, besluit Michel Ossaer.

(Ludo Coulier)